Bijeenkomst 2: Wetgeving, protocollen en procedures.

Vandaag:

- Huiswerk nabespreken 

- Inventarisatie onderwerpen. 

- Wetgeving:

    - Wet Zorg en Dwang 

    - Wet kwaliteit klachten en geschillen zorg (WKKGZ). 

- Wetgeving koppelen aan het knelpunt.

Huiswerk nabespreken. 

Inventarisatie onderwerpen. 

Wie heeft er nog geen onderwerp voor dit examen?

Leerdoelen: 

• Aan het eind van deze les weet je wat de Wet Zorg en dwang (WZD) inhoudt en te maken heeft met kwaliteitszorg. 
  
  
• Aan het einde van de les weet je wat de WKKGZ (Wet Kwaliteit Klachten Geschillen Zorg) inhoudt en wat de wet te maken heeft met kwaliteitszorg.

Wet Zorg en Dwang

1. De zorg moet worden verleend op basis van een zorgplan. 
2. Onvrijwillige zorg mag slechts worden gebruikt als uiterste middel: het is ‘Nee, tenzij’.
3. Daarbij dient een stappenplan te worden doorlopen. Ook moet strak worden gecontroleerd of die onvrijwillige zorg nog wel nodig is.

Enkele voorbeelden van wat onder onvrijwillige zorg valt:

• Tegen de wil voeding en medicatie
  
• Beperken van de bewegingsvrijheid
• Toezicht houden op de cliënt
  
• Onderzoek aan de kleding of het lichaam
• Beperkingen in het recht op het ontvangen van bezoek

Stiekem een medicijn via de yoghurt of vla toedienen mag nooit.

1. Eens
2. Oneens

Vrijheid die je niet aankunt is geen vrijheid

1. Eens
2. Oneens

De vrijheid van de zorgvrager staat niet boven de plicht om goed voor iemand te zorgen.

1. Eens
2. Oneens

Het is goed dat de Wet Zorg en Dwang bestaat

1. Eens
2. Oneens

Opdracht 1:

Wat: Maak de opdracht Wet Zorg en Dwang. 

Wie: In groepjes 

Hulpmiddel; Stappenplan WZD. 

Tijd: 15 minuten 

Klaar?: Terug naar de les. We bespreken het na.  

WKKGZ 

Dit examen draait om het verbeteren van de kwaliteit van zorg. 

Een belangrijke wetgeving die daarbij past is de WKKGZ. 

"Het is dus voor het examen erg van belang dat je weet wat de WKKGZ inhoudt en hoe deze aansluit bij jouw kwaliteitsverbetering"

Dit moet je kunnen uitleggen in het examengesprek. 

Opdracht 2: WKKGZ

Wat: Ga aan de slag met de opdracht; WKKGZ. 

Wie: Individueel 

Tijd: 30 minuten 

Hulpmiddel: Internet + zie opdracht) 

Klaar: Terug in de les, we gaan het bespreken.