Tegenstellingen thema 8

• Nederlands
• ISK

Tegenstellingen

Wat is een tegenstelling

-

-

-

Het kussen is zacht

De steen is hard

De muziek is zacht

De muziek is hard

Het boek is dik

Het boek is dun

De telefoon is oud

De telefoon is nieuw

De schoenen zijn vies

De schoenen zijn schoon

Het bed is hoog

Het bed is laag

Mijn haar is droog

Mijn haar is nat

Het weer is goed

Het weer is slecht

De weg is breed

Het pad is smal

De olifant is groot

De muis is klein

De broek is kort

De broek is lang

hard

dik

oud

vies

hoog

droog

goed

breed

groot

kort

slecht

smal

klein

dun

laag

nat

nieuw

lang

schoon

zacht

De weg is...

1. dik
2. nat
3. smal
4. breed

Het boek is...

1. dun
2. kort
3. nieuw
4. dik

De telefoon is...

1. dik
2. smal
3. oud
4. laag

De maan is...

1. hoog
2. slecht
3. vies
4. nieuw

Het kussen is...

1. hoog
2. zacht
3. hard
4. nat

De tafel is...

1. nat
2. droog
3. dun
4. fout

De handen zijn...

1. schoon
2. hoog
3. goed
4. vies

De walvis is...

1. hoog
2. groot
3. slecht
4. nieuw

De zon staat...

1. groot
2. laag
3. dun
4. klein

Het haar is...

1. klein
2. kort
3. smal
4. dun

Tegenstellingen

Thema de seizoenen

De wortel is niet krom maar .....

Schaatsen is niet moeilijk maar ....

De zon is niet vierkant maar ....

De paraplu is niet ouderswets maar ....

De plant heeft niet veel, maar .... bladeren

Meneer Terlouw is niet zwak maar ....

Atif is niet ziek maar ...

Van de zon word ik niet bedroefd maar .... 

De spin is niet lui, maar ....

Deze wortel is niet recht, maar krom.

Schaatsen is niet makkelijk, maar moeilijk.

De zon is niet vierkant, maar rond.

Deze paraplu is niet ouderwets, maar modern.

Deze plant heeft niet veel, maar weinig bladeren.

Dit dier is niet zwak, maar sterk.

Onze hond is niet gezond, maar ziek.

Van de zon word ik niet bedroefd, maar vrolijk.

De spin is niet lui, maar ijverig.

Deze wortel is niet recht, maar krom.

Schaatsen is niet makkelijk, maar moeilijk.

De zon is niet vierkant, maar rond.

Deze paraplu is niet ouderwets, maar modern.

Deze plant heeft niet veel, maar weinig bladeren.

Dit dier is niet zwak, maar sterk.

Onze hond is niet gezond, maar ziek.

Van de zon word ik niet bedroefd, maar vrolijk.

De spin is niet lui, maar ijverig.

dashboard.blooket.com