paragraaf 1.2: Olie-industrie vloek of zegen?

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Bij aardrijkskunde kijk je naar verschijnselen vanuit verschillende invalshoeken, dit noem je: dimensies

- Politieke dimensie (regering, besluitvorming)
- Economische dimensie (geld)
- Natuurlijke (fysisch-geografische) dimensie (natuur, omgeving, klimaat)
- Sociaal-culturele dimensie (groepen mensen, gebruiken en gewoonten)

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Link

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

Leerdoel: Je kunt het belang van de olie-industrie voor Nigeria uitleggen.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoel: je weet waarom er in Nigeria veel armoede is ondanks de olie-inkomsten.

Slide 9 - Tekstslide

Leerdoelen: Je weet wat de nadelen van de olie-industrie in Nigeria zijn.

Slide 10 - Tekstslide

Van kolonialisme naar globalisering

Slide 11 - Tekstslide

Na dekolonisatie is er in de onafhankelijk geworden landen vaak onrust.
economische reden:
politieke reden:
ruimtelijke reden:

Slide 12 - Tekstslide

De koloniën zijn nu onafhankelijk,
toch spreken we van neo (=nieuw) kolonialisme, want .... 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Neokolonialisme
(zuiden = ontwikkelingslanden)
Zuiden levert onbewerkte grondstoffen, ertsen, landbouwproducten = primaire producten.

Vaak maar één product 
                       Vaak maar naar één of enkele landen
Derde wereld is, ook na onafhankelijkheid, afhankelijk van Noorden = neokolonisatie.

Slide 15 - Tekstslide

Neokolonialisme: 
Afhankelijkheid van periferie die is ontstaan tijdens het koloniale tijdperk.

Slide 16 - Tekstslide