7.3D Menstruatie

7.3D Menstruatie
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuur, Leven en TechnologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

7.3D Menstruatie

Slide 1 - Tekstslide

Invloed van hormonen
Bij de vorming van de geslachtscellen spelen hormonen een belangrijke rol. Hormonen zijn stoffen die allerlei processen in je lichaam regelen. Hormonen worden geproduceerd in de hormoonklier. De hormoonklieren geven de hormonen af aan het bloed. Met het bloed stromen de hormonen door je hele lichaam. Ze zijn echter alleen werkzaam in de organen die er gevoelig voor zijn.

Een belangrijke hormoonklier is de hypofyse. Deze ligt tegen de onderzijde van de hersenen aan. In de pubertijd begint de hypofyse bepaalde stimulerende hormonen te produceren.

Onder invloed van deze hormonen worden bij een jongen of man in de teelballen zaadcellen en het mannelijke geslachtshormoon testosteron gevormd. Door testosteron worden secundaire geslachtskenmerken gevormd, zoals baardgroei, brede schouders en de baard in de keel.

Ook bij een meisje spelen hormonen een belangrijke rol bij de vorming van geslachtscellen. In de puberteit begint de hypofyse stimulerende hormonen te produceren zodat eicellen zich beginnen te ontwikkelen in de eierstokkenen zodat cellen in de wand van de rijpende follikels het vrouwelijke geslachtshormoon oestrogeen produceren. Onder invloed van oestrogenen ontstaan bij een meisje de secundaire geslachtskenmerken, zoals de groei van schaamhaar en de borsten.


Slide 2 - Tekstslide

Hypofyse

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Door welk hormoon wordt de aanmaak van zaadcellen bevorderd? Leg uit wat dit hormoon precies doet.

Slide 5 - Open vraag

Welk hormoon speelt bij de ontwikkeling van de eicel een belangrijke rol? Leg uit wat dit hormoon precies doet.

Slide 6 - Open vraag

Wil dat zeggen dat mannen geen oestrogeen maken en vrouwen geen testosteron? Zoek dit desnoods op het internet op.

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Lees de tekst ‘Het effect van oestrogenen’.

Leid uit de tekst en de grafiek af of oestrogenen de stemming bij vrouwen tijdens de menstruatiecyclus positief of negatief beïnvloeden. Verklaar je antwoord.

Slide 9 - Open vraag


Bij veel vrouwen verbetert de stemming na de overgang. Dit bewijst dat het niet mogelijk is om de effecten van oestrogenen op de stemming te voorspellen. Leg dat uit.

Slide 10 - Open vraag

Vrouwen met PreMenstrueel Syndroom (PMS) hebben erg veel last van stemmingswisselingen in de periode voor de menstruatie. Uit onderzoek blijkt dat de schommelingen van de oestrogeenwaarden bij deze vrouwen vrijwel altijd normaal zijn.

Kan het zijn dat vrouwen met PMS gevoeliger zijn voor de normale fluctuaties van oestrogeen tijdens de menstruatiecyclus? Leg je antwoord uit.

Slide 11 - Open vraag


Vrouwen overlijden gemiddeld op hogere leeftijd dan mannen aan hart- en vaatziekten. Na de overgang neemt het risico om te overlijden aan hart- en vaatziekten bij vrouwen toe.

Leg uit dat wetenschappers vermoeden dat oestrogenen beschermen tegen hart- en vaatziekten.

Slide 12 - Open vraag

Uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat vrouwen meestal aantrekkelijker worden gevonden halverwege de menstruatiecyclus.

Leg uit hoe het komt dat vrouwen er dan meestal beter uitzien.


Slide 13 - Open vraag

Baarmoeder
Het slijmvlies in de baarmoeder bevat veel bloedvaten. Ongeveer één keer per maand laat het baarmoederslijmvlies gedeeltelijk los. Hierbij komt ook bloed vrij. Door samentrekkingen van de spierlaag van de baarmoederwand wordt het slijmvlies met bloed afgevoerd (zie afbeelding ). Dit afstoten van een deel van het baarmoederslijmvlies heet menstruatie of ongesteld zijn.

