How to write an E-mail...

Writing an e-mail
  • Starting & finishing your e-mail

  • Lay-out
    Purpose of writing
    Organising your writing

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Writing an e-mail
  • Starting & finishing your e-mail

  • Lay-out
    Purpose of writing
    Organising your writing

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Formal
  • Beleefd zijn
  • Onbekende
(Denk aan een werkplek)

  • sollicitatie
  • klacht
  • mail naar ouders


Informal
  • Vriendelijk zijn
  • Bekende

  • Een email naar een collega waar je goed mee bevriend bent
  • Een uitnodiging naar een vriend op je werkplek
  • Een email met een link naar een grappige clip
Wat voor E-mail?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lay-out: Het aanhef





Na je aanhef komt ALTIJD een komma
Formal

  • Dear Mr .. / Dear Ms/Miss/Mrs.,
  • Dear Sir or Madam,
Informal

  • Goodmorning,
  • Hello,
  • Hi,
  • Hi there,

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lay-out: De afsluiting






Gebruik de juiste afsluiting met je naam. 
Formal

  • Yours sincerely,
  • Yours faithfully,
  • Yours truly,

-voornaam & achternaam-
Informal

  • Rgds,
  • Cheers,
  • Bye for now,
  • See you soon,
-naam-

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijfdoel
Maak duidelijk waarom je schrijft:

  • Gebuik dit aan het begin van je mail
  • I am writing to (+ verb & reason for writing)

Example
- I am writing to complain about your customer service.
- I am writing to say thank you very much for the gifts you sent.
- I am writing to apply for the job as Teacher of English at your school.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Alinea's / paragrafen
Waarom paragrafen?
Emails zijn makkelijker te lezen als je paragrafen gebruikt.

  • Een paragraaf is meestal 2-3 zinnen lang
  • Ieder paragraaf start op een nieuwe regel
  • Ander onderwerp? Start op een nieuwe alinea.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sentence structure
Houd de volgende volgorde aan: wie, doet, wat, waar, wanneer
Houd er wel rekening mee dat niet alle onderdelen per se terug hoeven te komen in alle zinnen.

  • wie (het onderwerp?), Wie doet iets?
  • doet (alle werkwoorden), Zoek het gezegde...
  • wat (het lijdend voorwerp), Wat doet het onderwerp?
  • waar(de plaats), Waar doet het onderwerp wat?
  • wanneer(de tijd). Wanneer doet het onderwerp wat?


Alex made a salad in the park yesterday

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Example: Informal email
Paragraaf 1
Groet
Hi Eric,
Paragraaf 2
Reden voor het bericht
I've been wondering how you've been. I haven't seen you or heard from you in such a long time!

Paragraaf 3
Verzoek
Last time we spoke, we were talking about going to the cinema. The trailer for Furiosa just came out. The film will be in cinemas from the 25th of June 'till the 1st of July. Do you know if you'll be free around that time?
Paragraaf 4
Ander nieuws
By the way, I just bought a new car. I really love it! If you want to, I can pick you up so we can drive around the city. 

Paragraaf 5
Afsluiting
Anyway, I look forward to hearing from you soon.

With best wishes, 

Sarah

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Preparation for writing test
Waar wordt op gelet?

  1. Opmaak: (aanhef, gebruik van alinea’s, afsluiting, witregels)
  2. Taal: Gebruik van grammar, spelling, interpunctie
  3. Inhoud: Alle punten verwerkt?
  4. Communicatie: Goed lopend geheel of alleen de opdracht uitgevoerd?

Ik verwacht dat je uiteindelijk een stuk kan schrijven met MINSTENS 200 woorden. We zullen het de komende lessen opbouwen.



  1. max 2 pnt
  2. Max 8 pnt
  3. max 4 pnt
  4. max 2 pnt

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Write a short story
  • Use at least 100 words
  • Look at and use all the drawings on the dices to write your story
  • Try to use especially the grammar items we've discussed
    - Articles (Use the correct articles for each dice)
    - Adverbs & Adjectives (use different adjective / adverbs for each dice)

Your story will be read and assessed by a classmate!

