Vragen over hfst 3

H3 De Republiek in de Gouden eeuw
   §3.1 Amsterdam stapelmarkt van de wereld
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

H3 De Republiek in de Gouden eeuw
   §3.1 Amsterdam stapelmarkt van de wereld

Slide 1 - Tekstslide

§3.1 Amsterdam stapelmarkt van de wereld
Wat heb je nodig:
  • Boek
  • Werkboek
  • Chromebook
  • Lessonup.app
  • Actieve houding

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Wat weet je
van de Gouden Eeuw?

Slide 4 - Woordweb

Wat weet je
van de VOC?

Slide 5 - Woordweb

Wat zou een
stapelmarkt zijn?

Slide 6 - Woordweb

§3.1 Amsterdam stapelmarkt van de wereld
We gaan met vaardigheden aan de slag
Nodig:
  • Boek
  • Werkboek
  • Pen

Deze en volgende les uitleg over werken met bronnen
Daarna opdracht voor cijfer.

Slide 7 - Tekstslide

Paleis op de Dam; zo heet het nu.

Vroeger was dit het stadhuis van de stad Amsterdam.
Mensen van over de héle wereld kwamen naar Amsterdam om te handelen.
Dit is de waag. Hier werden goederen gewogen. 
Dit zijn regenten. Het zijn bestuurders van de stad.
Dit is de Nieuwe Kerk. Deze kerk staat er nog steeds.

Hier vinden plechtige landelijke diensten plaats zoals koninklijke huwelijken, maar ook de dienst tijdens de dodenherdenking op 4 mei.

Slide 8 - Tekstslide

Wat is was paleis op de Dam?
A
Paleis van de koning
B
Het stadhuis van de stad
C
De weegschaap van de stad
D
Het paleis van de stad

Slide 9 - Quizvraag

Wat zijn regenten?
A
Handelaren
B
Generaals
C
Bestuurders
D
Inwoners van de stad

Slide 10 - Quizvraag

Welke activiteit zie je niet op de plaat?
A
Vechten
B
Handel
C
Overleg
D
Bestuur

Slide 11 - Quizvraag

Waaraan kun je zien dat Amsterdam een belangrijke handelsstad is?

Slide 12 - Open vraag

§3.1 Amsterdam stapelmarkt van de wereld
Wat moet je doen om deze vragen te kunnen beantwoorden?
  • Vaardigheden inzetten
  • Informatie opslaan


Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

In welke type vraag (K, T of I) moet jij nog echt trainen?
Kennis
Toepassen
Inzicht

Slide 15 - Poll

In welke type vraag (K, T of I) ben jij goed in?
Kennis
Toepassen
Inzicht

Slide 16 - Poll

§3.1 Amsterdam stapelmarkt van de wereld
Zijn hier nog vragen over?

Slide 17 - Tekstslide

Waar staan de letters K T I voor?

Slide 18 - Open vraag

Is dit K, T of I?
A
Kennis
B
Toepassen
C
Inzicht

Slide 19 - Quizvraag

Is dit K, T of I?
A
Kennis
B
Toepassen
C
Inzicht

Slide 20 - Quizvraag

Een vraag met een bron, is dat K, T of I?
A
Kennis
B
Toepassen
C
Inzicht

Slide 21 - Quizvraag

Is dit K, T of I?
A
Kennis
B
Toepassen
C
Inzicht

Slide 22 - Quizvraag

In welke type vraag (K, T of I) moet jij nog echt trainen?
Kennis
Toepassen
Inzicht

Slide 23 - Poll

In welke type vraag (K, T of I) ben jij goed in?
Kennis
Toepassen
Inzicht

Slide 24 - Poll

§3.1 Amsterdam stapelmarkt van de wereld
Wat heb je nodig:
  • Boek
  • Werkboek
  • Chromebook
  • Lessonup.app
  • Actieve houding

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Kennisvraag:
Wat is de VOC?

Slide 27 - Open vraag

Kennisvraag:
Zijn deze zin juist of onjuist?

Veel mannen gaven zich vrijwillig op om te werken bij de VOC?

Slide 28 - Open vraag

Inzichtsvraag:
Waarom zou er in die tijd geen vrouw aan boord van een VOC schip te vinden zijn?

Slide 29 - Open vraag

Kennisvraag:
Wat is een chirugrijn?

Slide 30 - Open vraag

Inzichtsvraag:
Waarom stonden er allemaal witte vlekken op de kaart?

Slide 31 - Open vraag

Toepassingsvraag:
Waarom mochten de soldaten niet op het achtersteven komen?

Slide 32 - Open vraag

Welke route voer de VOC om naar Indonesië te komen?

Slide 33 - Open vraag

Lees de bron:
Stel, je onderzoekt de vraag:
Hoe ging de VOC te werk in Azië?
Is bron 2 dan bruikbaar?
Leg je antwoord uit met een bronelement.

Slide 34 - Open vraag

Grachtenpanden
De prachtige panden uit die tijd staan er nog. Tegenwoordig komen er miljoenen toeristen naar Amsterdam voor de mooie gebouwen uit die tijd.
Kleine bootjes vervoerden goederen via de grachten naar de grachtenpanden van rijke kooplieden.
Goederen van over de hele wereld kwamen aan in Amsterdam.
Via deze balken takelden ze de goederen naar de bovenste verdiepingen van grachtenpanden, waar spullen werden bewaard. 
Als je naar de huizen kijkt zie je dat ze vaak smal zijn. Je moest in die tijd belasting betalen over hoe breed je huis was.

Slide 35 - Tekstslide

Waarom zijn sommige huizen erg smal?

Slide 36 - Open vraag

Welk woord past niet bij stapelmarkt?
A
Goederen
B
Grachtenpand
C
Verkopen
D
Marktkraam

Slide 37 - Quizvraag

Waarom zijn de Amsterdamse grachtenpanden populair bij toeristen?

Slide 38 - Open vraag

Slide 39 - Tekstslide