LV 4.2 - Betrouwbaarheid van de auteur

Betrouwbaarheid van de auteur
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Betrouwbaarheid van de auteur

Slide 1 - Tekstslide

Huiswerk nakijken
Blz. 19 opdracht 1 t/m 4

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Als het goed is, weet je aan het eind van de les: 
- waar je op moet letten om te bepalen of een tekst betrouwbaar is; 
- hoe je kunt bepalen of een bron of auteur betrouwbaar is. 

Slide 3 - Tekstslide

Hoe zat het ook alweer? 
Overleg op fluistertoon met buurman of buurvrouw en schrijf het antwoord op de volgende vragen in de schrift: 
- Waarom moeten we alle teksten  kritisch benaderen? 
- Wanneer kun je een bron betrouwbaar noemen? Kun je voorbeelden geven van bronnen die als betrouwbaar worden gezien? 
- Op welke gronden kan een auteur onbetrouwbaar genoemd worden? 
- Op welke drie gronden kunnen we een auteur deskundig noemen? 

Slide 4 - Tekstslide

Betrouwbaarheid bronnen
Om te beoordelen of teksten betrouwbaar zijn, kijken we in eerste instantie naar de bron. 

Staat de bron als betrouwbaar bekend of geeft de bron een feitelijke en volledige weergave van de zaken, dan beschouwen we hem als betrouwbaar. 

Zorg ervoor dat je eerst de bron controleert voor je op basis van die bron een mening over een onderwerp vormt. 

Slide 5 - Tekstslide

Wat maakt een bron goed?
Goede bronnen hebben geen belang bij hun berichten, proberen alle kanten van het onderwerp te belichten en doen aan hoor en wederhoor. 

Verder controleren we altijd even hoe oud de bron is. Informatie die tien jaar geleden up-to-date was, kan inmiddels ontzettend verouderd zijn. 

Slide 6 - Tekstslide

Betrouwbaarheid van de auteur
Om te bepalen of een auteur betrouwbaar is, stellen we ons twee belangrijke vragen: 

- heeft de auteur een bepaald belang bij de tekst? 
- is de auteur deskundig? 

Slide 7 - Tekstslide

Deskundigheid van de auteur
Er zijn drie bases waarop we een auteur als betrouwbaar kunnen bestempelen: 
- opleiding
- beroep
- ervaring

Slide 8 - Tekstslide

VOORLEZEN

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag
Werk nu aan opdracht 5 tot en met 7 op pagina 21. 

Veel succes!

Slide 10 - Tekstslide