week 38-39

1 / 45
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 45 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Les devoirs




Faire: Bloc A (ex 6a, 7a) +Bloc B (ex 9, 10a/b + ex 11abcd, 12ab)

Apprendre: herhaal vocabulaire A woorden + zinnen (WB page 50)






Slide 3 - Tekstslide

Les buts
vocabulaire A+B 
Je kunt de woorden en zinnen (A) vertalen in het F-N/ N-F
Bloc A+C:
herhaling: je kunt het Franse voorzetsel in/ naar toepassen
Bloc B:
Je kunt een weerbericht in het Frans begrijpen
Bloc D:
je kunt de passé composé (volt.tijd) gebruiken

Slide 4 - Tekstslide

Le test
Vocabulaire A+B
woorden/ zinnen (A)
Bloc A
voorzetsels in/ naar voor een stad of land

Slide 5 - Tekstslide

travailler
A
spreken
B
werken
C
vertellen
D
ontmoeten

Slide 6 - Quizvraag

Ik ga naar Spanje
A
Je vais au Espagne
B
Je vais à Espagne
C
Je vais en Espagne
D
Je vais aux Espagne

Slide 7 - Quizvraag

Wij wonen in Rome
A
Nous habitons à Rome
B
Nous habitons en Rome
C
Nous habitons au Rome
D
Nous habitons aux Rome

Slide 8 - Quizvraag

het vliegtuig
A
la avion
B
le avion
C
l'avion
D
les avions

Slide 9 - Quizvraag

avoir envie de
A
honger hebben
B
dorst hebben
C
een hekel hebben aan
D
zin in hebben

Slide 10 - Quizvraag

la rentrée

Slide 11 - Open vraag

de trein

Slide 12 - Open vraag

het is koud
A
il fait chaud
B
il fait beau
C
il fait froid
D
il fait mauvais

Slide 13 - Quizvraag

Tu as été où?
A
Waar heb je geslapen?
B
Waar ben je naartoe geweest?
C
Waar ben ik naartoe geweest?
D
Waar heb je gegeten?

Slide 14 - Quizvraag

Je suis ........Danemark
A
en
B
au
C
à
D
aux

Slide 15 - Quizvraag

à
en
au
aux
Italie
Bruxelles
Pays-Bas
Luxembourg
Paris
États-Unis
Pérou
Asie

Slide 16 - Sleepvraag

Hoe ging het?
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Poll

Les vacances idéales
Bloc A WB page 24:
ex 6a

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Wat betekent Francophonie / Francophone?

Wat is een 
pays Francophone?
Ex 9 et 10 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

In welke landen ben jij al eens op vakantie geweest?

Slide 22 - Woordweb

Wat is jouw ideale vakantie?

Slide 23 - Woordweb

On va corriger ex 6a
WB page 24

Slide 24 - Tekstslide

La méteo 
ex 6b: het weerbericht
WB page 24

Slide 25 - Tekstslide

Il fait beau

Slide 26 - Tekstslide

Il fait mauvais

Slide 27 - Tekstslide

Il fait chaud

Slide 28 - Tekstslide

Il fait froid

Slide 29 - Tekstslide

La météo: sleep het juiste weer naar het juiste plaatje.
Il fait mauvais
Il fait chaud
Il fait froid
il fait beau

Slide 30 - Sleepvraag

Quel temps fait il?
A
Il fait chaud
B
Il fait beau
C
Il fait froid
D
Il fait mauvais

Slide 31 - Quizvraag

Quel temps fait-il?
A
Il fait mauvais
B
Il fait chaud
C
Il fait froid
D
Il fait beau

Slide 32 - Quizvraag

Quel temps fait- il?

Slide 33 - Open vraag

Ex 6B
Écoute la météo

Slide 34 - Tekstslide

Bloc D
Grammaire et écrire

WB page 32-33
'Le passé composé' 

Slide 35 - Tekstslide

Le passé composé 
het hulpwerkwoord:  AVOIR (hebben)

 j'ai
tu as
il / elle / on a
nous avons
vous avez
ils / elles ont

Slide 36 - Tekstslide

Stam + é
Werkwoorden - er
Voorbeelden:
jouer : joué
danser : dansé
aimer : aimé 
regarder : regardé

Slide 37 - Tekstslide

Samen wordt het: 

j'ai joué  = ik heb gespeeld
j'ai dansé = ik heb gedanst
j'ai aimé = ik heb gehouden van
j'ai regardé = ik heb gekeken

Slide 38 - Tekstslide

We gaan ermee oefenen!
Ik heb gedanst.
A
Je danse
B
Je suis dansé
C
J'ai danse
D
J'ai dansé

Slide 39 - Quizvraag

Zij heeft gewoond.
A
Elle a habité
B
Elle a habiter
C
Elle habité
D
Elle a habite

Slide 40 - Quizvraag

ONREGELM. WERKWOORDEN
être -> été : J'ai été malade. = Ik ben ziek geweest. (wat valt hier op??)

avoir -> eu : Il a eu un cadeau. = Hij heeft een cadeau gekregen.

faire -> fait : Tu as fait des photos? = Heb je foto's gemaakt?

Attention!  let op de woordvolgorde met een passé composé: 
onderwerp --> werkwoorden --> rest vd zin


Slide 41 - Tekstslide

Exemple
EU = GEHAD
 j'ai eu 
tu as eu 
il / elle / on a eu
nous avons eu
vous avez eu
ils / elles ont eu

Slide 42 - Tekstslide

AU TRAVAIL!
1. Corriger les devoirs/ Questions?

2. Faire:
Bloc D: ex 16a, 16b: zelf herhalen en doornemen, ex16cde
17a: zelf herhalen en doornemen, 17bc, 18ab, 19 (zie phrases clés)

Ben je klaar? Ga je leren:
vocabulaire B +zinnen + Bloc D passé composé

Slide 43 - Tekstslide

Écris 2 mots du cours

Slide 44 - Woordweb

Les devoirs
Faire:
Bloc D: ex 16a, 16b: zelf herhalen en doornemen, ex16cde
17a: zelf herhalen en doornemen, 17bc, 18ab, 19 (zie phrases clés)
Apprendre: vocabulaire B woorden/zinnen + Bloc D passé composé

Slide 45 - Tekstslide