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beoordelingsformulier
Opmaak (max 2 punten)
Taalgebruik (max 8 punten)
Zinsbouw 
Klopt jouw zinsopbouw?
woordgebruik en -volgorde 
Gebruik je woorden op de juiste manier en staan ze op de juiste plek in een zin?
Grammatica
Gebruik je de juiste grammatica?
spelling
Spel je je woorden goed?
gebruik hoofd- en kleine letters 
Gebruik jij hoofdletters wanneer dit hoort?
gebruik interpunctie
Punt, komma, uitroeptekens etc. 
Inhoud (max 4 punten)
opdrachten
Heb je de opdrachten volledig uitgewerkt?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Preparation for writing test
Waar wordt op gelet?

  1. Opmaak: (aanhef, gebruik van alinea’s, afsluiting, witregels)
  2. Taal: Gebruik van grammar, spelling, interpunctie
  3. Inhoud: Alle punten verwerkt?
  4. Communicatie: Goed lopend geheel of alleen de opdracht uitgevoerd?

Ik verwacht dat je uiteindelijk een stuk kan schrijven met MINSTENS 200 woorden. We zullen het de komende lessen opbouwen.



  1. max 2 pnt
  2. Max 8 pnt
  3. max 4 pnt
  4. max 2 pnt

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Before you "kick the bucket" 
"Ten years ago I created a list  of everything I want  to do before I can't do them 
anymore.

I have done 5 things on my bucketlist already. I started my own business
years ago, which is stilll going well. I've lived in France for 6 years and 
I've learned a little bit of French. Two years ago I went skydiving. That was the 
scariest experience of my life! I will never do that again! I've also kayaked next 
to a whale and I've swam next to a glacier. Those were the most amazing things I 
have ever done. 

After all of these years I have never kissed in the rain before, but I really want to 
do that with the love of my life. I want to get married and have a big family
I also haven't learned how to dance salsa yet , but I'm going to start training 
next ..." = 153 woorden

Slide 15 - Tekstslide

Bucket lists are written to remind us of our important goals: Things we want to do before kicking the bucket.

The bucket list
  1. What is on your bucketlist?
    Write down at least 6 things you've already done and things you haven't done yet
  2. Write two paragraphs (alinea).
    - First, write something about things you've already done in your life (present perfect) and give details about when you did them (past simple).
    - Then, write something about things you haven't done yet (present pefect).
    - Use at least 150 words
The more personal details, the better!

What you've written will be read and assessed by a classmate!

Slide 16 - Tekstslide

Bucket lists are written to remind us of our important goals: Things we want to do before kicking the bucket.

Beoordelingsformulier
Opmaak (max 2 punten)
- Goeie intro?
- Twee paragrafen gebruikt?
Taalgebruik (max 8 punten)
Zinsbouw 
Klopt jouw zinsopbouw?
- Bevestigend: Onderwerp - (hulp) ww - rest van de zin
- Ontkennend: Onderwerp -  (hulp) ww + not - rest van zin
- Vragend: hulp ww - onderwerp  - hoofdww - rest van zin
woordgebruik en -volgorde 
Gebruik je woorden op de juiste manier en staan ze op de juiste plek in een zin?
Grammatica
Gebruik je de juiste grammatica?
- Met focus op present perfect en past simple
spelling
Zijn de woorden goed gespeld?
gebruik hoofd- en kleine letters 
Gebruik jij hoofdletters wanneer dit hoort?
- Hoofdletter i als er 'ik' wordt bedoelt ==> I
- Hoofdletter aan begin van de zin?
gebruik interpunctie
Punt, komma, uitroeptekens etc. 
Inhoud (max 4 punten)
opdrachten
Heb je de opdrachten volledig uitgewerkt?
- 1e paragraaf uitgewerkt, dan de 2e?
- 200 woorden?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Writing a letter

Do the worksheet: 
error correction

Done?
Do Unit 6, lesson 2
 Exercise 21
timer
10:00

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies