B5 Geboorte+ B6 B6 Veilig vrijen

Thema 2 Voortplanting en seksualiteit
B5 Geboorte en BS 6
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 2 Voortplanting en seksualiteit
B5 Geboorte en BS 6

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Basisstof 5 : geboorte


2.5.Je kunt de fasen van een geboorte omschrijven.


Slide 2 - Tekstslide

Bevalling
Hormonen regelen de geboorte van een baby.

De bevalling bestaat uit 5 stappen.
- Indaling
- Ontsluiting
- Breken van de vliezen
- Uitdrijving
- Nageboorte

Slide 3 - Tekstslide

indaling

De indaling begint vaak een paar weken voor de bevalling. Hierbij zakt het hoofdje van de foetus naar beneden.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Ontsluiting/breken van vruchtvliezen

De bevalling start met weeën. De spieren in de baarmoederwand krachtig samen.

Tijdens de weeën worden de baarmoederhals en baarmoedermond wijder. Dit heet de ontsluiting. Hierbij breken meestal de vruchtvliezen, waardoor het vruchtwater voor een deel naar buiten komt.

 De opening die bij de ontsluiting ontstaat, moet groot genoeg zijn voor het hoofdje van de foetus. Bij een volledige ontsluiting is de diameter van de opening tien centimeter.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

uitdrijving
Bij de uitdrijving worden de weeën steeds heftiger en nu trekken de spieren in je buikwand ook samen.

Je noemt dit persweeën.

Persweeën persen het kind naar buiten.

Slide 8 - Tekstslide

uitdrijving

Slide 9 - Tekstslide

nageboorte
De bevalling is nog niet afgelopen.
 Er zijn nog drie delen die uit de baarmoeder moeten komen:
• de placenta
• de vruchtvliezen
• de resten van de navelstreng

Deze drie delen samen zijn de nageboorte. 
De nageboorte komt ongeveer een kwartier na de baby. Persweeën zorgen ervoor dat de nageboorte uit de baarmoeder komt.

 De verloskundige of arts controleert of de nageboorte compleet is.

Slide 10 - Tekstslide

Opdrachten maken
Maken 2.5 opdracht 1, 5 en 6
Pagina 108 

Klaar? 
Lees basisstof 6, 7 en 8 door

Slide 11 - Tekstslide

vruchtwater
Baarmoederslijmvlies
placenta
vruchtvliezen
dunne vliezen
eileider
Hierin vinden bij de mens de eerste delingen van de bevruchte eicel plaats. 
Van dit deel krijgt het embryo de eerste weken van de zwangerschap voedingsstoffen.
Via dit deel neemt het embryo voedingsstoffen op uit het bloed van de moeder.
Deze delen beschermen het embryo tegen stoten, uitdroging en wiseling van de temperatuur. 
In de placenta wordt het bloed van de moeder gescheiden door het bloed van het embryo door: 

Slide 12 - Sleepvraag

leerdoel
Basisstof 6 : Veilig vrijen


2.6.1 Je kunt de werking van enkele voorbehoedsmiddelen beschrijven en aangeven of ze betrouwbaar zijn of niet.
2.6.2 Je kunt de ziekteverschijnselen van SOA's noemen en hoe ze 


Slide 13 - Tekstslide

onbetrouwbare methoden
Voorbehoedsmiddelen (anticonceptiemiddelen) is een middel voor geboorteregeling.

Er zijn methodes die het voorkomen van een bevruchting niet helemaal uitsluiten. Dit zijn onbetrouwbare methodes.




Slide 14 - Tekstslide

Periodieke onthouding
Bij de vruchtbare methode hebben de man en vrouw geen geslachtsgemeenschap.

Je kan nooit precies je vruchtbare periode bepalen. Zaadcellen overleven 3 dagen in de baarmoeder en een eicel 1 dag.


onbetrouwbaar

Slide 15 - Tekstslide

Hoe bepaal je ovulatie?
• Kalender bijhouden: bij een regelmatige menstruatiecyclus kun je de dag van de ovulatie berekenen.

