EHBO 2. Stoornissen in het bewustzijn

Regels gebruik laptop/mobiel
Alleen als de docent het zegt, dus niet continue in de les en niet op eigen initiatief.
Alleen op de sites die nodig zijn om iets op te zoeken voor de EHBO & Veiligheid.
Geen foto's maken.
Niet houden van bovenstaande regels, betekent het inleveren van de mobiele telefoon of laptop.
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Regels gebruik laptop/mobiel
Alleen als de docent het zegt, dus niet continue in de les en niet op eigen initiatief.
Alleen op de sites die nodig zijn om iets op te zoeken voor de EHBO & Veiligheid.
Geen foto's maken.
Niet houden van bovenstaande regels, betekent het inleveren van de mobiele telefoon of laptop.

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan wij deze les behandelen?

  • Stoornissen in het bewustzijn
  • diabetes
  • epilepsie
  • koorststuipen
  • cva (stroke)

Slide 2 - Tekstslide

Context-info 145 Stoornissen in het bewustzijn
  • Zolang een mens op je reageert als je hem of haar aanspreekt noemen we dat: bij kennis of bij bewustzijn.
  • bewustzijn verstoord raken (hypo tekort aan suiker: Diabetes)
  • Als een mens niet meer reageert op aanspreken en andere prikkels dan is hij bewusteloos. 

Slide 3 - Tekstslide

Schedelhersenletsel
Door een val of een klap tegen het hoofd ontstaat een beschadiging in de hersenen. Door die schade kan een slachtoffer bewusteloos raken. Dit duurt meestal langer dan een paar minuten.
Andere tekenen van hersenletsel zijn:
  •  Sufheid of verwardheid
  •  Hoofdpijn
  •  Duizeligheid
  •  Gevoeligheid voor licht en geluid
  •  Geheugenverlies 
  •  Misselijkheid

Slide 4 - Tekstslide

Wat kun je doen?
Een slachtoffer dat bewusteloos is geraakt door schade aan de hersenen loopt gevaar. De tong kan achter in de keel zakken. Daardoor kan er geen lucht meer in de luchtpijp komen. Daarom leg je een bewusteloze in de stabiele zijligging. Door de stabiele zijligging hou je de luchtweg vrij.

Slide 5 - Tekstslide

Wat zijn de tekenen van hersenletsel?
A
Sufheid, verwardheid en geheugenverlies
B
Geheugenverlies, duizeligheid en koud
C
Misselijkheid, warm en hoofdpijn
D
Gevoeligheid voor licht en geluid, pijn aan de rechterkant en hoofdpijn

Slide 6 - Quizvraag

Iemand heeft diabetes en krijgt een hypo. Hij raakt bewusteloos. Wat is er aan de hand?

Slide 7 - Open vraag

Wat moet je doen met iemand die het bewustzijn verloren heeft?
A
Van buik naar rug leggen
B
Het lichaam stabiel leggen
C
Laten zitten met het hoofd tussen de benen

Slide 8 - Quizvraag

Epilepsie
Epilepsie is een stoornis in de hersenen die kan leiden tot aanvallen van krampachtige bewegingen van de lichaamsspieren. Deze aanvallen zijn tijdelijk. Ze kunnen leiden tot bewustzijnsverlies.

Slide 9 - Tekstslide

Epilepsie
Een epilepsie-aanval kan bij ieder slachtoffer anders zijn. Bij een grote aanval draaien de ogen weg. Het slachtoffer kan urine en ontlasting laten lopen. Zijn ademhaling kan stoppen, waardoor hij blauw wordt. Na een aanval kan het slachtoffer heel moe zijn.

Slide 10 - Tekstslide

Wat kun je doen bij iemand met een epilepsie aanval?



Een EHBO'er kan niet veel doen om te helpen. Wel kun je een slachtoffer de ruimte geven zodat hij zich niet kan stoten. Na de aanval kun je de luchtweg vrij houden.

