les 12

4 HAVO M&O (les 12)
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

4 HAVO M&O (les 12)

Slide 1 - Tekstslide

programma
1e uur:
  • Huiswerk nakijken 57 en 58
  • Hoofdpunten van de lesstof H1 en H2

2e uur
  • H3 behandelen: VOF


Toetsstof: H1, H2, H3

Na de herfstvakantie (nasleep H3/vragen)

Slide 2 - Tekstslide

VRIJWILLIG HUISWERK (57)
  • Niet gemaakt? Diegene die het wel hebben gedaan hebben voorrang.
  • Wat was moeilijk? Kun je het precies omschrijven?

Slide 3 - Tekstslide

Wat hebben we behandeld?

hoofdpunten: H1
  • Schema's (schuldrest begin, aflossing, interest, schuldrest aan het eind)
  • Persoonlijke lening, doorlopend krediet (1.2 en 1.3, hoe zien de betaalschema's er dan uit?)
  • huurkoop en koop op afbetaling (eigendom, voor en nadelen, wanneer gebruiken we dit)
  • hypothecaire lening (gever, nemer, lineair, annuiteit, spaarhypotheek, denk aan de schema's p.10 en p.11)
  • Hoe werkt een annuiteit!
  • Enkelvoudige interest (of rente) : zonder moeilijke formule
  • Samengestelde interest (of rente), formule p. 16
  • tellen van periodes
  • contante waarde (formule)

Slide 4 - Tekstslide

Wat hebben we behandeld?

Hoofdstuk 2 (drie stappen)
Stap 1



  • Hoe start je een eigen bedrijf?
  • Je hebt spullen nodig: bezittingen (activa)
  • Je hebt verschillende soorten activa: vlottend, vast en liquide activa. Je moet dit kunnen uitleggen en herkennen.
  • Verschillende onderdelen van: VLA, VAA en LQA  kennen
  • Je zet de spullen die je nodig hebt op een rij met alle kosten: investeringsbegroting


Stap 2

  • Hoe financier je de gewenste bezittingen?
  • EV, LLVV en KLVV
  • Financieringsbegroting is uiteenzetting van het geld waarmee je spullen aanschaft, ingedeeld naar soort.

Slide 5 - Tekstslide

Wat hebben we behandeld?

Hoofdstuk 2 (drie stappen)
Stap 3
  • Maak een openingsbalans van jouw onderneming.
  • Rechts: credit, passiva, schulden, hoe financier je alles?
  • Rechts staat dan de financieringsbegroting ofwel het financieringsoverzicht
  • Links: debet, activa, bezittingen, wat heb je nodig om je bedrijf te starten?
  • Links: investeringsbegroting


KLAAR!

Slide 6 - Tekstslide

hulpmiddel
  • Je krijgt alle antwoorden van mij (google classroom)
  • Kunnen en kennen lijstje
  • S.O. was veel multiple choice, nu meer open vragen, nog steeds multiple choice
  • Neem een NIET GRAFISCHE REKENMACHINE mee

Slide 7 - Tekstslide

V.O.F.
Vennootschap onder firma

Twee of meer eigenaren van een eenmanszaak kan niet?

Een zaak die hetzelfde op papier werkt als een eenmanszaak maar meer dan 1 eigenaar heeft is een v.o.f.  (vennoten of firmanten)

Slide 8 - Tekstslide

V.O.F. verschil met eenmanszaak
1. aansprakelijkheid
  • firmanten zijn prive en zakelijk aansprakelijk voor wat er met het bedrijf gebeurt.
  • dus ook aansprakelijk voor het handelen van een mede-firmant. vertrouwen is nodig.

2. Leiding
Firmanten zijn allen leider
Bij ruzie? stoppen met v.o.f.

3. Financiering
Banken lenen (in de regel) meer aan vof dan aan eenmanszaak. Er is immers meer dan 1 persoon aansprakelijk voor de lening

Slide 9 - Tekstslide

V.O.F. verschil met eenmanszaak
4. publicatieplicht (geen verschil met eenmanszaak)
  • geen publicatieplicht jaarstukken (balans, v+w-rekening)

5. continuiteit
Vof kan als eenmanszaak door als het moet (als een of meer firmanten uitstappen)

6. Fiscaal
  • Winst is bij eenmanszaak belast als inkomen van eigenaar.
  • Bij een vof heeft iedere eigenaar een aandeel in de winst en dat aandeel wordt als inkomen belast
  • Dat aandeel is evenredig aan het ingebrachte deel van het EV

Slide 10 - Tekstslide

V.O.F. verschil met eenmanszaak
Hoe richt je een VOF op?

Mondeling
Beter: op papier.

Inschrijven in KvK


Maken opgave 60 (1, 2 en 3)

Slide 11 - Tekstslide

slot


Wat heb je deze les geleerd?

Slide 12 - Tekstslide