stelling verdedigen

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4,5

jouw stelling verdedigen

overtuigen

Stap 1: Je verzamelt ideeën

1. De stelling
2. Hoofdargumenten
3. Vier grote achtergrondartikelen en/of opiniërende artikelen die na 2010 zijn gepubliceerd met bronvermelding* met onderstreepte argumenten.
4. Maximaal vijf kleine artikelen die als illustratiemateriaal kunnen dienen.

Je wordt specialist !

*bronnen: landelijke dagbladen,
opinieweekbladen, vakbladen, overheidspublicaties. Te vinden
op internet, in de mediatheek. Ga naar alle programma’s

 ->
mediatheek-> krantenbank Lexisnexis.

eisen aan de speech

* alleen aandachtspunten op 'spiekbriefje'.

*Je bent ten minste 5 minuten aan het woord. Meer dan 7 minuten levert geen voldoende op.

* KOP  (eindig niet mijn stelling is….!)

* ROMP, minimaal drie argumenten voor, voorzien van voorbeelden, toelichting of uitleg.  Een argument tegen dat je ontkracht / weerlegt.

* STAART herhaal je stelling en hooguit twee argumenten.

* Verbind de delen met signaalwoorden.

Wat heeft impact?

Presentatie: Droeg de presentatie (o.a. stemgebruik, houding en timing) van de spreker bij aan de impact van de speech, of waren er gedragingen die afleidend waren? Goed gesproken (niet voorgelezen!) en publiek aangekeken?

Inhoud: Droeg de inhoud (o.a. originaliteit, humor, logica, spanningsboog, verhaallijn) bij aan de impact van de speech? Waarom?

Taalgebruik: Droeg de woordkeuze en zinsbouw bij aan de impact van de speech? Werden er stijlfiguren gebruikt? Wat was het effect daarvan?

KOP

Boeiende inleiding, ‘zeggen wat je gaat zeggen’

ROMP

Uitleg kernpunten, ‘het zeggen’

STAART

‘Zeggen wat je hebt gezegd’, leuke afsluiting.

oefenen met werkbladen

Vijf groepen (max. zes leerlingen per groep)

                   Opdracht lezen en kiezen (5 min.)

Stap 1 – Ideeën verzamelen en uitwerken (±5 min.)

                   Gebruik de hulpvragen.

Stap 2 – Speech opstellen (±5 min.)

Stap 3 - Speechen - ±10 min. (5 x 2 min.)

Stap 4 - Nabespreken - ±5 min. (5 x 1 min.)

stappenplan

1. onderwerp
2. specialiseren
3. stelling definitief
4. pleidooi, pleitrede opstellen als een advocaat: win deze zaak (zie opdracht)
5. sparren in groepje van drie (hooguit 4)
6. perfectioneren
7. oefenen (ook in groepje)

feedback

Feedback is kort, concreet en constructief .

Geef een tip en een top. Bijvoorbeeld:

Tip: "Breng de volgende keer meer variatie aan in je spreektempo, bijvoorbeeld door langzaam te beginnen, dan te versnellen en weer langzaam te eindigen."

Top: "Je houdt de aandacht goed vast door je publiek aan te blijven spreken . Blijf dat doen!"