Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Kapitel 5 - Checkout (werden + 'e/i' Wechsel)
1 / 26
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
In deze les zitten
26 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Werden
ich werd
e
du
wir
st
er/sie/es
wir
d
=> Het lijkt een beetje
op een
sterk werkwoord
!
wir werd
en
ihr werd
et
sie/Sie werd
en
Slide 2 - Tekstslide
het werkwoord 'werden'
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
werde
wirst
wird
werden
werdet
werden
Slide 3 - Sleepvraag
Du ... einen Regenschirm brauchen.
A
werde
B
wirst
C
wird
D
werden
Slide 4 - Quizvraag
Wie spät ... ihr dann bei mir sein?
A
werde
B
wirst
C
werdet
D
werden
Slide 5 - Quizvraag
werden
Du ........... morgen 10 oder?
A
werde
B
wirst
C
werdest
D
wird
Slide 6 - Quizvraag
HERHALING:
Regelmatige werkwoorden
Slide 7 - Tekstslide
Regelmatige werkwoorden: uitgangen
Voorbeeld: werkwoord: kaufen, stam: kauf
ich kauf
e
du kauf
st
er/sie es kauf
t
wir kauf
en
ihr kauf
t
sie kauf
en
Sie kauf
en
Slide 8 - Tekstslide
2. de persoonlijke voornaamwoorden en de uitgangen
ich stam + e
du stam + st
er/ sie/ es stam + t
wir stam + en (/n)
ihr stam + t
sie/Sie stam + en (/n)
Slide 9 - Tekstslide
du (kaufen).
A
kaufet
B
kaufe
C
kaufen
D
kaufst
Slide 10 - Quizvraag
Ich (spielen)
A
spielt
B
spiele
C
spielen
D
gespielt
Slide 11 - Quizvraag
ihr (machen)
A
machen
B
machst
C
macht
D
machet
Slide 12 - Quizvraag
Vervoeg het werkwoord tussen haakjes:
Ich (hören) gerne Musik.
A
hort
B
höre
C
horst
D
horen
Slide 13 - Quizvraag
Vervoeg het werkwoord tussen haakjes:
Du (besuchen) die Oma.
A
besucht
B
besuchst
C
besuchen
D
besuche
Slide 14 - Quizvraag
Vervoeg het werkwoord tussen haakjes:
Ihr (kaufen) solche teuere Sachen.
A
kaufst
B
kaufen
C
kaufet
D
kauft
Slide 15 - Quizvraag
Vervoeg het werkwoord tussen haakjes:
Meine Eltern (streicheln) den Hund.
A
streicheln
B
scheichelen
C
streichelt
D
streichele
Slide 16 - Quizvraag
Vervoeg het werkwoord tussen haakjes:
Ich (kaufen) eine Flasche Wasser.
A
kaufst
B
kauft
C
kaufe
D
kaufen
Slide 17 - Quizvraag
e / i - Wechsel
Slide 18 - Tekstslide
ich
du
er/ sie/ es
wir
ihr
Sie/ sie
mach
mach
mach
mach
mach
mach
Hoe zat het ook alweer?
timer
0:30
e
st
t
en
en
t
Slide 19 - Sleepvraag
Slide 20 - Video
e/i Wechsel
Een korte
e
wordt een
i
bijv: sprechen --> du sprichst
e/i Wechsel
Een lange
e
wordt
ie
bijv: sehen --> er sieht
Slide 21 - Tekstslide
Ich sehe das Schiff nicht mehr? __________ du es noch?
timer
0:15
Slide 22 - Open vraag
Ich nehme ein Stück Torte. Was ___________ sie (ev)?
timer
0:15
Slide 23 - Open vraag
Peter __________ (geben) immer die falsche Antwort.
timer
0:15
Slide 24 - Open vraag
Du __________ (vergessen) doch nicht meinen Geburtstag?
timer
0:15
Slide 25 - Open vraag
Ich treffe sie heute nicht. Vielleicht _______ du sie?
timer
0:15
Slide 26 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
Übung: regelmatige werkwoorden + haben + sein
September 2022
- Les met
28 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 1
Regelmatige werkwoorden Duits
September 2022
- Les met
26 slides
Duits
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
Regelmatige werkwoorden Duits
Februari 2023
- Les met
27 slides
Duits
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
Regelmatig werkwoord Duits
Mei 2022
- Les met
22 slides
Duits
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
Regelmatige werkwoorden Duits
Oktober 2022
- Les met
27 slides
Duits
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
Regelmatige werkwoorden Duits
Oktober 2023
- Les met
28 slides
Duits
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
Regelmatige werkwoorden Duits
November 2022
- Les met
20 slides
Duits
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
Week 3 les 1
Januari 2021
- Les met
24 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2