In een reactieschema zet je de beginstoffen vóór de pijl
In een reactieschema zet je de reactieproductenna de pijl
Slide 8 - Tekstslide
Reactieschema voor verbranding:
brandstof + zuurstof --> reactieproducten
Slide 9 - Tekstslide
Reactieschema
glucose + zuurstof ➡️ koolsofdioxide + water + energie
(brandstof) (verbrandingsproducten)
Slide 10 - Tekstslide
Oefenen met reactieschema's
Wanneer je een stukje magnesiumlint aansteekt, reageert het magnesium met zuurstof uit de lucht. Er ontstaat een wit poeder dat je magnesiumoxide noemt.
Vraag
Wat zijn de beginstoffen?
Wat zijn de reactieproducten?
Geef het reactieschema in woorden
Hoofdstuk 1. Stoffen en mengsels
§1.5 Chemische reacties
Slide 11 - Tekstslide
In een gaskachel wordt aardgas verbrand. Het aardgas reageert dan met de zuurstof uit de lucht. Bij die reactie ontstaan waterdamp en koolstofdioxide.
Schrijf het reactieschema op voor de verbranding van aardgas. Noteer ook de toestandsaanduidingen.
Slide 12 - Open vraag
Waaraan kan je een chemische reactie herkennen?
A
Kan terug draaien
B
altijd giftig
C
altijd explosies
D
kan niet terug draaien
Slide 13 - Quizvraag
Wat is een reactie product?
A
hoe het eind/begin product reageert
B
hoe je het klaar zet
C
hoe het begint
D
of je het kan zien
Slide 14 - Quizvraag
Doelen
Als het goed is kan ik nu:
beschrijven wat een chemische reactie is.
een reactieschema van een chemisch proces opstellen.