12-1: Formuleren les 1

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
Pak alvast: Talent vakboek, jaarkatern, pen en schrift
Onderwerp: formuleren

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Lesdoelen
Aan het eind van deze les
... kan je zes soorten formuleerfouten herkennen
... kan je deze fouten verbeteren

Slide 4 - Tekstslide

Wat we gaan doen
  • We gaan naar een paar voorbeelden kijken en bespreken wat er fout gaat. 
  • Daarna maken jullie 3 opdrachten.
  • Eerst 10 minuten in stilte, daarna mag je ZACHTJES samenwerken met je buur.
  • Klaar? Dan mag je stil iets voor jezelf gaan doen.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is hier aan de hand?
'Deze computer kost duur.'
'Ik ben helemaal door de war.'
'Dat moet ik even nachecken.'

Slide 6 - Tekstslide

1. Contaminatie
Als je twee woorden of uitdrukkingen ten onrechte vermengt, spreek je van een contaminatie.
'Deze computer kost veel.' of 'Deze computer is duur.'

Slide 7 - Tekstslide

2. Verkeerd woordgebruik
Wanneer je de betekenis van een woord niet goed genoeg kent en het dan verkeerd gebruikt:
'Mensen met psychiatrische problemen, zoals faalangst, kunnen veel baat hebben bij gesprekken met een psycholoog.'

Slide 8 - Tekstslide

3. Verkeerde voorzetsels
'In vergelijking tot vroeger'
'De oorzaak voor dit probleem'
'Gebaat zijn van huiswerkbegeleiding'
'Aanmerkingen maken over zijn gedrag'

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 1 blz. 109
Vraag 4: wijs de fout aan, benoem de fout én verbeter de zin

Slide 10 - Tekstslide

Wat gaat hier mis?
'Een zwerm bijen achtervolgen de jongen.'
'Volgens Van Gaal geeft de media een foute weergave van de gebeurtenissen.'

Slide 11 - Tekstslide

4. Incongruentie
Het onderwerp en de persoonsvorm zijn niet gelijk in getal (enkelvoud/ meervoud). In onze voorbeelden:
'Een zwerm bijen achtervolgen de jongen.'
- Een zwerm is enkelvoud
'Volgens Van Gaal geeft de media een foute weergave van de gebeurtenissen.'
- De media is meervoud

Slide 12 - Tekstslide

5. Nog een foutje bij werkwoordgebruik:
'Ze lopen op straat en keken niet op of om.'

= Inconsequent gebruik van werkwoordtijden

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 2 blz. 110
Vraag 1: wijs de fout aan, benoem de fout én verbeter de zin

Slide 14 - Tekstslide

Wat vinden jullie van deze zinnen?
'Men is het coronabeleid zat.'
'De meeste mensen gaan dit jaar naar Frankrijk.'
'De hedendaagse student heeft een hoge studieschuld.'
'Aardig wat nieuwe medewerkers zijn aangenomen.'
'Tal van mensen keken naar de persconferentie.'
'Op een bepaald moment werden de regels voor het examen aangescherpt.'

Slide 15 - Tekstslide

6. Vermijd vaag taalgebruik!
Als lezer snap je vaag taalgebruik minder goed dan concreet taalgebruik; je kunt je er moeilijker iets bij voorstellen. Ook maakt vaag taalgebruik een tekst saai.
'Men is het coronabeleid zat.'
'De meeste mensen gaan dit jaar naar Frankrijk.'
'De hedendaagse student heeft een hoge studieschuld.'
Wie? Hoe veel?

Slide 16 - Tekstslide

Opdracht 3 blz. 110
Vraag 1: herschrijf de zin; maak het concreet! Je mag hier dus zelf iets verzinnen.

Slide 17 - Tekstslide

Formuleerfouten op een rijtje:
  • Contaminatie
  • Verkeerd woordgebruik
  • Verkeerde voorzetsels
  • Incongruentie
  • Inconsequent gebruik van werkwoordtijden
  • Vage woorden 

Slide 18 - Tekstslide

Vragen? Aan de slag!
  • Maak opdracht 1, 2 en 3
  • Eerst 10 minuten in stilte, daarna mag je ZACHTJES samenwerken met je buur.
  • Klaar? Dan mag je stil iets voor jezelf gaan doen.

Slide 19 - Tekstslide

Morgen
Huiswerk: afmaken opdracht 1, 2 en 3
Nakijken en de volgende formuleerfouten
Onze laatste les samen! :(

Slide 20 - Tekstslide