5.5 Woorden les 3 2KGT

  • Ga rustig zitten, dit keer geen leesboek
  • Etui op tafel
  • Ipad en werkboek op de hoek van je tafel
5.5 Woorden
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 35 min

Onderdelen in deze les

  • Ga rustig zitten, dit keer geen leesboek
  • Etui op tafel
  • Ipad en werkboek op de hoek van je tafel
5.5 Woorden

Slide 1 - Tekstslide

  • ongeveer 25 nieuwe woorden
  • over uitdrukkingen en spreekwoorden
5.5. Woorden
In deze paragraaf leer je:

Slide 2 - Tekstslide

  • huiswerk bespreken
  • Oefenen nieuwe woorden
  • Spreekwoorden
5.5 Woorden
Vandaag

Slide 3 - Tekstslide

  • Opdracht 6 t/m 8 blz. 132 - 133
  • UitlUitdrukkingen en spreekwoorden.
  • Spreekwoordenspel
5.5 Woorden
huiswerk bespreken

Slide 4 - Tekstslide

Welk woord zoek ik? Steek je vinger op.

  • 'ik vind dat raar en belachelijk', riep mijn moeder.
  • absurd
5.5 Woorden
Oefenen met woorden  (blz 129) - 30 seconds

Slide 5 - Tekstslide

Welk woord zoek ik? Steek je vinger op. 




  • geïsoleerd 
5.5 Woorden
Oefenen met woorden 1 (blz 129) - 30 seconds

Slide 6 - Tekstslide

Welk woord zoek ik? Steek je vinger op.

  • Pas na 5 jaar zien we resultaat van ons onderzoek.
  • op de lange termijn
5.5 Woorden
Oefenen met woorden 1 (blz 129) - 30 seconds

Slide 7 - Tekstslide

Welk woord zoek ik? Steek je vinger op.

  • Het tegengestelde van diepgaand onderzoek, is een ........onderzoek.
  • oppervlakkig
5.5 Woorden
Oefenen met woorden 1 (blz 129) - 30 seconds

Slide 8 - Tekstslide

Welk woord zoek ik? Steek je vinger op.

  • Ik ben benieuwd of er vandaag dan eindelijk toch een
     regeerakkoord is, of gaat het toch nog mis.
  • het komt erop aan
5.5 Woorden
Oefenen met woorden 1 (blz 129) - 30 seconds

Slide 9 - Tekstslide

Welk woord zoek ik? Steek je vinger op. 




  • de puntjes op i zetten
5.5 Woorden
Oefenen met woorden 1 (blz 129) - 30 seconds

Slide 10 - Tekstslide

Een uitdrukkingen en spreekwoorden zijn woorden of zinnen met een speciale betekenis.
De betekenis moet je leren, net als de betekenis van woorden.
Je kunt de betekenis opzoeken in een (online)woordenboek of in een spreekwoordenboek. Je zoekt dan bij het belangrijkste woord, meestal een zelfstandig naamwoord.
5.5 Woorden
Leertekst: Uitdrukkingen en spreekwoorden (blz. 134)

Slide 11 - Tekstslide

Veel spreekwoorden vinden hun ontstaan in de middeleeuwen of uit het boerenleven. Denk maar aan:
  • de hond in de pot vinden
  • rare bokkensprongen maken
  • met de gebakken peren zitten
5.5 Woorden
Leertekst: Spreekwoorden (blz. 134)
Leertekst: Uitdrukkingen en spreekwoorden (blz. 134)

Slide 12 - Tekstslide

Bijvoorbeeld
  • Lida maakt van een mug een olifant.
  • Ze maakt het altijd erger dan dat het is.

  • Ziekte komt te paard en gaat te voet.
  • Je wordt snel ziek, maar genezen duurt lang.
5.5 Woorden
Leertekst: Spreekwoorden (blz. 134)
Leertekst: Uitdrukkingen en spreekwoorden (blz. 134)

Slide 13 - Tekstslide

  • Maak groepjes van ongeveer 4 personen.
  • Er is per groepje steeds 1 spelleider. Na elk rondje wissel je van spelleider.
  • Ieder groepje krijgt een stapel met tekeningen met daarop een spreekwoord.
  • De spelleider laat de tekening zien aan degene die aan de beurt is. Die persoon moet het spreekwoord raden. 
  • Heeft die het goed, dan mag die de kaart hebben.
     Niet goed: kaart onderop de stapel.
  • Wie heeft aan het einde van het spel de meeste kaarten (=spreekwoorden goed

5.5 Woorden
Het spreekwoordenspel
timer
10:00

Slide 14 - Tekstslide

  • Ga naar Max Online, hoofdstuk 5 paragraaf lezen en paragraaf Woorden
  • Wat weet je over deze paragraaf?  
     Doe de oefeningen bij TestJezelf.
  • Oefen de woorden en de betekenissen ook met de
     Woordtrainer.
5.5 Woorden
Test jezelf

Slide 15 - Tekstslide