3 april. Samenvatting hoofdstuk 3

1 / 16
volgende
Slide 1: Video
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

M2B - hoofdstuk 3
Agenda 3 april:

  • Herhaling Leerdoelen 3.4.1
  • Vervolg 3.4.2 Opkomst Adolf Hitler
  • Quiz kernbegrippen
  • Eigen voorbereiding proefwerk van 10 april

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling Leerdoelen 3.4
Leerdoel
  • Je kunt uitleggen waarom er veel onvrede heerste over de Weimarrepubliek
  • Je kunt uitleggen waarom Duitsers dachten een sterke leider nodig te hebben om de economische crisis op te lossen.

Slide 3 - Tekstslide

Hoofdpunten vorige les
Hitler is populair omdat:
  • Hij belooft dat Duitsers weer werk krijgen
  • Hij tegen het Verdrag van Versailles is
  • Hij belooft Duitsland weer sterk te maken

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

AANTEKENINGEN

Kenmerken van het Nationaal-Socialisme:
  1.  Antidemocratisch > Duitsland moest een sterke leider hebben.
  2. Nationalistisch > Duitsers moesten trots zijn op hun land.
  3. Militaristisch > Duitsland moest een sterk leger hebben.
  4. Racistisch. Het Germaanse (‘Arische’) ras was het beste ras.
  5. Antisemitisch. Joden werden gediscrimineerd en vervolgd.
  6. Duitsland moest een groot en sterk land zijn.

Slide 6 - Tekstslide

Nationalisme
A
Liefde voor je buurlanden
B
Angst voor de tegenstander
C
Liefde voor je eigen land
D
Hekel aan je buurlanden

Slide 7 - Quizvraag

Hoe heette de partij van Hitler
A
NSB
B
NSDAP
C
NSDVP
D
NSABC

Slide 8 - Quizvraag

Wat past bij de Republiek van Weimar
Geef alle goede antwoorden!
A
Het was een dictatuur
B
Het was een democratie
C
Het was een Republiek
D
Het was een Keizerrijk

Slide 9 - Quizvraag

Wie waren tijdens de Eerste Wereldoorlog GEEN bondgenoten
A
Duitsland en Oostenrijk-Hongarije
B
Frankrijk en Engeland
C
Engeland en de Verenigde Staten
D
Duitsland en Rusland

Slide 10 - Quizvraag

Wat willen Communisten NIET
A
Gelijkheid voor iedereen
B
Iedereen evenveel macht
C
Veel bezit voor een klein groepje mensen
D
Een dictatuur

Slide 11 - Quizvraag

Wat is GEEN bepaling uit het Verdrag van Versailles
A
Duits leger: max. 100000 man
B
Duitsland verliest grondgebied
C
Duitsland moet oorlogsschuld betalen
D
Duitsland moet een democratie worden

Slide 12 - Quizvraag

Wat is de BESTE omschrijving van het Dawes-plan
A
VS geven goederen aan Engeland en Frankrijk
B
Duitsland krijgt leningen van de VS
C
Duitsland betaalt zijn schulden aan Frankrijk
D
Frankrijk leent geld aan Duitsland

Slide 13 - Quizvraag

Wat is een Mobilisatie
A
Je leger klaarmaken voor de oorlog
B
Iedere soldaat een telefoon geven
C
Het verplaatsen van je troepen
D
Loopgraven en prikkeldraad aanleggen

Slide 14 - Quizvraag

Wat is de BESTE omschrijving van Modern Imperialisme
A
Europa verovert alle landen in Afrika en Azië
B
Engeland en Frankrijk verdelen Afrika onder elkaar
C
Nieuwe koloniën in Afrika en Azië voor Europese landen
D
Uitbreiding bestaande/verovering nieuwe koloniën door Europese landen

Slide 15 - Quizvraag

Zet is de juiste volgorde:
1 = Dawesplan
2 = Beurskrach New York
3 = Vrede van Versailles

A
2 - 3 - 1
B
3 - 1 - 2
C
1 - 2 -3
D
2 - 1 - 3

Slide 16 - Quizvraag