Les 4 werkwoordspelling (voltooid deelwoord)

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Welkom!

Ga naar je plek, pak je spullen en begin aan de startopdracht.

Startopdracht: lees in je leesboek

- Lesboek Nieuw Nederlands

- Leesboek

- Schrift en pen

Jeugdjournaal

Bedenk 2 inhoudelijke vragen

(waarop je zelf het antwoord ook weet)

Wat gaan we doen?

1. Lesdoel en mededelingen

2. Terugblik

3. Voltooid deelwoord

4. Aan de slag

5. Huiswerk en evaluatie

Mededelingen

Zijn er dingen die ik moet weten? 

Lesdoelen

1. Ik kan de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd goed spellen.

2. Ik weet wat sterke, zwakke en onregelmatige werkwoorden zijn.

3. Ik kan de persoonsvorm van zwakke en sterke werkwoorden in de verleden tijd spellen.

Huiswerk bespreken

Uitgedeelde blaadjes

Lesdoel

Ik kan het voltooid deelwoord spellen.

Het werkblad

Maak het werkblad in stilte.

Klaar? Lezen in je leesboek.

Paragraaf 11

Blz. 238

Het voltooid deelwoord

Wat is het?

VD: als je iets wilt vertellen dat al is gebeurd

Welke vorm staat er meestal voor? Hebben, worden of zijn

Hoe schrijf je het?

- Doe de verlengproef om te horen of het een -d of -t is

- Gebruik anders 't ex-kofschip

- Schrijf het zo kort mogelijk op, zolang de uitspraak klopt

Het werkblad bespreken

Aan de slag

- Werk in stilte

- Maak: Opdr. 1 t/m 5 van blz. 238-239.

- Vragen? Steek je vinger op.

- Klaar? Werk in Numo aan je taak.

Huiswerk

Opdr. 1 t/m 5 van blz. 238-239.

Lesdoel

Ik kan het voltooid deelwoord spellen.

Evaluatie

Wat heb je geleerd deze les?

Wat ging er goed?

Wat kan beter?