Wist dat de grootste angst van de meeste van ons, het verliezen van hun naaste is.
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3,4
In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Wist dat de grootste angst van de meeste van ons, het verliezen van hun naaste is.
Slide 1 - Tekstslide
RWI
JRO
TGO
FSU
RSL
RST
RLI
ENY
EJO
RMA
NAR
Slide 2 - Sleepvraag
Spiegeltje, spiegeltje... van wie zijn de volgende uitspraken?
“Damn girl, you look good!” Zaten die rimpels er vorige week ook al?” “Zo… hallo onderkinneke van me!” “Gelukkig is het winter, dikke truien zijn de beste remedie tegen vetrolletjes…” We pleuren er maar weer wat plamuur op tegen de zwarte kringen onder die ogen”
Slide 3 - Open vraag
Spiegeltje, spiegeltje... van wie zijn de volgende uitspraken?
Ik denk niet, dat laat ik aan een paard over die hebben een groter hoofd.
Slide 4 - Open vraag
Spiegeltje, spiegeltje... van wie zijn de volgende uitspraken?
Oh jee ik word oud!
Slide 5 - Open vraag
Spiegeltje, spiegeltje... van wie zijn de volgende uitspraken?
Is deze combinatie de juiste en zit mijn kapsel goed?
Slide 6 - Open vraag
Spiegeltje, spiegeltje... van wie zijn de volgende uitspraken?
Goh wan knap menneke!
Slide 7 - Open vraag
Spiegeltje, spiegeltje... van wie zijn de volgende uitspraken?
Houden zo, valt niets meer aan te verbeteren.
Slide 8 - Open vraag
SSC
MLG
ASN
DST
CRM
MVH
MVE
LSH
DNU
SKO
Slide 9 - Sleepvraag
Wist dat de meeste van ons eigenlijk heel tevreden zijn met ons lichaam.
Slide 10 - Tekstslide
Aan wie moet je denken bij de volgende woorden:
Bescheiden, vriendelijk, behulpzaam, trouw.
A
NAR
B
RLI
C
RMA
D
RST
Slide 11 - Quizvraag
Aan wie moet je denken bij de volgende woorden:
Nerd, vrolijk, muzikaal, enthousiast.
A
RLI
B
ENY
C
JRO
D
RSL
Slide 12 - Quizvraag
Aan wie moet je denken bij de volgende woorden:
Sociaal, een prater, bescheiden, sterke wil.
A
ENY
B
RMA
C
TGO
D
RSL
Slide 13 - Quizvraag
Aan wie moet je denken bij de volgende woorden:
Rustig, bedachtzaam, sportief, fanatiek.
A
FSU
B
RMA
C
EJO
D
DST
Slide 14 - Quizvraag
Aan wie moet je denken bij de volgende woorden:
Geduldig, doorzetter, observant, loyaal.
A
RST
B
SKO
C
JRO
D
RLI
Slide 15 - Quizvraag
Aan wie moet je denken bij de volgende woorden:
Hard werkend, simpel, nadenkend, empathisch.
A
RST
B
MVE
C
MVH
D
RLI
Slide 16 - Quizvraag
Aan wie moet je denken bij de volgende woorden:
Flexibel, collegiaal, de rust zelve, luisteraar
A
RST
B
JRO
C
NAR
D
RSL
Slide 17 - Quizvraag
Aan wie moet je denken bij de volgende woorden:
Eerlijk, creatief, rustig, optimist.
A
LSH
B
SKO
C
MVH
D
MVE
Slide 18 - Quizvraag
Aan wie moet je denken bij de volgende woorden:
Positief, spontaan, betrouwbaar, lief
A
LSH
B
FSU
C
MVH
D
TGO
Slide 19 - Quizvraag
Aan wie moet je denken bij de volgende woorden:
Behulpzaam, sociaal, georganiseerd, duidelijk
A
LSH
B
SKO
C
MVH
D
MVE
Slide 20 - Quizvraag
Wist dat het duurste bezit, van de meeste van ons, een (half) huis of auto is.
Maar CRM en DNU, hebben ook hele dure sieraden.
Slide 21 - Tekstslide
Van wie is dit geheime talent/trucje? Beantwoord met afkorting.
Slide 22 - Open vraag
Van wie is dit geheime talent/trucje? Beantwoord met afkorting.
Slide 23 - Open vraag
Van wie is dit geheime talent/trucje? Beantwoord met afkorting.
Slide 24 - Open vraag
Van wie is dit geheime talent/trucje? Beantwoord met afkorting.
Slide 25 - Open vraag
Van wie is dit geheime talent/trucje? Beantwoord met afkorting.
Slide 26 - Open vraag
Van wie is dit geheime talent/trucje? Beantwoord met afkorting.
Slide 27 - Open vraag
Van wie is dit geheime talent/trucje? Beantwoord met afkorting.
Slide 28 - Open vraag
Van wie is dit geheime talent/trucje? Beantwoord met afkorting.
Slide 29 - Open vraag
Van wie is dit geheime talent/trucje? Beantwoord met afkorting.
Slide 30 - Open vraag
MVE
ENY
RLI
RMA
EJO
NAR
LSH
MVH
SKO
RWI
CRM
DNU
ASN
MLG
SSC
RSL
JRO
TGO
FSU
Slide 31 - Tekstslide
Waar of niet waar?
ENY maakt elk jaar zijn eigen top 500 van de beste nummers.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 32 - Quizvraag
Waar of niet waar?
RMA kijkt met een gerust hard in een spiegel.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 33 - Quizvraag
Waar of niet waar?
Moniek had eigenlijk Kirsten moeten heten.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 34 - Quizvraag
Waar of niet waar?
SKO duikt tijdens 3de jaars kamp graag de grotten in.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 35 - Quizvraag
Waar of niet waar?
RSL deze scout ziet niet graag de bomen in een bos, althans alleen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 36 - Quizvraag
Waar of niet waar?
LSH ziet zichzelf graag voorbij komen op Dumpert.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 37 - Quizvraag
Waar of niet waar?
ANS durft over elke straatsteen te lopen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 38 - Quizvraag
Waar of niet waar?
Als je SSC weg wilt jagen, moet je aan komen met een stel muizen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 39 - Quizvraag
Waar of niet waar?
FSU is dol op slangen, groot of klein, hij wordt er blij van.