In het magma zitten ook gassen.
1. Als de druk in de magma te groot wordt komt de vulkaan tot uitbarsting.
2. Het magma wordt dan door ondergrondse tunnels, de kraterpijp, omhoog geduwd.
3. Tot het aan het aardoppervlak komt. De plaats waar dit gebeurt heet de krater.
4. Zodra magma uit de aardkorst komt, noemen we het lava.