Stuifmeelkorrels gaan van de ene bloem naar de stamper van de andere bloem van dezelfde soort.
Slide 5 - Tekstslide
Geen bestuiving als:
stuifmeel op een andere bloemsoort terecht komt;
stuifmeel op de meeldraad terechtkomt i.p.v. op de stamper
Slide 6 - Tekstslide
Kruisbestuiving en zelfbestuiving
Slide 7 - Tekstslide
Kruisbestuiving en zelfbestuiving
Kruisbestuiving:
stuifmeel komt terecht op stempels van bloemen van een andere plant (van dezelfde soort).
Zelfbestuiving:
stuifmeel komt terecht op stempels van bloemen van dezelfde plant.
Slide 8 - Tekstslide
Insectenbloem
Windbloem
Slide 9 - Tekstslide
Insectenbloemen en windbloemen
Verschillen in:
grootte van de bloem
kroonbladeren
geur
nectar
stuifmeelkorrels
helmknoppen en stempels
Slide 10 - Tekstslide
Hoe ontstaan zaden?
Slide 11 - Tekstslide
Zaadje gaat op reis
Zaadverspreiding
Slide 12 - Tekstslide
Zaadje gaat ontkiemen
Nieuwe plant!
Slide 13 - Tekstslide
Levenscyclus lang of kort?
Eenjarig planten
tweejarige planten
Meerjarige planten
Slide 14 - Tekstslide
Geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting
Geslachtelijke voortplanting = versmelting van twee willekeurige geslachtscellen.
- ontstaan van organisme met telkens andere genotypen.
Ongeslachtelijke voortplanting = een deel van de plant groeit uit tot een nieuwe plant.
- nakomelingen met hetzelfde genotype
Slide 15 - Tekstslide
Bij planten ontstaat uit één plantencel of uit een deel van een plant een nieuwe plant. Er zijn bij deze manier van voortplanting dus helemaal geen geslachtscellen betrokken.
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Nabespreken
Je weet hoe de bestuiving en bevruchting van planten plaats vind.