Ethisch handelen

Beroepscode
Integer 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Visie, beroepshouding en ethiekMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Beroepscode
Integer 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 3 - Video

Wat zou jij doen? 

We gaan deze les besteden aan 
ethische dilemma`s.
Om daar, vanuit het vak `doktersassistent` een inhoudelijk kijkje te kunnen nemen, gaan we eerst over naar bepaalde begrippen. Daarna vervolgen we met een spel waar ethische dillema`s in voorkomen.

Hieronder volgt de lesindeling
00:00
Ethisch dillemma
Bekijk dit fragment.
Deze casus gaat over `zorgen voor je gezin` 

Wat zou jij doen?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesindeling
1. Welkom
2. Lesdoelen
3. Beroepshouding van de doktersassistent
4. Wat is integriteit
5. Wat zijn waarden en normen
6. Wat is moraliteit
7. Verschil tussen ethiek en moraal
8. Verschillende morele denkwijzen
9. Spel aan de hand van casusen. 


Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
Je weet de beroepshouding van de doktersassistent
Je weet wat integer handelen is
Je weet wat we verstaan onder normen en waarden
Je weet wat moraliteit inhoudt
Je weet de verschillende morele denkwijzen vanuit ethische dilemma`s  te  benoemen 



Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beroepshouding
doktersassistent

Slide 7 - Woordweb

1. Betrokkenheid
2. Inlevingsvermogen
3. Respect
4. Eigen grenzen
5. Echtheid: jezelf durven zijn
6. Integer
7. Representatief
8. Verantwoordelijk
9. Durven handelen
10. Geduld
Beroepshouding vanuit kwallificatiedossier
  • Professioneel handelen: 
       Ethisch en betrokken handelen, rekening houdend met wetgeving, omgaan met privacy,
       tegengestelde belangen. Kan afstemmen op culturele achtergronden in werkcontacten. Kan         vaardigheden toepassen met betrekking tot conflicthantering

De onderliggende competenties zijn:
Aandacht en begrip tonen, Samenwerken en overleggen, Ethisch en integer handelen, vakdeskundigheid toepassen, instructies en procedures opvolgen, met druk en tegenslag omgaan.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is integriteit?

Slide 9 - Woordweb

Wat is integriteit volgens jullie?

Begrippen integriteit:
Eerlijkheid
Betrouwbaar
Onomkoopbaar
Loyaliteit
Verantwoordelijkheid
24/7
Trouw
Voorbeeldgedrag
Respect
Neutraal/ objectief
…. Et cetera
Integriteit = Respectvol met elkaar en anderen
omgaan, waarbij rekening wordt gehouden met
de rechten, belangen en wensen van alle betrokkenen.

Veel complexer dan het naleven van regels.
Durven aan spreken op elkaars gedrag om integriteit te bewaken

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat verstaan we onder waarden en normen?

Slide 11 - Woordweb

Waarden:
Ik hecht daar waarde aan, iets wat je belangrijk vindt
- vrijheid
- eerlijkheid
- respect
- etc.

Normen:
Hoe uit je je waarden ?
Gedragsregel wat je nastreeft.
Hoe dien je je te gedragen?

- VB: oudere vrouw stapt in een volle bus.
Waarde: respect voor ouderen
Norm: je staat op voor deze oudere
            vrouw.

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een moreel oordeel?
Iets goed of slecht vinden is eigen aan het dagelijks leven. Meerdere keren per dag spreken we onze waardering of onze afkeer uit over iets dat we meemaken. 
We beoordelen de wereld om ons heen vanuit onze eigen waarden en normen.

Slide 13 - Tekstslide


Literatuur
van Dalen, W. (2012). Ethiek de basis: Morele competenties voor professionals (Tweede druk).
   Noordhoff Uitgevers bv.

Moraliteit

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ethiek en moraal
Ethiek is het (kritisch) nadenken over de moraal. 

Waarom vind je dat iets wel of niet bij jouw normen en waarden past? Iets is “ethisch” als je er nog even over na moet denken. Je weet dan nog niet of je het goed of fout vindt. Je hebt nog geen oordeel.
“Je ethisch gedragen” betekent dus dat je nadenkt over hoe je moet handelen. 
“Je moreel gedragen” betekent dat je handelt volgens je eigen moraal. 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Morele denkwijzen:
  • Plichtethiek
  • Gevolgenethiek
  • Deugdethiek
  • Zorgethiek


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Video

Fimpje uitleg: 
Plicht- en gevolgenethiek

Deugdethiek:
Wat is goed handelen?
Je wilt niet op je geweten hebben dat je iemand opzettelijk `dood`. Iedereen heeft recht op leven.
De deugd is dus in de eerste plaats geen handeling, maar een karaktertrek (innerlijke eigenschappen). 
Deze maakt dat je als vanzelf - of, overeenkomstig je natuur - kiest voor het goede. ( rechtvaardigheid, Loyaliteit, eerlijkheid)

Zorgethiek:
Empathie en zorg voor de naasten.
 `zorgen voor`.
De man half over de brug hangend--> Hoe krijg ik deze persoon rustig? 
Je hebt oog voor deze man, je zorgt voor deze persoon. 
We gaan aan de slag

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies