In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 120 min
Onderdelen in deze les
Planning voor de les:
4 minuten: binnenkomst, welkom en spullen voor.
20 minuten: voorkennis testen
1 minuut: leerdoelen en huiswerk
30 minuten: uitleg
5 minuten: pauze
30 minuten: aan het werk!
Slide 1 - Tekstslide
Opdracht
Bert is vestigingsmanager van een groothandel.
De gegevens voor het berekenen van het bedrijfsresultaat zien er als volgt uit:
Bereken het bedrijfsresultaat.
Slide 2 - Tekstslide
Bereken het bedrijfsresultaat.
Slide 3 - Open vraag
Uitwerking
Slide 4 - Tekstslide
Opdracht
Sjors heeft een groothandel. Over het boekjaar 2016 heeft Sjors de volgende gegevens verzameld:
Sjors heeft dat jaar een aantal pallets verkocht aan een logistiek dienstverlener.
De opbrengst van deze pallets bedroeg € 2.000,-.
Sjors heeft voor € 1.100,- een naheffing van de belastingdienst ontvangen.
Aan niet-fiscale kosten heeft Sjors een bedrag van € 1.645,- geboekt voor etentjes en bedrijfsfeestjes met het personeel.
De gewaardeerde kosten bedroegen € 36.000,- voor gewaardeerd loon en € 600,00 kosten voor de gewaardeerde interest.
Bereken het economische resultaat
Slide 5 - Tekstslide
Bereken het economische resultaat
Slide 6 - Open vraag
Uitwerking
Slide 7 - Tekstslide
Opdracht
Sjors heeft een groothandel. Over het boekjaar 2016 heeft Sjors de volgende gegevens verzameld:
Sjors heeft dat jaar een aantal pallets verkocht aan een logistiek dienstverlener.
De opbrengst van deze pallets bedroeg € 2.000,-.
Sjors heeft voor € 1.100,- een naheffing van de belastingdienst ontvangen.
Aan niet-fiscale kosten heeft Sjors een bedrag van € 1.645,- geboekt voor etentjes en bedrijfsfeestjes met het personeel.
De gewaardeerde kosten bedroegen € 36.000,- voor gewaardeerd loon en € 600,00 kosten voor de gewaardeerde interest.
Bereken het fiscaal resultaat
Slide 8 - Tekstslide
Bereken het fiscaal resultaat
Slide 9 - Open vraag
Uitwerking
Slide 10 - Tekstslide
Leerdoelen:
- Je begrijpt waarom we aan interne resultaatvergelijking doen
- Je kan met procenten rekenen
HUISWERK: Opdracht 16 en 17 van bedrijfsresultaat en nettowinst
Slide 11 - Tekstslide
Interne resultaatvergelijking
Je vergelijkt de behaalde resultaten met voorgaande jaren van het eigen bedrijf. Dat noemen we een interne analyse.
Op deze manier kun je het beleid van de vestiging verklaren en bijsturen.
Slide 12 - Tekstslide
Goed leesbaar
Om gegevens goed met elkaar te kunnen vergelijken, worden alle bedragen uitgedrukt in een percentage van de netto-omzet. Dat is de omzet exclusief BTW.
GeheelDeelx100=....
Slide 13 - Tekstslide
Hoeveel zijn de exploitatiekosten in procenten van de omzet?
Slide 14 - Open vraag
Uitwerking
GeheelDeelx100=....
750.000217.500x100=29,00
Slide 15 - Tekstslide
Targets halen
Je bent vestigingsmanager van een groothandelsfiliaal. Je hebt de targets vanuit het hoofdkantoor ontvangen en moet plannen maken om de targets te halen. Het doel is om meer omzet te draaien dan het afgelopen jaar. Een target wordt dus altijd opgeschroefd om groei te kunnen realiseren.
Slide 16 - Tekstslide
Maar er zijn meer manieren om een bedrijfsresultaat te verhogen!
Omzet verhogen
Inkoopwaarde verlagen
Exploitatiekosten verlagen
Klinkt eenvoudig, is het niet...
Slide 17 - Tekstslide
Voorbeeld
Marcel is vestgingsmanager van een groothandel in automaterialen.
Vanuit het hoofdkantoor heeft Marcel de opdracht gekregen om de resultaten op te schroeven.
Hij heeft een opzet gemaakt om te bekijken wat de mogelijkheden zijn in vergelijking met vorig jaar.
Slide 18 - Tekstslide
Voorbeeld
Slide 19 - Tekstslide
Hoe kan je de omzet verhogen?
Alleen mogelijk door prijzen te verhogen of je afzet te vergroten
Omzet is immers:
prijs x afzet
Slide 20 - Tekstslide
Hoe kan je de inkoopwaarde verlagen?
Onderhandelingen aangaan met je huidige leverancier of overstappen op een nieuwe leverancier
Slide 21 - Tekstslide
Hoe kan je de exploitatiekosten verlagen?
Een van de meest gebruikte methoden om het resultaat te verbeteren is door het verlagen van de kosten.
Slide 22 - Tekstslide
Oefenen
Brent heeft in 2017 de kosten begroot op basis van 2016. Hieronder zie een overzicht van de kosten en bijbehorende omzet.
a. Welke kosten zijn constante kosten?
Slide 23 - Tekstslide
a. Welke kosten zijn constante kosten?
A
Huisvestingkosten
B
Verkoopkosten
C
Verzendkosten
Slide 24 - Quizvraag
Oefenen
Brent heeft in 2017 de kosten begroot op basis van 2016. Hieronder zie een overzicht van de kosten en bijbehorende omzet.
b. Bereken de variabele kosten in 2016 in procenten van de omzet
Slide 25 - Tekstslide
b. Bereken de variabele kosten in 2016 in procenten van de omzet
Slide 26 - Open vraag
Uitwerking
(€15.000 + €10.000) : €360.000 x 100% = 6,94%
GeheelDeelx100=....
Slide 27 - Tekstslide
Oefenen
Brent heeft in 2017 de kosten begroot op basis van 2016. Hieronder zie een overzicht van de kosten en bijbehorende omzet.
c. Bereken de variabele kosten in 2017 in procenten van de omzet.
Slide 28 - Tekstslide
c. Bereken de variabele kosten in 2017 in procenten van de omzet.
Slide 29 - Open vraag
Uitwerking
(€15.900 + €9.800) : €370.800 x 100% = 6,93%
GeheelDeelx100=....
Slide 30 - Tekstslide
Oefenen
Brent heeft in 2017 de kosten begroot op basis van 2016. Hieronder zie een overzicht van de kosten en bijbehorende omzet.
d. Hoeveel % is de omzet gestegen van 2016 naar 2017?
Slide 31 - Tekstslide
d. Hoeveel % is de omzet gestegen van 2016 naar 2017?
Slide 32 - Open vraag
Uitwerking
(€370.800 - €360.000) : €360.000 x 100% = 3%
Slide 33 - Tekstslide
Zijn er vragen?
Slide 34 - Tekstslide
5 minuten pauze
timer
5:00
Slide 35 - Tekstslide
Aan de slag!
Wat? Opdracht 16 en 17 bedrijfsresultaat en nettowinst
Hoe? Volgens het stoplicht
Hulp? De docent (tijdens de les), je laptop en je medestudent.