Have got 1kgt

Goodmorningggggg
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Goodmorningggggg

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plan of today
Do 2.4 and learn new grammar.
Evaluate 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Goal of today
At the end of the lesson, you will be able to correctly use the grammar structure 'have got' in sentences.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

What do you think 'have got' means in Dutch?
Example: I have got three siblings.

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

 Have Got is used to talk about possession or ownership.

Hebben

I have got a car.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

To have got = hebben
I have (got)
You have (got)
He/She/It has (got)
We have (got)
You have (got)
They have (got)

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Negative Sentences
In negative sentences, 'have got' is changed to 'haven't got' or 'hasn't got'.

I have not got a car.
He/she has not got a car.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

have got negative
I
You

She
He 
It

We 
You 
They
haven't (got)
haven't (got)

hasn't (got)
hasn't (got)
hasn't (got)

haven't (got)
haven't (got)
haven't (got)
voeg not toe aan de zin

of n't

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Questions
Have you got a car?


Has she got a car?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Short forms
have got = 've got
has  got = 's got
have not = haven't
has not = hasn't

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Time to practice

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Have Got of Has Got?
A
Have Sam got the newspaper?
B
Has Sam got the newspaper?

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Have Got of Has Got?
A
You have got a nice classroom
B
You has got a nice classroom.

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vul de juiste vorm van 'have got' in:
... Jamie ... (have got) tatoos.
A
have not got
B
have got
C
has not got
D
has got

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Write down 2 things you learned in this lesson.

Slide 16 - Open vraag

Have students enter three things they learned in this lesson. With this they can indicate their own learning efficiency of this lesson.
I know how to use have got.
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Vul de juiste vorm in:
have / has got
We____ a black car.
Schrijf voluit!

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vul de juiste vorm in:
have / has got
This city ... (not) a museum.
Schrijf voluit!

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vul de juiste vorm van 'have got' in:
We ___ a problem. (have got)

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies