Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
3H - GL6e H3 - à/de + imparfait
Aujourd'hui
Startopdracht:
L'imparfait (zie p. 64)
Herhaling à + de
18 novembre
Buts:
Ik kan de imparfait herkennen en maken.
Ik kan de voorzetsels à en de met een lidwoord toepassen in een zin.
1 / 34
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
In deze les zitten
34 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Aujourd'hui
Startopdracht:
L'imparfait (zie p. 64)
Herhaling à + de
18 novembre
Buts:
Ik kan de imparfait herkennen en maken.
Ik kan de voorzetsels à en de met een lidwoord toepassen in een zin.
Slide 1 - Tekstslide
De schrijftoets is nagekeken!
Slide 2 - Tekstslide
Imparfait
Wat is de imparfait ook alweer?
Hoe herken je de imparfait?
Slide 3 - Tekstslide
Imparfait: "ik kende"
présent
Je connais
Tu connais
Il connaît
Nous connaissons
Vous connaissez
Ils connaissent
Imparfait:
nous vorm - ons + uitgang
connaiss
ais
connaiss
ais
connaiss
ait
connaiss
ions
connaiss
iez
connaiss
aient
Slide 4 - Tekstslide
Uitgangen imparfait
De stam van de imparfait =
nous-vorm présent - ons + uitgangen
Uitgangen imparfait
ais-ais-ait-ions-iez-aient
Slide 5 - Tekstslide
Imparfait
Vul de juiste vorm van de imparfait in.
Slide 6 - Tekstslide
Wat betekent het woordje "à" in:
Je vais à la maison de Didier?
Slide 7 - Open vraag
Als je naar een plek
toe gaat
, gebruik je "à".
Je vais
à
la boulangerie
Je vais
à
l'école
Slide 8 - Tekstslide
Na dat woordje
à
kan een bepaald lidwoord komen:
Je vais à
la
maison de Didier
Ik ga naar
het
huis van Didier
Slide 9 - Tekstslide
à + bepaald lidwoord
à = in, naar
le/la/l'/les = de/het
à + le >
au
Je vais
au
restaurant. (M. EV)
à + la Je suis
à la
boulangerie. (V. EV)
à + l' Tu vas
à l'
hôtel. (EV met KL)
à + les >
aux
On va
aux
matchs. (MEERVOUD)
Slide 10 - Tekstslide
Choisis le bon mot.
Je vais (naar de) école.
A
au
B
à la
C
à l'
D
aux
Slide 11 - Quizvraag
Choisis le bon mot.
Elle va (naar de) pâtisserie.
A
au
B
à la
C
à l'
D
aux
Slide 12 - Quizvraag
Choisis le bon mot.
On va (naar de) cinéma?
A
au
B
à la
C
à l'
D
aux
Slide 13 - Quizvraag
Choisis le bon mot.
Je suis (in de) Galéries Lafayette.
A
au
B
à la
C
à l'
D
aux
Slide 14 - Quizvraag
Vul het woord in dat ontbreekt:
1. Je vais ____ boulangerie (vrl)
Slide 15 - Open vraag
Vul het woord in dat ontbreekt:
2. Je vais ____ hôtel
Slide 16 - Open vraag
Wat betekent het woordje "de" in:
Elle parle de ses vacances?
Slide 17 - Open vraag
Na dat woordje
de
kan een bepaald lidwoord komen:
Je sors de
la
maison de Didier
Ik kom uit
het
huis van Didier
Slide 18 - Tekstslide
de + bepaald lidwoord
de = van, uit
le/la/l'/les = de/het
de + le >
du
C'est le fils
du
directeur. (M. EV)
de + la Je suis le prof
de la
classe. (V. EV)
de + l' C'est l'entrée
de l'
hôtel. (EV met KL)
de + les >
des
Il est le père
des
enfants. (MEERVOUD)
Slide 19 - Tekstslide
Choisis le bon mot.
Tu es élève (van de) prof, monsieur Duval?
A
du
B
de la
C
de l'
D
des
Slide 20 - Quizvraag
Choisis le bon mot.
Voilà le chien (van de) voisins.
A
du
B
de la
C
de l'
D
des
Slide 21 - Quizvraag
Choisis le bon mot.
Où est le sac (van de) élève.
A
du
B
de la
C
de l'
D
des
Slide 22 - Quizvraag
Choisis le bon mot.
C'est l'idée (van de) élèves.
A
du
B
de la
C
de l'
D
des
Slide 23 - Quizvraag
Choisis le bon mot.
J'ai trouvé le t-shirt (van het) fille.
A
du
B
de la
C
de l'
D
des
Slide 24 - Quizvraag
Vul het woord in dat ontbreekt:
1. C'est une spécialité ____ chef
Slide 25 - Open vraag
Vul het woord in dat ontbreekt:
2. Les enfants ____ voisins sont gentils
Slide 26 - Open vraag
Stappenplan:
Slide 27 - Tekstslide
C'est le stylo (van de) garçon.
Slide 28 - Open vraag
Je vais (naar het) maison.
Slide 29 - Open vraag
Je suis (in de) Antilles.
Slide 30 - Open vraag
J'ai vu le directeur (van het) entreprise.
Slide 31 - Open vraag
Tot zover de oefening
Étudis-bien
et
Bonne chance!!
Pagina's 64 + 86-89
Slide 32 - Tekstslide
Il donne....
femme
On a été...
J'ai acheté...
C'est le livre....
Slide 33 - Tekstslide
Slide 34 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
3AH - à/de + lidwoord - D - c.2 ed6
Februari 2023
- Les met
30 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
3AH - à/de + lidwoord - D - c.2 ed6
11 dagen geleden
- Les met
30 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
3AH - à/de + lidwoord - D - c.2 ed6
11 dagen geleden
- Les met
30 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
- à/de + lidwoord - D
November 2022
- Les met
30 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
3AH - à/de + lidwoord - D - c.2 ed6
November 2022
- Les met
33 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Chapitre 2 - 3HV - à/de + lidwoord
Januari 2024
- Les met
37 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
lundi 12 décembre Bron D 3HV
November 2023
- Les met
34 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
lundi 12 décembre Bron D 3HV
4 dagen geleden
- Les met
34 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3