Slide 11 - Tekstslide

Koortsstuipen
Wat is het?

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

Wat kun je doen?
  •   Zorg dat het kind zich niet kan bezeren
  •   Hou geen bewegingen tegen
  •   Probeer het kind af te koelen en let op zijn ademhaling
  •   Bel 1-1-2 voor een ambulance
  •   Leg hem na de stuip in de stabiele zijligging.

Slide 15 - Tekstslide

Wat kun je als hulpverlener doen bij iemand met een epilepsie aanval?

Slide 16 - Open vraag

Wat is een koortsstuip?
A
Verhoogde temperatuur in de benen
B
Verhoogde temperatuur in de maag
C
Verhoogde temperatuur in het hart
D
Verhoogde temperatuur in de heresenen

Slide 17 - Quizvraag

Wat kun je als hulpverlener doen bij iemand met een koorststuip?

Slide 18 - Open vraag

Wat is een CVA

Slide 19 - Tekstslide

Er zijn 2 soorten CVA:
1. Herseninfarct: een bloedpropje sluit een hersenslagader af. Een deel van de hersenen krijgt dan geen bloed meer.
2. Hersenbloeding: er knapt een bloedvat in de hersenen. 
Door de bloeding komt er teveel druk 
op de hersenen.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Tekstslide

Wat kun je doen als hulpverlener bij iemand met een CVA?
  • Als het slachtoffer bewusteloos is moet je hem in de stabiele zijligging leggen. Braken komt veel voor bij CVA. Dat is gevaarlijk voor de ademhaling.
  • Bel 112.
  • Breng het slachtoffer in een prettige houding, zodat hij niet om kan vallen.

Slide 23 - Tekstslide

Welke 3 soorten CVA zijn er

Slide 24 - Open vraag

Wat is een herseninfarct

Slide 25 - Open vraag

Welk plaatje geeft een herseninfarct weer?
A
A
B
B

Slide 26 - Quizvraag

Welk plaatje geeft een hersenbloeding weer?
A
A
B
B

Slide 27 - Quizvraag

Flauwte
Eigenlijk is flauwvallen niet hetzelfde als bewusteloos zijn. Flauwvallen doe je als je hersenen heel even niet genoeg zuurstof krijgen. In de EHBO is het gangbaar te spreken van een flauwte. Niet altijd is sprake van vallen.
Een flauwte kan meerdere oorzaken hebben:
  •   Honger
  •   Schrik
  •   Bloedarmoede
  •   Benauwde ruimte
  •   Hitte
Iemand die flauwvalt ziet bleek, dat geldt ook mensen met een donkere huid. Verder voelen ze zich slap en misselijk. Slachtoffers kunnen een paar minuten het bewustzijn verliezen.

Slide 28 - Tekstslide

Diabetes
Mensen met diabetes kunnen hun bloedsuikergehalte niet goed regelen. Daarvoor gebruiken ze medicijnen. Als het suikergehalte te hoog wordt, voelt het slachtoffer zich slaperig. Hij wordt dorstig en heeft vaak hoofdpijn. We noemen dit hyperglykemie of kortweg hyper. In dit geval heeft het slachtoffer medicijnen nodig. Misschien kan hij dit zelf inspuiten, of een familielid.

Slide 29 - Tekstslide

Wat kun je doen bij een hypo?
  • Je kunt helpen door het slachtoffer drinken te geven met veel suiker, bijvoorbeeld sterke limonade of sportdrankjes. 
  • Je belt 112 als het slachtoffer niet meer zelf kan eten of drinken.

Slide 30 - Tekstslide

Diabetes
Als het suikergehalte te laag wordt noemen we dat een hypo (of hypoglykemie). Het ontstaat als het slachtoffer te weinig heeft gegeten of teveel heeft bewogen. De diabeet kan plotseling bewusteloos raken. Soms voelt hij zich eerst licht in het hoofd, hij trilt, zweet en geeuwt.

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide