TKB-2 blok 5.5 woordsoortbenoeming-bijwoord

blok 5.5 het bijwoord
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

blok 5.5 het bijwoord

Slide 1 - Tekstslide

bijwoordelijke bepaling - bijwoord
                                                   verwarring!!!
Zinsontleding: een bijwoordelijke bepaling is een zinsdeel

voorbeeld:              Chanym komt ook.
                                     Morgen komt Chanym.

Woordsoortbenoemingook en morgen zijn een bijwoord.

Slide 2 - Tekstslide

              zinsontleding
   o  zinsdelen benoemen
De keuken is een gezellige ruimte.
pv = 
gez = 
ond =
lv = 
mv =
bwb = 
bvb =
bijst =

       woordsoortbenoeming
   o  ieder woord benoemen
De keuken is een gezellige ruimte. 

de = 
keuken = 
een = 
gezellige =
ruimte =

Slide 3 - Tekstslide

              zinsontleding
   o  zinsdelen benoemen
De keuken is een gezellige ruimte.
pv = is
gez = is
ond = de keuken
lv = een gezellige ruimte
mv =
bwb =
bvb =
bijst =
       woordsoortbenoeming
   o  ieder woord benoemen
De keuken is een gezellige ruimte. 

de = lw
keuken = znw
is = zww
een = lw
gezellige = bnw
ruimte = znw

Slide 4 - Tekstslide

Bij woordsoortbenoeming geven bijwoorden extra info over...


- over een werkwoord

- een ander bijwoord

- over een bijvoeg. nw

-de plaats

-de tijd

Slide 5 - Tekstslide


Hij loopt hard.

Het bijwoord is hard -> het zegt iets over het werkwoord lopen.
(Hoe loopt hij?)






- over een werkwoord

- een ander bijwoord

- over een bijvoeg. nw

-de plaats

-de tijd





Slide 6 - Tekstslide


Hij loopt heel hard.

het bijwoord is heel -> het zegt iets over het andere bijwoord hard.

(Hoe hard loopt hij?)



- over een werkwoord

- een ander bijwoord
- over een bijvoeg. nw
-de plaats
-de tijd



Slide 7 - Tekstslide


Het is een ontzettend mooi huis!

Het bijwoord is ontzettend -> het zegt iets over
het bijv nw mooi



- over een werkwoord
- een ander bijwoord
- over een bijvoeg. nw
-de plaats
-de tijd

Slide 8 - Tekstslide


Hier heb ik het gevonden!


Het bijwoord is hier -> het zegt iets over de plaats.
(waar?)



- over een werkwoord
- een ander bijwoord
- over een bijvoeg. nw
-de plaats
-de tijd

Slide 9 - Tekstslide


's Morgens ga ik altijd naar de wc.

bijwoord is 's morgens -> het zegt iets over de tijd
(wanneer)



- over een werkwoord
- een ander bijwoord
- over een bijvoeg. nw
-de plaats
-de tijd

Slide 10 - Tekstslide

Taakaanpak

  • leren: theorie 5.5 woordsoortbenoemen - bijwoord (blz. 224-225
  • maken: opdr. 7, 8, 9
  • klaar: nakijken en verbeteren, vragen stellen
  • keuzewerk, anderen rustig door laten werken


Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Slide 13 - Link