Tussen hun 10e en 16e jaar worden de meeste meisjes voor het eerst ongesteld. Gemiddeld hebben meisjes op 13-jarige leeftijd hun eerste menstruatie. Bij sommige meisjes of vrouwen duurt de menstruatie een dag of drie, bij anderen een week. De samentrekkingen van de baarmoederwand kunnen voelen als pijnlijke buikkrampen. Meisjes en vrouwen kunnen zich vlak voor en tijdens de menstruatie ellendig of verdrietig voelen. Sommige hebben last van hoofdpijn, buikpijn, rugpijn of spierpijn. Er zijn ook vrouwen die nergens last van hebben.
Om het slijmvlies en het bloed op te vangen, zijn er maandverband, tampons of een menstruatiecup. 

Maandverband plak je in je onderbroek, waardoor de bovenkant tegen de opening van de vagina zit. Een tampon stop je in de vagina, waar hij het slijmvlies en bloed opzuigt. Een menstruatiecup breng je in de vagina in, waar hij langzaam volloopt. Afhankelijk van de hoeveelheid bloedverlies moet je hem elke 4 tot 12 uur legen, afspoelen en weer inbrengen. Maandverband en tampons moet je enkele keren per dag vervangen, afhankelijk van de hoeveelheid bloedverlies en vanwege bacteriën. Maandverband, tampons en menstruatiecups zijn er in verschillende maten. Welke maat je nodig hebt, is afhankelijk van je bouw en de hoeveelheid bloed die je verliest. Tijdens de menstruatie is het belangrijk dat je je goed wast tussen de schaamlippen (zonder zeep).

Slide 14 - Tekstslide

Baarmoeder

Slide 15 - Tekstslide

Maandverband, tampons en een menstruatiecup.

Slide 16 - Tekstslide

Maandverband en tampons zijn niet voor iedereen vanzelfsprekend. Er zijn veel landen waar deze producten niet of nauwelijks te verkrijgen zijn. Ook zijn er veel landen waar helemaal geen voorlichting gegeven wordt over dit onderwerp.
Maak een poster waarop de werking van maandverband, tampons en de menstruatiecup staan uitgelegd. Geef voordelen en nadelen van het middel.

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

Lees de bovenstaande tekst ‘Milieuvriendelijk menstrueren’.
Maandverband en tampons moeten regelmatig worden vervangen.

Geef daarvoor twee redenen.

Slide 19 - Open vraag

Er wordt een maatschappelijke discussie gevoerd over de milieuvriendelijkheid van wasbaar maandverband.

Leg uit waarom niet iedereen wasbaar maandverband milieuvriendelijk vindt.

Slide 20 - Open vraag

Een menstruatiecup gaat jaren mee en geeft geen afval. Toch willen veel vrouwen er niet aan.

Probeer te bedenken wat de voordelen en de nadelen zijn van het gebruik van een menstruatiecup. Overleg eventueel met andere klasgenoten.

Slide 21 - Open vraag

Menstruatiecylcus
Na de menstruatie wordt het baarmoederslijmvlies weer opgebouwd. Het slijmvlies wordt dikker en gaat meer bloedvaten bevatten. Op deze manier wordt de baarmoeder klaargemaakt voor een mogelijke zwangerschap. In onderstaande afbeelding zie je het baarmoederslijmvlies van een vrouw gedurende vijf weken.
De ovulatie vindt ongeveer veertien dagen na het begin van de menstruatie plaats. Als de eicel niet wordt bevrucht, begint de volgende menstruatie ongeveer op de 29e dag. Het steeds terugkerende opbouwen en afstoten van het baarmoederslijmvlies noem je de menstruatiecyclus.
Als een meisje net begonnen is met menstrueren, is de cyclus vaak onregelmatig. Na een paar jaar wordt de cyclus meestal regelmatiger.

Slide 22 - Tekstslide

De menstruatiecyclus

Slide 23 - Tekstslide

Lisa heeft vanaf haar 13e verjaardag regelmatig (om de vier weken) ovulaties gehad. Ze raakt in de overgang rond haar 46e verjaardag. Deze periode stopt als ze 51 jaar is. Lisa is nooit zwanger geweest.

Hoeveel ovulaties zullen er in haar lichaam ongeveer hebben plaatsgevonden tussen haar 13e en haar 46e verjaardag? Geef bij je antwoord een berekening.

Slide 24 - Open vraag

Kunnen er in het lichaam van Lisa na haar 46e verjaardag nog ovulaties plaatsvinden? Leg je antwoord uit.

Slide 25 - Open vraag

KLAAR

Slide 26 - Tekstslide