warmte en koude behandeling

Warmte en koude toepassen
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
BGERMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Warmte en koude toepassen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. de reden van het toepassen van warmte of koude;
  2. de wijze waarop warmte of koude wordt toegepast;
  3. hoe zorgvrager de ingreep of handeling kan ervaren: prettig of te warm of te koud worden;
  4. wanneer iemand gewaarschuwd moet worden;
  5. problemen met de apparatuur;
  6. bij irritatie of zwelling van de huid;
  7. als zorgvrager het te koud of te warm krijgt of bij andere problemen.

Slide 2 - Tekstslide

WAAROM WARMTE OF KOUDE toepassen? 
Lichaamstemperatuur zo aanpassen dat de symptomen van een aandoening worden verlicht en/ of de genezing wordt bevorderd 

Baby’s en ouderen hebben moeite met  
temperatuur regulatie.

Slide 3 - Tekstslide

theorie uit Zorgpad
Beroepsgerichte basis
Verpleegtechnische handelingen
Hoofdstuk 10: warmte en koudebehandelingen

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Wanneer spreekt men over een normale temperatuur?
A
35°C - 36,5°C
B
36,5°C-37,5°C
C
37°C-38°C
D
>38°C

Slide 7 - Quizvraag

wat is hyperthermie?
A
Onderkoeling, waarbij de lichaamstemperatuur >35C
B
Het gelijk blijven van de lichaamstemperatuur bij wisselende omstandigheden
C
Verhoogde lichaamstemperatuur die ontstaat doordat het lichaam de warmte niet goed kwijt kan

Slide 8 - Quizvraag

wat is hypothermie
A
Onderkoeling, waarbij de lichaamstemperatuur < 35C
B
Het gelijk blijven van de lichaamstemperatuur bij wisselende omstandigheden
C
Verhoogde lichaamstemperatuur die ontstaat doordat het lichaam de warmte niet goed kwijt kan

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Warmte
  • De bloedvaatjes in de huid verwijden zich (vasodilatatie), waardoor de doorbloeding toeneemt. Dit kun je zien doordat de huid rood wordt.
  • Het ontstekings- en genezingsproces worden bevorderd. De verbeterde doorbloeding zorgt voor een verhoogde aanvoer van fagocyten.
  • De celstofwisseling wordt versneld.
  • De spieren ontspannen zich. Het gevolg is dat pijn en kramp verminderen of verdwijnen.
  • Doordat de gewrichtsvloeistof minder stroperig wordt, kan stijfheid afnemen.

Slide 11 - Tekstslide

Koude
  • De bloedvaatjes in de huid vernauwen zich (vasoconstrictie), waardoor de doorbloeding vermindert. De huid wordt wit-blauw. Oedeem en zwelling worden voorkomen of verminderen.
  • De bacteriegroei vermindert, waardoor ontstekingen minder actief worden.
  • De celstofwisseling komt tijdelijk op een lager pitje.
  • De huid wordt op de plaats van de koudetoediening gevoelloos. Hierdoor wordt eventuele pijn minder erg.
  • Bij een bloeding kan de bloedstelping worden versneld, doordat de bloedvaatjes zich vernauwen.

Slide 12 - Tekstslide

timer
2:00
Wat zijn de effecten van warmte
of koude behandeling?

Slide 13 - Woordweb

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Droge geleidingswarmte dien je toe met behulp van:
A
warmtelamp en lichtboog
B
warm nat washandje en snoezelbad
C
nat washandje en lichtboog
D
hotpack en kruik

Slide 16 - Quizvraag

Noem twee apparaten voor het toedienen van stralingswarmte
A
verwarming en een kruik
B
kruik en infrarood lamp
C
verwarmende creme en hotpack
D
infrarood lamp en stralingsboog

Slide 17 - Quizvraag

Wat heeft meer effect op de diepere weefsellagen: droge koude toediening of vochtige koude toediening?
A
droge koude toediening
B
vochtige koude toediening

Slide 18 - Quizvraag

Welk hulpmiddel kun je gebruiken om zwelling en pijn te verminderen?
A
ijszak, ijskraag, coldpack
B
ijskraag, coldpack ontstekingsremmer
C
ijszak, natte doeken, ijsklontjes op de zwelling
D
coldpack, coldspray, koude luchtstromen

Slide 19 - Quizvraag

Wanneer pas je geen koudebehandeling toe?
A
verminderen van pijn
B
verminderen van zwelling
C
vertragen van ontstekingsproces
D
bij menstruatiepijn

Slide 20 - Quizvraag

Stelling: voor een hot- of coldpack moet je altijd een beschermingshoesje omheen doen
A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Wat is géén indicatie voor het toepassen van warmte?
A
Verminderen van pijn of stijfheid
B
vermindering menstruatiekrampen
C
koorts
D
onderkoeling

Slide 22 - Quizvraag

Welke risicogroepen zijn er bij het toepassen van warmte- of koude behandelingen?
A
zorgvragers die in coma of bewusteloos zijn
B
zorgvragers met dementie of verstandelijke handicap
C
zorgvragers met een verlamming
D
alle antwoorden zijn juist

Slide 23 - Quizvraag

Hoe raakt het lichaam zijn warmte kwijt?
A
Door transpiratie en bloedvatverwijding
B
door bloedvatvernauwing en rillen

Slide 24 - Quizvraag

Een van de effecten van warmte is:
A
dat de bacteriegroei vermindert
B
dat het ontstekings en genezingsproces wordt bevorderd
C
dat de celstofwisseling op een lager pitje komt te staan
D
dat de bloedstelping versnelt

Slide 25 - Quizvraag

Een van de effecten van koude is:
A
De celstofwisseling wordt versneld
B
De huid wordt op de plaats van de koude toediening gevoelloos. Hierdoor wordt eventuele pijn minder erg
C
De spieren ontspannen zich
D
Doordat de gewrichtsvloeistof minder stroperig wordt kan stijfheid afnemen

Slide 26 - Quizvraag

Vasodilatie, duizeligheid, flauwvallen en ziektekiemen die vanuit de infectiehaard verspreid worden zijn risico's van:
A
Koudebehandling
B
Warmtebehandeling

Slide 27 - Quizvraag

Mag je een koudebron direct op de huid plaatsen?
A
ja
B
nee

Slide 28 - Quizvraag

Vasoconstrictie is
A
het wijder worden van bloedvaten in de huid
B
het verminderen van bacteriegroei
C
het nauwer worden van bloedvaatjes in de huid
D
het stroperig worden van de gewrichtsvloeistoffen

Slide 29 - Quizvraag

CASUS in 2-3 tallen
Meneer Harmsen is 82 jaar woont in het verpleeghuis. Hij heeft dementie en vertoont vaak onrustig gedrag. Sinds gisteren ligt hij op bed, hij voelt zich ziek en heeft koorts, 38,5 °C. Volgens de arts heeft hij een longontsteking. Hij heeft vanmiddag antibiotica en twee paracetamoltabletten van 500 mg gekregen. Zijn dochter is gebeld met de vraag of ze bij hem langskomt.

Slide 30 - Tekstslide

Jij hebt avonddienst. Om 18.00 uur treft je meneer Harmsen rillend van de kou aan.
a Wat is er met meneer Harmsen aan de hand?
b Hoe zal zijn huid eruitzien? Hoe komt dit?

Slide 31 - Open vraag

Waaruit bestaat de zorg die je geeft tijdens een koude rilling? En hoe vaak moet je de koorts opnemen?

Slide 32 - Open vraag

Na vijf dagen is meneer Harmsen opgeknapt, de koorts is gezakt en hij komt weer uit bed. Als hij in de huiskamer opstaat uit zijn stoel, wordt hij duizelig en valt op de grond. Samen met een collega breng je hem naar bed. Meneer heeft een pijnlijke plek op zijn rechterknie, die snel dik wordt.

Slide 33 - Open vraag

De arts adviseert een coldpack aan te brengen.

a Wat is het effect van een coldpack op de geblesseerde knie?
b In welke stand moet zijn been liggen tijdens de behandeling met een coldpack?
c Hoe leg je een coldpack aan? Direct op de huid? Licht je antwoord toe.

Slide 34 - Open vraag

Wanneer warmte toedienen? 

(Spier)pijn of stijfheid verminderen/
Krampen bij menstruatiepijn verminderen/
Onderkoeling tegengaan/
  / Koude rillingen/  Pijnbestrijding 
of  Plaatselijke ontstekingen

Slide 35 - Tekstslide

Wanneer koude toedienen? 
•Brandwonden • Hoge koorts 
•Ontstekingen • Blessures  
•Trauma’s • Pijnbestrijding
* Pijn of kneuzingen verminderen
* Een ontstekingsproces vertragen

Slide 36 - Tekstslide

Enkele contra-indicaties voor het toepassen van koude
Bestraling
Open wond
Slechte circulatie
Sensibiliteitsstoornissen



Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Link

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Video

HEB JE NOG VRAGEN OVER DEZE LES?
VRAGEN?

Slide 42 - Tekstslide