2 BK 26 mei



BASIS
  • Huiswerk § 3.6 bespreken
  • Huiswerk opgeven voor 2 juni


KADER:
  • Bespreek met elkaar het huiswerk (zie groep in Teams)
  • Maak werkboek  § 3.7
  • Huiswerk bespreken met HML
 

Wat gaan we doen?
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les



BASIS
  • Huiswerk § 3.6 bespreken
  • Huiswerk opgeven voor 2 juni


KADER:
  • Bespreek met elkaar het huiswerk (zie groep in Teams)
  • Maak werkboek  § 3.7
  • Huiswerk bespreken met HML
 

Wat gaan we doen?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom mee doen met huiswerk bespreken?


 proefwerk in de toetsweek gaat over H 3
Vragen en goede  antwoorden (=samenvatting)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat was het huiswerk?
Maak de vragen over § 3.6 deel 1 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De opbouw van een Nederlandse stad
  1. Binnenstad
  2. Arbeiderswijken (19e eeuwse wijken)
  3. Flatwijken (Hoogbouwwijken)
  4. (Nieuwbouwijken)
1. Welke belangrijke wijken vind je in oude steden?

Slide 4 - Tekstslide

Let op basis= drie wijken. Kader = 5 wijken
2. Waar ligt de binnen stad?
  1. Binnenstad
  2. Arbeiderswijken (19e eeuwse wijken)
  3. Flatwijken (Hoogbouwwijken)

Slide 5 - Tekstslide

Let op basis= drie wijken. Kader = 5 wijken
binnenstad
  • Nauwe straatjes
  • veel Winkels & Cafeetjes
  • Dure grachtenpanden met kantoren
  • Weinig inwoners

Vraag 3:  Schrijf de kenmerken op van de binnenstad 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Waarom wonen er niet veel mensen in de binnenstad? 
      grondprijs is te hoog voor woningen

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Waar liggen de arbeiderswijken?
  1. Binnenstad
  2. Arbeiderswijken (19e eeuwse wijken)
  3. Flatwijken (Hoogbouwwijken)

Slide 8 - Tekstslide

Let op basis= drie wijken. Kader = 5 wijken
Arbeiderswijk

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Arbeiderswijk
  • Kleine huizen
  • Smalle straten
  • liggen net buiten centrum
Vraag 6:  Schrijf de kenmerken op van een arbeiderswijk

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

7. Hoe zijn deze arbeiderswijken ontstaan?
Zijn ontstaan tijdens urbanisatie, 
Veel mensen trokken naar de stad te werken in de fabrieken

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

8. Waar liggen de Flatwijken?
  1. Binnenstad
  2. Arbeiderswijken (19e eeuwse wijken)
  3. Flatwijken (Hoogbouwwijken)

Slide 12 - Tekstslide

Let op basis= drie wijken. Kader = 5 wijken
Flatwijken
  • (goedkope) flats,
  • lage huur
  • vaak arme inwoners
Vraag 9:  Schrijf de kenmerken op van een flatwijk

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

10. Waarom zijn deze flatwijken gebouwd?
Na de tweede wereldoorlog was er een tekort aan woningen.
Er werden snel veel goedkope flats gebouwd.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2 juni Huiswerk Op school of :
Basis :
maak de werkboekvragen van § 3.5 en § 3.6 atlas hoeft niet
Je volgt de les op school of via teams
Huiswerk moet je kunnen laten zien tijdens de les

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe ging het bespreken van de vragen

 proefwerk in de toetsweek
Vragen en goede  antwoorden (=samenvatting)

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat was het huiswerk?
Maak de vragen over § 3.6 deel 1 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1.Welke 5 wijken vind je in de Nederlandse historische steden? 
  1. Binnenstad
  2. 19e eeuwse wijken
  3. Hoogbouwwijken ('60 en '70)
  4. Laagbouwwijken ('70 en '80)
  5. Vinex-wijken

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Waar ligt de binnen stad?
  1. Binnenstad
  2. Arbeiderswijken (19e eeuwse wijken)
  3. Flatwijken (Hoogbouwwijken)

Slide 19 - Tekstslide

Let op basis= drie wijken. Kader = 5 wijken
binnenstad
  • Nauwe straatjes
  • veel Winkels & Cafeetjes
  • Dure grachtenpanden met kantoren
  • Weinig inwoners

Vraag 3:  Schrijf de kenmerken op van de binnenstad 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Waarom wonen er niet veel mensen in de binnenstad? 
      grondprijs is te hoog voor woningen

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Waar liggen 19e eeuwse (arbeiders)wijken?
1.Binnenstad
2.19e eeuwse wijken
3.Hoogbouwwijken ('60 en '70)
4.Laagbouwwijken ('70 en '80)
5.Vinex-wijken

Slide 22 - Tekstslide

Let op basis= drie wijken. Kader = 5 wijken
19e eeuwse (arbeiderswijk)

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

19e eeuwse (arbeiderswijk)
  • hoge woningdichtheid
  • weinig groen
  • krappe, goedkope woningen
  • veel jongeren
  • veel niet-westerse allochtonen
  • In opgeknapte straten wonen hippe rijken
Vraag 6:  Schrijf de kenmerken op van een arbeiderswijk

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

7. waar liggen de hoogbouwwijken (’60 en ’70)?
1.Binnenstad
2.19e eeuwse wijken
3.Hoogbouwwijken ('60 en '70)
4.Laagbouwwijken ('70 en '80)
5.Vinex-wijken

Slide 25 - Tekstslide

Let op basis= drie wijken. Kader = 5 wijken
 8. In welke periode zijn deze hoogbouwwijken gebouwd? 
tussen 1960 en 1970

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hoogbouwwijken
  • flats
  • lage huren
  • armere inwoners
  • verwaarloosd
  • wordt gesloopt
Vraag 9:  Schrijf de kenmerken op van hoogbouwwijken 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

10. waar liggen de laagbouwwijken (’70 en ’80)?
1.Binnenstad
2.19e eeuwse wijken
3.Hoogbouwwijken ('60 en '70)
4.Laagbouwwijken ('70 en '80)
5.Vinex-wijken

Slide 28 - Tekstslide

Let op basis= drie wijken. Kader = 5 wijken
 11. In welke periode zijn deze laagbouwwijken gebouwd? 
tussen 1970 en 1980

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Laagbouwwijken
  • Veel woonerven
  • Huizen zijn iets duurder dan een flat
Vraag 12:  Schrijf de kenmerken op van laagbouwwijken 

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

13. waar liggen de Vinex-wijken
1.Binnenstad
2.19e eeuwse wijken
3.Hoogbouwwijken ('60 en '70)
4.Laagbouwwijken ('70 en '80)
5.Vinex-wijken

Slide 31 - Tekstslide

Let op basis= drie wijken. Kader = 5 wijken
 14. In welke periode zijn deze Vinex-wijken gebouwd? 
rond 2000 tot nu

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vinex-wijken
  • villa's
  • huurwoningen
Vraag 15:  Schrijf de kenmerken op van hoogbouwwijken 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2 juni Huiswerk 
Je volgt de les op school of via teams
Kader:
Maak de werkboekvragen van § 3.6 en § 3.7 (atalsvragen hoeven niet)
Huiswerk moet je kunnen laten zien tijdens de les

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

stadscentrum
arbeiderswijken
naoorlogse wijken
Vinexwijk
jaren-`70-wijken
vooroorlogse wijken

Slide 35 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies