Week 39 les 2 MA42

Today
- Weekplanner
- Grammar
- Work on weekplanner



  September 28th
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Today
- Weekplanner
- Grammar
- Work on weekplanner



  September 28th

Slide 1 - Tekstslide

Central Park
New York

Slide 2 - Tekstslide

Goals
- I can recommend something

- I can ask for and give detailed information

- I know how to make questions and negations


Slide 3 - Tekstslide

Weekplanner

Slide 4 - Tekstslide

Negations (ontkenningen)

Slide 5 - Tekstslide

Hoe maak je een ontkenning?
A
je zet 'not' achter het werkwoord
B
je zet 'not' achter een vorm van to be, have got of hulp-werkwoorden
C
je zet 'not' achter de zin
D
je zet altijd 'don't' achter het werkwoord

Slide 6 - Quizvraag

Wat doe je als er geen vorm van TO BE, HAVE GOT of HULP-WERKWOORDEN in de zin staan?
A
Dan gebruik je don't, doesn't of didn't
B
Dan zet je 'not' achter het werkwoord
C
Dan sla je de zin over

Slide 7 - Quizvraag

Make this sentence negative:
Shannon has got a baby brother

Slide 8 - Open vraag

Make this sentence negative:
You should watch that new show

Slide 9 - Open vraag

Wat is de vorm van to be in deze zin:
Was your hotel comfortable?
A
your
B
was
C
comfortable
D
er is geen vorm van to be in deze zin

Slide 10 - Quizvraag

Wat is het hulpwerkwoord in deze zin:
Could you see the ocean from your apartment?

Slide 11 - Open vraag

Make this sentence negative:
I had pets growing up

Slide 12 - Open vraag

Vraag - manier 2

Zie je de werkwoorden van manier 1 (to be, hulpww)niet in de zin staan?

Dan gebruik je do, does of did om een vraag te maken.


Do / Does > tegenwoordige tijd.
Does  bij he/she/it.

Do bij alle andere personen.

Slide 13 - Tekstslide

Vraag - manier 2

Did > verleden tijd

Did bij alle personen gebruiken.


Did he work at the supermarket yesterday?


Gebruik je did in de vraag - 2e werkwoord in tt.


Slide 14 - Tekstslide

Make this sentence negative:
Richard talked to his friend yesterday

Slide 15 - Open vraag

Make this sentence negative:
Richard talks to his friend every day

Slide 16 - Open vraag

Make this sentence negative:
I walk a mile every day

Slide 17 - Open vraag

Make this sentence negative:
Shannon is watching her favorite show

Slide 18 - Open vraag

Questions & Negative Questions

Slide 19 - Tekstslide

Make the question:
I was playing with my dog

Slide 20 - Open vraag

Questions

Vraagzinnen kun je op twee manieren vormen.

 

1 Vragen met het ww 'to be' en hulpwwen.

2 Vragen met do, does of did.

Slide 21 - Tekstslide

Vraag - manier 1

Zie je een vorm van deze wwen in de zin staan?
To be of een hulpww?

Hulpwwen: can, could, would, may.

Dan zet je het hulpww vooraan en de rest van de zin blijft hetzelfde.

He is your boss

Is he your boss?


Slide 22 - Tekstslide

Vragen met do, does of did.

Do/does = t.t.


- I play football -> Do you play football? / Does he play football?


Did + hele ww= v.t.

I played football -> Did you play football






Slide 23 - Tekstslide

Make the question:
You can tell me something about the show tomorrow

Slide 24 - Open vraag

Make the question:
You should tell me where to go

Slide 25 - Open vraag

Make the question:
He plays the lead role in that show

Slide 26 - Open vraag

Make the question:
She has got a lot of money

Slide 27 - Open vraag

Make the negative question:
Can you tell me more?

Slide 28 - Open vraag

Make the negative question:
Is the music too loud?

Slide 29 - Open vraag

Helpfull websites
- sparksnotes
- litcharts
- gradesaver


Slide 30 - Tekstslide

b. Setting - time and place
  • where and the when does the story take place
  • creates mood



Slide 31 - Tekstslide

c. Plot
1. Expositions
2. Rising action
3. Climax
4. Falling action
5. Resolution

Slide 32 - Tekstslide

Plots can vary but often fit a pattern...
  • Overcoming the monster ___________________  
  • From rags to riches _________________________
  • Voyage and return __________________________
  • The quest
  • Tragedy
  • Comedy
  • Rebirth

Slide 33 - Tekstslide

e. Theme
  • refers to the underlying insight, the moral or idea that the writer is expressing through the story
  • e.g. - The power of true love                        - Fate, which sometimes tears lovers apart and then                       joins them together
                -War

Slide 34 - Tekstslide

Work on weekplanner
.





Finish Slim Stampen with 100%
timer
15:00

Slide 35 - Tekstslide

Read
Sit next to your book buddy


or quietly work on your portfolio
timer
20:00

Slide 36 - Tekstslide

30 seconds
English words, explain them in English in 30 seconds

Slide 37 - Tekstslide

Next lesson

- Literature 
- Work on weekplanner

Slide 38 - Tekstslide