V2 werkwoordspelling §12 persoonsvormen in samengestelde zinnen

Lezen(5-10 min.)
Open je boek op blz. 264-265. 
M. opdracht 1 t/m 3 en 5.


§12 De spelling van de persoonsvorm in samengestelde zinnen 

Vandaag
V2C
SPELLING
CURSUS 7:
w
werkwoord-
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Lezen(5-10 min.)
Open je boek op blz. 264-265. 
M. opdracht 1 t/m 3 en 5.


§12 De spelling van de persoonsvorm in samengestelde zinnen 

Vandaag
V2C
SPELLING
CURSUS 7:
w
werkwoord-

Slide 1 - Tekstslide

  • Je herkent het verschil tussen een enkelvoudige en een samengestelde zin is.
  • Je weet wat hoe je de persoonsvorm in samengestelde zinnen moet spellen.
Lesdoelen

Slide 2 - Tekstslide

Leg uit op welke manier je Engelse werkwoorden in de verleden en het voltooid deelwoord correct spelt. Noem ook een voorbeeld.

Slide 3 - Open vraag

Rogier ... (joggen) iedere avond even een half uurtje.
(1p) Ik ... (paintballen) vorige week wel drie keer!

Slide 4 - Open vraag

Tot hoe laat heb je gisteravond ... (gamen)?
Ik vind dat er tijdens de bruiloft veel te lang werd … (speechen).

Slide 5 - Open vraag

De leerlingen chatten de hele middag met elkaar.

Leg uit waarom bovenstaande zin twee betekenissen heeft.

Slide 6 - Open vraag

Startopdracht
Wat?
Lees de theorie op blz. 264 en maak opdracht 1 op blz. 264.
Klaar? Werk alvast verder aan de rest van paragraaf 11.
Hoe?
Zelfstandig in stilte.
Hulp
Brein, Boek, Buur, Bureau.
Tijd
10 minuten

Klaar?
Keuze 1: Ik begrijp het goed: ga zelfstandig aan het werk.
Keuze 2: Ik vind het nog lastig: doe mee met de instructie.

Slide 7 - Tekstslide

Samengestelde zinnen
  • Er zijn zinnen met één persoonsvorm (enkelvoudige zinnen) en zinnen met meerdere persoonsvormen (samengestelde zinnen).
  • Terwijl ik op de bus wachtte, luisterde ik naar muziek op mijn telefoon.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Samengestelde zinnen
  • Stel vast hoe veel werkwoorden er in de zin staan. 
  • Verander alle werkwoorden van tijd.
  •  De werkwoorden die van tijd kunnen veranderen, zijn de persoonsvormen. De andere werkwoorden zijn inf, od of vd.
De Big-Bazar heeft besloten de strijd op te geven, omdat de winkelketen geen extra tijd krijgt.
De Big-Bazar had besloten de strijd op te geven, omdat de winkelketen geen extra tijd kreeg.





Zo vind je de persoonsvorm in

Slide 10 - Tekstslide

Persoonsvorm in samengestelde zinnen
  • Spelling van de PV?
  • Zoals je gewend bent 
    - ik: t.t. 'ik-vorm'
    - jij: t.t. ik-vorm + t 
    - jij erachter: t.t. ik-vorm
    - hij/zij/het: t.t. ik-vorm + t

Slide 11 - Tekstslide

PERSOONSVORMEN

IN EEN SAMENGESTELDE ZIN



VOORBEELD:

Ariane vertelt dat ze een prijs heeft gewonnen. 


 Ariane vertelde dat ze een prijs had gewonnen.

Slide 12 - Tekstslide

Wat is een voorbeeld van een samengestelde zin?
A
Ik wil nog blijven, maar het mag niet van mijn moeder.
B
Ik wil graag naar huis toe lopen.
C
Wij gaan op de fiets naar school of ik rij met mijn moeder mee.
D
Door het grote aantal zieke docenten hadden we veel lesuitval.

Slide 13 - Quizvraag


Wat is de samengestelde zin?
A
Totdat de uitslag bekend is, kijken we televisie.
B
Gisteren ging ik naar de kermis in het centrum.
C
Ik het fietsenhok staan veel kapotte fietsen.
D
Hebben alle kinderen het verkeersexamen gehaald?

Slide 14 - Quizvraag

Vul de juiste spelling van de werkwoord in:
De door Marcel ... (maken) grappen worden door Gijs ... (noteren).

Slide 15 - Open vraag

De ... (inspireren) gids ... (vertellen) vorige week over de geschiedenis van het gebouw.

Slide 16 - Open vraag

Tijdens het schoolreisje ... (slenteren) Jesper ... (mopperen) achter de rest van zijn klasgenoten aan.

Slide 17 - Open vraag

Uitlegfilmpje!

Slide 18 - Tekstslide

Maken: 
Volgende les(sen):
Opdracht 1, 2, 3 en 5 uit het boek.


blz. 264-265.

Zelfstandig of samen.



Par. 14: homofone werkwoordsvormen
Cursus 7 Spelling, paragraaf 11 (blz. 264-265).

Slide 19 - Tekstslide

Wat gaat al goed in de cursus Spelling?
Noteer de paragrafen.

Slide 20 - Open vraag

Wat vindt je nog lastig aan het hoofdstuk Spelling? Noteer de paragrafen.

Slide 21 - Open vraag

  • Je herkent het verschil tussen een enkelvoudige en een samengestelde zin is.
  • Je weet wat hoe je de persoonsvorm in samengestelde zinnen moet spellen.
Lesdoelen

Slide 22 - Tekstslide