• Temperatuur meten: de lichaamstemperatuur is na de ovulatie tot aan de volgende menstruatie gemiddeld 0,3 °C hoger.

• Afscheiding uit de vagina: bij veel vrouwen wordt de afscheiding uit de vagina rond de ovulatie doorzichtiger en elastischer. Er is vaak ook meer afscheiding.

Slide 16 - Tekstslide

Coïtus interruptus
De man trekt zijn penis terug uit de vagina wanneer hij de zaadlozing voelt aankomen.

voorvocht kan een man niet voelen aankomen, hierin kunnen ook zaadcellen voorkomen.


onbetrouwbaar

Slide 17 - Tekstslide

Condoom
Het condoom beschermt niet alleen tegen zwangerschappen maar ook tegen seksueel overdraagbare ziekten. (soa)

Er zijn condooms voor mannen en voor vrouwen.t Een condoom is gemaakt van latex. Het latex houdt zaadcellen tegen. 

mannen
Je rolt het condoom om de penis in erectie.

vrouwen.
Het vrouwencondoom breng je in de vagina in. Dit kan al enkele uren voor het vrijen.

Kan maar 1 keer gebruikt worden.




Betrouwbaar

Slide 18 - Tekstslide

Koperspiraal
Het spiraal is een buigzaam plastic voorwerp dat aangebracht wordt door een arts in de baarmoeder. 

Na inbrengen kun je de eerste 2 maanden buikkrampen en bloedingen krijgen.

2 soorten spiralen:
hormoonspiraal --> bevat hormonen die innesteling en ovulatie voorkomen. (5 jaar)

koperspiraal--> bevat geen hormonen maar een draadje koper. Het koper beschadigt de zaadcellen ook voorkomt hij innesteling. (5-10 jaar)




Betrouwbaar

Slide 19 - Tekstslide

Pessarium (met zaaddodende pasta)
Het pessarium is een rubberen koepeltje die je aanbrengt in de vagina.
Het koepeltje bedekt de baarmoedermond.

Je brengt dit zelf in maar de arts onderzoekt van te voren welke maat en vorm voor jou het beste werkt. 

Bij het inbrengen smeer je hem ook in met zaaddodende pasta.

Na geslachtsgemeenschap moet hij minimaal 8 uur blijven zitten.
Betrouwbaar

Slide 20 - Tekstslide

sterilisatie
Iemand die geen kinderen (meer) wil, kan zich laten steriliseren.

 Bij sterilisatie word je met een operatie onvruchtbaar gemaakt. 

Bij een man worden de zaadleiders onderbroken. De productie van zaadcellen gaat normaal door. De man krijgt nog wel een zaadlozing, alleen bevat het sperma geen zaadcellen meer.

 Bij een vrouw onderbreekt of blokkeert een arts de eileiders. Daardoor kunnen zaadcellen de eicel niet meer bereiken. Er blijven eicellen en hormonen vrijkomen. 
Een gesteriliseerde vrouw wordt dus gewoon ongesteld.
Betrouwbaar

Slide 21 - Tekstslide

Hormoonpleister
De hormoonpleister is een pleister die je op de huid plakt. 
De pleister geeft hormonen af die via de huid in het bloed terechtkomen. 
Je plakt drie weken lang elke week een nieuwe pleister. 
Na de derde week plaats je een week geen nieuwe pleister en krijg je een lichte bloeding. 
Na deze stopweek plaats je weer een nieuwe pleister.
Betrouwbaar

Slide 22 - Tekstslide

Hormoonstaafje
Het hormoonstaafje is een dun, soepel staafje van vier centimeter lang. 
De arts plaatst het onder de huid, vaak in de bovenarm.
 Het staafje geeft gedurende drie jaar een klein beetje hormonen af. 
Na drie jaar verwijdert de arts het staafje weer.
Betrouwbaar

