4.3 Hoe functioneert een stad?

Hoe functioneert een stad?




par. 3
H4 Stedelijke gebieden
Domein Leefomgeving
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Hoe functioneert een stad?




par. 3
H4 Stedelijke gebieden
Domein Leefomgeving

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
  • Je begrijpt op welke manier de economie invloed heeft op stedelijke vernieuwing, met name door de kenniseconomie en de creatieve economie.
  • Je begrijpt op welke manier samenwerking tussen overheden voordelen oplevert.
  • Je begrijpt op welke manier samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven voordelen oplevert.
  • Je kunt verschillende dimensies, actoren en schaalniveaus onderscheiden bij de analyse en beoordeling van stedelijke vraagstukken.

Slide 2 - Tekstslide

De aantrekkelijke stad
Waarom is de stad een aantrekkelijke plek om te wonen voor jonge mensen?

  • Uitgaansleven
  • Opleiding
  • Baantjes
  • Winkelen
  • …overal Wi-Fi




Slide 3 - Tekstslide

Omschrijf in je eigen woorden wat agglomeratievoordelen zijn

Slide 5 - Open vraag

Geef aan de hand van een voorbeeld weer voor wie deze agglomeratievoordelen belangrijk zijn en waarom.

Slide 6 - Open vraag

Agglomeratievoordeel
De voordelen van ruimtelijke nabijheid tot andere bedrijven en huishoudens. Daarbij hoort een afzetmarkt en ook toeleveranciers in de breedste zin van het woord.
= stedelijk gebied. Bijvoorbeeld Den Bosch/Rosmalen en ook Vught/Vlijmen bijvoorbeeld.
In bijgaand plaatje New York City, maar ook de omliggende gemeenten.

Slide 7 - Tekstslide

Welke agglomeratievoordelen heeft de hogeschool in Den Bosch?

Slide 8 - Open vraag

De aantrekkelijke stad
Steden proberen zich te ontwikkelen tot creatieve stad waarin de kenniseconomie een centrale rol speelt. 

Slide 9 - Tekstslide

De aantrekkelijke stad
Vanaf 1990 is de stad weer een aantrekkelijke plek voor bedrijven door agglomeratievoordelen: meer productiviteit, innovatie, creativiteit en efficiency mogelijk. 

Hoe komt dat?
  • Grote afzetmarkt
  • Veel leveranciers
  • Voldoende werknemers

Ingegeven door de globalisering!



Slide 10 - Tekstslide

De aantrekkelijke stad

Wanneer zijn die voordelen maximaal? 
Twee meningen:
  1. Nederland lift mee op succes van Amsterdam
  2. Zet in op samenwerking tussen steden. Expats zien NL als één grote stad

Slide 11 - Tekstslide

De stad als economisch centrum
Belangrijkste productiefactor huidige economie?
Kennis

  • 'Harde' technologische kennis: technische uitvindingen
  • 'Zachte' sociale kennis: kennis van het gedrag van mensen

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Kenniseconomie leunt op zakelijke dienstverlening.
Voornamelijk terug te vinden in de steden. 

Bijvoorbeeld in Science parks:
  • In de buurt van een universiteit
  • Moderne digitale en infrastructurele verbindingen 

Slide 14 - Tekstslide

0

Slide 15 - Video

Broedplaatsen
  • Oude loodsen in verpauperde industrie- en havengebieden
  • Creatieve bedrijven: alternatieve kunst, start-ups, kleine bedrijven die nog niet goed lopen etc. 

Maakt stad aantrekkelijk, want:
  • De creatieven maken veel gebruik van stedelijke voorzieningen.
  • Stad wordt hierdoor aantrekkelijk om te wonen en voor bedrijven om zich te vestigen.



Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

0

Slide 18 - Video

0

Slide 19 - Video

Slide 20 - Tekstslide

Samenwerking in de stad
Overheid moet samenwerken om dergelijke projecten te kunnen volbrengen.

Dit doen ze in de vorm van:
  • Bestuurlijke netwerken zoals stadsgewesten (Arnhem-Nijmegen/Utrecht- Amersfoort)
  • Regionale samenwerking (bij gebrek aan stadsgewest)
  • Publiek-private samenwerking (publiek vs. winst!)

Slide 21 - Tekstslide

Opdrachten

Maak 
Hoofdstuk 4
§3

Opdr. 1 t/m 6 + hoofdvraag

Slide 22 - Tekstslide