H1 Herhalingsles productiemiddel, budgetlijnen
1 / 10
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Meel bij bakker
aardolie in de bodem
aardolie in een opslagtank van Shell
Oven in een restaurant
Een oven door je moeder gekocht
Tablet
Consumptiegoed
Kapitaalgoed
Geen van beiden
Slide 2 - Sleepvraag
Sleep de productiefactoren naar de juiste foto.
Kapitaal
Arbeid
Natuur
Ondernemerschap
Slide 3 - Sleepvraag
De budgetlijn A verandert en wordt budgetlijn B.
Wat is hiervoor een mogelijke oorzaak
of zijn hiervoor mogelijke oorzaken?
Wat is hiervoor een mogelijke oorzaak
of zijn hiervoor mogelijke oorzaken?
A
De prijzen van spoorwegen en van snelwegen zijn onevenredig gestegen.
B
Het budget is gedaald
C
De prijzen van spoorwegen en van snelwegen zijn onevenredig gedaald
D
Het budget is gestegen
Slide 4 - Quizvraag
Wat is de prijs van 1 broodje als het
budget € 10 bedraagt?
(afronden op 2 decimalen, gebruik een
komma, geen € teken)
budget € 10 bedraagt?
(afronden op 2 decimalen, gebruik een
komma, geen € teken)
Slide 5 - Open vraag
Bekijk de blauwe lijn. Stel de prijs van 1 bel-
minuut is 0,50 cent. Hoeveel is de prijs van een
smsje. (2 decimalen, met komma, zonder €
teken)
minuut is 0,50 cent. Hoeveel is de prijs van een
smsje. (2 decimalen, met komma, zonder €
teken)
Slide 6 - Open vraag
Welke geldfunctie wordt voornamelijk gebruikt,
de afgelopen 3 vragen...?
de afgelopen 3 vragen...?
A
Ruilfunctie
B
Oppotfunctie
C
Rekenfunctie
D
Chartaal geld
Slide 7 - Quizvraag
Vaste lasten
Dagelijkse uitgaven
incidentele uitgaven
Uitgaven die je met een vaste regelmaat moet betalen
Gewone uitgaven voor je huishouden
Grote uitgaven die je af en toe doet
