Een jonge kievit gaat gelijk trappelen op een natte dweil. Waarvan is hier sprake:
A
Aangeleerd gedrag
B
erfelijk gedrag
C
gedrag door anatomie
D
gedrag door fysiologie
1 / 34
volgende
Slide 1: Quizvraag
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Een jonge kievit gaat gelijk trappelen op een natte dweil. Waarvan is hier sprake:
A
Aangeleerd gedrag
B
erfelijk gedrag
C
gedrag door anatomie
D
gedrag door fysiologie
Slide 1 - Quizvraag
Een voorbeeld van aangeleerd gedrag is:
A
het zingen van een vogel
B
het openen van de bek om gevoerd te worden
C
de balts van een vogel
D
het pikken naar voedsel door kippen
Slide 2 - Quizvraag
Slide 3 - Tekstslide
Motivatie is een vorm van:
A
Externe prikkel
B
sleutelprikkel
C
supranormale prikkel
D
interne prikkel
Slide 4 - Quizvraag
Hieronder volgen twee beweringen over motivatie: 1. Een motivatie is altijd even sterk, maar wel afhankelijk per soort 2. een motivatie is in sterkte afhankelijk van bv interne prikkel Welke van deze beweringen zijn waar
A
geen van de beweringen zijn waar
B
alleen bewering 1 is waar
C
alleen bewering 2 is waar
D
beide beweringen zijn waar
Slide 5 - Quizvraag
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Op de vorige dia is a/b de supranormaleprikkel. Dat kun je in de grafiek zien door....
A
a, want 100 betekend 100%
B
a, want deze staat als eerste in de grafiek
C
b, want deze heeft de hoogste waarde 126
D
b, want deze staat achter aan in de grafiek
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
De beer is een voor de mens gemaakt om lief en aardig te vinden. De makers maken gebruik van sleutelprikkel die ze sterk overdrijven. Hoe heet zo'n prikkel en wat is hier de prikkel
Slide 11 - Open vraag
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Het antwoord van de vorige vraag is:
A
A
B
B
C
C
D
D
Slide 21 - Quizvraag
Slide 22 - Tekstslide
Het antwoord van de vorige vraag is:
A
A
B
B
C
C
D
geen
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Tekstslide
Het antwoord van de vorige vraag is:
A
A
B
B
C
C
D
geen
Slide 25 - Quizvraag
Slide 26 - Tekstslide
De bewering bij de vorige vraag zijn:
A
Beide waar
B
alleen bewering 1 is waar
C
alleen bewering 2 is waar
D
geen van beide waar
Slide 27 - Quizvraag
Slide 28 - Tekstslide
De bewering bij de vorige vraag zijn:
A
1 en 2 zijn waar
B
1 en 3 zijn waar
C
2 en 3 zijn waar
D
alleen 1 is waar
Slide 29 - Quizvraag
Slide 30 - Tekstslide
De bewering bij de vorige vraag zijn:
A
alleen 1 is waar
B
alleen 2 is waar
C
1 en 3 waar
D
alleen 3 is waar
Slide 31 - Quizvraag
Bij het vorige plaatje is sprake van een supranormale prikkel? En van imitatiegedrag?
A
Geen supranormale prikkel. Wel van imitatiegedrag
B
Geen supranormale prikkel. en geen imitatiegedrag
C
wel supranormale prikkel. Wel van imitatiegedrag
D
wel supranormale prikkel. geen van imitatiegedrag
Slide 32 - Quizvraag
Hieronder nog even een schematische overzicht over gedrag