Slide 23 - Tekstslide

NuvaRing
De NuvaRing plaats je zelf in de vagina, tegen de baarmoedermond aan. 
De ring blijft drie weken in de vagina zitten. 
De ring geeft voortdurend een kleine hoeveelheid hormonen af. 
Net als bij de pil en de hormoonpleister is er na drie weken een stopweek. 
Dan haal je de ring uit de vagina. Je hebt dan een lichte bloeding. 
De hoeveelheid hormonen is kleiner dan bij de pil.
Betrouwbaar

Slide 24 - Tekstslide

prikpil
Bij de prikpil krijgt een vrouw om de drie maanden een injectie met hormonen. 
Dat wordt gedaan bij de huisarts. 
De maandelijkse bloeding neemt af en blijft soms helemaal weg. 
Als een vrouw zwanger wil worden, kan het een hele tijd duren voordat de ovulaties terugkomen.
 Soms zelfs meer dan twee jaar.
Betrouwbaar

Slide 25 - Tekstslide

Nuva-ring
Periodieke onthouding
Anticonceptiepil
Spiraaltje
Condoom
Prikpil
Hormoonpleister
Vrouwencondoom

Slide 26 - Sleepvraag

Met Hormomen
Zonder Hormonen
Condoom
Prikpil
Coïtus interruptus
Koperspiraal
NuvaRing

Slide 27 - Sleepvraag

Noem minimaal 1 onbetrouwbare methode

Slide 28 - Open vraag

SOA's
Chlamydia (bacterie), Gonorroe (bacterie), Hepatitis B, Herpes Genitalis, HIV/aids, HPV en genitale wratten, syfilis (bacterie)

kijk ook op Sense.info

Slide 29 - Tekstslide

SOA's die bestreden kunnen worden met antibiotica

Chlamydia
Herpes genitalis
Gonorroe
Hepatitis B
HIV (AIDS)
Syfilis

Slide 30 - Sleepvraag

SOA's
SOA's staat voor seksueel overdraagbare aandoeningen.

Tijdens geslachtsgemeenschap kun je bacteriën, schimmels of virussen overdragen die ziekten veroorzaken. 

Bij orale seks of ander contact met de vagina, penis of anus kun je besmet raken.  


Slide 31 - Tekstslide

SOA's
Je kunt GEEN SOA oplopen op een vies 
toilet of door uit een glas van een ander 
te drinken. 

De enige manier om je tegen SOA´s te 
beschermen, is door een condoom of 
beflapje te gebruiken. 

Slide 32 - Tekstslide

0

Slide 33 - Video

Opdrachten maken


Opdracht 1 t/m 11
BLZ 104-106

Slide 34 - Tekstslide

Leerdoelen:
2.8.1 Je kunt situaties noemen waarin het verstandig is genetisch advies in te winnen.
2.8.2 Je kunt methoden van prenataal onderzoek beschrijven.

Slide 35 - Tekstslide

Genetisch advies:
Je weet dan hoe groot de kans is dat je kinderen krijgt met de erfelijke ziekte of erfelijke afwijking

Down is een 'foutje' in de chromosomen. Deze kan ook erfelijk zijn

Slide 36 - Tekstslide

Wel of geen drager?

Slide 37 - Tekstslide

Echoscopie

Slide 38 - Tekstslide

NIPT
Een bloedtest bij de vrouw waarmee ze het DNA van de baby kunnen bekijken. 
Op deze wijze kunnen ze zien of er afwijkingen zijn bij de baby. 

Slide 39 - Tekstslide

Vlokkentest/ vruchtwaterpunctie

Slide 40 - Tekstslide

Vlokkentest/ vruchtwaterpunctie
Onderzoeken cellen baby op afwijkingen.
Kleine kans op miskraam.

Slide 41 - Tekstslide

Maken:
Opdracht: 2, 5 en 6
Bladzijde 134
In rust
Samenwerken op normale toon

Klaar?
In rust iets voor jezelf doen

Slide 42 - Tekstslide