Hoe schrijf je een betoog?

Het betoog
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 3,4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Het betoog

Slide 1 - Tekstslide

Programma

  • Voorbereiding op examen (praktisch)
  • Het betoog
  • Examenvoorbereiding CE Nederlands 3F (inhoudelijk) 

Slide 2 - Tekstslide

Examenvoorbereiding (praktisch)
Voorbereiding op het examen:
  • Aanmelden via docent.
  •  D-card van student moet in orde te zijn voor gebruik kluisjes, anders regelen via ASP. Zonder pas = geen kluisje = geen deelname aan examen!
  •  ID-bewijs is verplicht bij het maken van het examen. Foto van ID op telefoon wordt niet geaccepteerd. Telefoon moet in de kluis en tijdens het maken van het examen wordt nogmaals ID gecontroleerd.
  • Als de student meer dan 10 minuten te laat is voor het examen wordt hij/zij niet meer toegelaten.

Slide 3 - Tekstslide

Doelen
  • De student kan een betoog voorbereiden.
  • De student kan een betoog schrijven.
  • De student kan een betoog controleren. 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Wat is het tekstdoel van een betoog?

Slide 6 - Open vraag

Stappenplan bij het schrijven van een betoog.
1. Bepaal je stelling en de doelgroep.
2. Zoek en selecteer informatie (bronnen bij de opdracht).
3. Bepaal je standpunt en argumenten.
4. Bepaal de inhoud van inleiding, middenstuk/ kern en slot (schrijfschema).

Slide 7 - Tekstslide

De overheid moet roken onder werktijd verbieden. Dit is een....
A
standpunt
B
objectief argument
C
subjectief argument
D
drogreden

Slide 8 - Quizvraag

Objectieve argumenten zijn gebaseerd op....
A
feiten
B
meningen
C
standpunten
D
drogredenen

Slide 9 - Quizvraag

Een argument gebaseerd op gevoelens, opvattingen, waarden en ervaringen is een ......................... argument.
A
objectief
B
subjectief

Slide 10 - Quizvraag

Een aanwezigheidsplicht voor BBL- studenten is betuttelend. Dit is een ........... argument.
A
objectief
B
subjectief

Slide 11 - Quizvraag

Uit onderzoek blijkt dat studenten voor 9.00 uur minder productief zijn. Dit is een............... argument
A
subjectief
B
objectief

Slide 12 - Quizvraag

Een betoog voorbereiden
  • Bepaal de stelling en de doelgroep (uit de opdracht).
  • Bedenk wat jezelf al weet over dit onderwerp van de stelling.
  • Zoek informatie (uit de opdracht) over het onderwerp van de stelling. Zoek daarbij naar argumenten voor en tegen de stelling.
  • Neem een standpunt in (jouw mening over een onderwerp of vraagstuk).
  • Bedenk redenen waarom je dit standpunt inneemt (argumenten). 
  • Zoek ook een tegenargument dat je zou kunnen benoemen en bedenk hoe je die kunt weerleggen.

Slide 13 - Tekstslide

Een betoog voorbereiden
  • Schrijf in steekwoorden op hoe je in de inleiding de belangstelling van de lezer gaat trekken en hoe jij je standpunt gaat aankondigen.
  • Schrijf in steekwoorden op hoe je in de kern je argumenten gaat uitwerken.
  • Schrijf in steekwoorden op hoe je het betoog gaat afsluiten (vat samen en/of trek een conclusie). 
  • Kijk voor een voorbeeld van een schrijfschema op pagina 114 van het Starttaal compact handboek.

Slide 14 - Tekstslide

Een betoog schrijven
  • Met de verzamelde informatie schrijf je je betoog
  • Werk je argumenten goed uit.
  • Bij objectieve argumenten ook duidelijk maken op welke informatie je argument gebaseerd is
  •  Weerleg het tegenargument
  • Plaats deze voor of na het argument dat hier inhoudelijk iets mee te maken heeft

Slide 15 - Tekstslide

Een betoog schrijven
  • Bij elk argument of tegenargument start je een nieuwe alinea (witregel ertussen)
  • Wordt een alinea te lang, splits hem op
  • Gebruik signaalzinnen, signaalwoorden (zie schema signaal woorden in cumlaude)
  • Plaats tussenkopjes om de opbouw van de tekst duidelijk te maken 

Slide 16 - Tekstslide

Controleer het betoog
  • heb ik in de inleiding mijn standpunt geïntroduceerd
  • zijn mijn argumenten overtuigend
  • is er samenhang tussen de alinea's
  • staan er geen taalfouten in het betoog 

Slide 17 - Tekstslide

Maak de oefenopdracht betoog
  • reader blz. 15- 16
  • Gebruik blz. 112 t/m 117 Starttaal compact handboek


Veel succes! 

Slide 18 - Tekstslide

Voorbereiding CE Nederlands 3F
  • document voorbereiding CE Nederlands 3F (cumlaude) 

Slide 19 - Tekstslide

Ik ben in staat om een betoog voor te bereiden, schrijven en controleren.
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll