4H - H2 - Regelmatige ww op -re, pouvoir, savoir en vouloir.

4H - H2 - Regelmatige ww op -re, pouvoir, savoir en vouloir.
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

4H - H2 - Regelmatige ww op -re, pouvoir, savoir en vouloir.

Slide 1 - Tekstslide

Ça c'est passé dans la nuit de dimanche

Slide 2 - Tekstslide

Les mots 'écouter'

Slide 3 - Tekstslide

pénible =

Slide 4 - Open vraag

l'humanité =

Slide 5 - Open vraag

avertir =

Slide 6 - Open vraag

la convivialité =

Slide 7 - Open vraag

sourire =

Slide 8 - Open vraag

les transport publics =

Slide 9 - Open vraag

le conducteur =

Slide 10 - Open vraag

les déchets =

Slide 11 - Open vraag

On va corriger 
Blz. 44
Exercice 16 + 17 

Blz. 94
Exercice 11E +11F

Slide 12 - Tekstslide

Grammaire partie 2:
Werkwoorden op -re + pouvoir + vouloir + voir 

Slide 13 - Tekstslide

Regelmatige ww op -re 
1. (imparfait) Tu - vendre = ..................
2. (PC) nous - répondre = ...................
3. (présent) elle - rendre = ...................
4. (futur) ils - prendre = ................
5. (imparfait) vous - répondre = ...................
6. (PC) je - vendre = .................................

Slide 14 - Tekstslide

Vouloir & Pouvoir & voir 

Slide 15 - Tekstslide

Zet in de goede vorm:
  1. Ik kan  =...................
  2. wij zullen zien = .........................
  3. jullie hebben gewild = .....................
  4. zij zag = ......................
  5. jij kan = ............................
  6. hij ziet = .......................
  7. zij zullen willen = ........................

Slide 16 - Tekstslide

Nu door elkaar:
  1. Nous (zullen wachten = attendre) .........................
  2. Tu (verkochten = vendre) ..........................
  3. Je (zie) = .............................
  4. Vous (hebben gekund)  ...................
  5. Robert (wilde) ...........................
  6. Elles (zullen zien) ..............................
  7. On (hebben beantwoord = répondre) ..........................

Slide 17 - Tekstslide

Au travail! 
Blz. 46
Faire exercice 18A+18B+18C

Slide 18 - Tekstslide