Les 3 - natte dromen en menstruatie
1 / 22
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Link
Slide 6 - Video
Wat is de gemiddelde leeftijd in Nederland waarop jongens voor het eerst een zaadlozing hebben?
A
Tussen de 8 en 10 jaar
B
Tussen de 10 en 12 jaar
C
Tussen de 12 en 14 jaar
D
Tussen de 14 en 16 jaar
Slide 7 - Quizvraag
Wat doet de prostaat?
A
Maakt zaadcellen aan
B
Maakt zaadvocht aan
Slide 8 - Quizvraag
Na de eerste zaadlozing, zijn jongens vruchtbaar
A
Juist
B
Onjuist
Slide 9 - Quizvraag
Als jongens nog geen eerste zaadlozing hebben gehad, zijn ze onvruchtbaar
A
Juist
B
Onjuist
Slide 10 - Quizvraag
Wat is een natte droom?
A
Dat je in bed plast
B
Dat je een seksdroom hebt
C
Dat je een zaadlozing hebt in je slaap
D
Dat het regent in je droom
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Video
Slide 14 - Link
Slide 15 - Tekstslide
Wat is de gemiddelde leeftijd in Nederland waarop meisjes voor het eerst ongesteld worden?
A
Tussen de 11 en 12 jaar
B
Tussen de 12 en 13 jaar
C
Tussen de 13 en 14 jaar
D
Tussen de 14 en 15 jaar
Slide 16 - Quizvraag
Hoe lang duurt een menstruatiecyclus gemiddeld genomen?
A
25 dagen
B
28 dagen
C
30 dagen
D
32 dagen
Slide 17 - Quizvraag
Hoe lang menstrueert de gemiddelde vrouw?
A
2 tot 7 dagen
B
4 tot 9 dagen
C
9 tot 13 dagen
D
13 tot 15 dagen
Slide 18 - Quizvraag
Ook voor haar eerste menstruatie is een meisje vruchtbaar
A
Juist
B
Onjuist
Slide 19 - Quizvraag
Twee stellingen over menstruatie
1. De baarmoeder maakt zich klaar voor een eventuele zwangerschap door een laagje van bloed en slijm te maken
2. Als een meisje zwanger wordt, dan zal het bloed en slijm afgestoten worden
Welke stelling is of welke stellingen zijn waar?
1. De baarmoeder maakt zich klaar voor een eventuele zwangerschap door een laagje van bloed en slijm te maken
2. Als een meisje zwanger wordt, dan zal het bloed en slijm afgestoten worden
Welke stelling is of welke stellingen zijn waar?
A
Stelling 1: waar
Stelling 2: waar
B
Stelling 1: waar
Stelling 2: niet waar
C
Stelling 1: niet waar
Stelling 2: waar
D
Stelling 1: niet waar
Stelling 2: niet waar
Slide 20 - Quizvraag
Slide 21 - Tekstslide
Beantwoord de volgende 2 vragen. Je naam komt niet op het bord te staan en ik laat de antwoord niet zien.
1) Nog een vraag over de les? Schrijf dit op.
2) Wat heb je geleerd tijdens de les? Schrijf dit op.
1) Nog een vraag over de les? Schrijf dit op.
2) Wat heb je geleerd tijdens de les? Schrijf dit op.
