Thema 6 - basisstof 5 + 6

1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, havoLeerjaar 3

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen:

  1. Je kunt de werking van het netvlies uitleggen.
  2. Je kunt uitleggen hoe je geluid waarneemt met je oren.
Vandaag:

  • Herhalen basisstof 1 t/m 4
  • Uitleg basisstof 5 (interactief)
  • Zelfstandig werken

Slide 2 - Tekstslide

Thema 6 Zintuigen

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide



Adequate prikkel 

De prikkel waar een zintuig het meest gevoelig voor is.

 

Gezichtzintuigcellen zijn gevoelig voor licht

Gehoorzintuigcellen voor geluid

Geurzintuigcellen voor geur

Slide 7 - Tekstslide


Drempelwaarde

Als een prikkel te zwak is --> geen impuls


Als een prikkel sterk genoeg is --> wel impuls

Slide 8 - Tekstslide



Motivatie 

Ben je heel aandachtig aan het luisteren


= lagere drempelwaarde geluid


Impuls wordt sneller herkent en verwerkt



Slide 9 - Tekstslide



Gewenning 

Zintuigcellen ontvangen lange tijd dezelfde prikkel


= minder impulsen



Bijv:  druk van kleding dragen, geluiden van verkeer

Slide 10 - Tekstslide

De huid

Slide 11 - Tekstslide

Reukzintuig

Slide 12 - Tekstslide

Smaakzintuig

Slide 13 - Tekstslide

Oog
Traanvocht:
1. Voorkomt uitdroging
2. Doodt ziekteverwekkers
3. Neemt stof en vuiltjes op

Slide 14 - Tekstslide

Oog

Slide 15 - Tekstslide

Oog

Slide 16 - Tekstslide

Pupilreflex

Slide 17 - Tekstslide

Scherp zien

Slide 18 - Tekstslide

scherp zien
    bolle lens
    voorwerp van dichtbij scherp
    platte lens: 
    voorwerp van veraf scherp

    accommoderen:
    het platter en boller maken van de ooglens


    Slide 19 - Tekstslide

    Netvlies

    Slide 20 - Tekstslide


    Staafjes

    1. extreem gevoelig voor licht
    2. lage drempelwaarde
    3. contrasten in zwart/wit
    4. hele netvlies, maar niet in gele vlek



    Kegeltjes

    1. reageren op kleur
    2. hoge drempelwaarde
    3. werken alleen in volle licht
    4. vooral in gele vlek en eromheen

    Slide 21 - Tekstslide

    Slide 22 - Tekstslide

    Gehoororgaan
    - Oorschelp
    - Gehoorgang
    - Oorsmeerkliertjes
    - Trommelvlies
    - Trommelholte
    - Slakkenhuis met zintuigcellen
    - Gehoorzenuw
    - Evenwichtsorgaan 
    - Gehoorbeentjes; hamer/aambeeld/stijgbeugel

    Slide 23 - Tekstslide

    Onderdelen oor
    Oorschelp = geluidstrillingen opvangen

    Gehoorgang = geluidstrillingen doorgeven

    Trommelvlies = vangt geluidstrillingen op en geeft het door aan de gehoorbeentjs

    Slide 24 - Tekstslide

    Zet in de juiste volgorde van de weg van geluidstrillingen
    Slakkenhuis
    Gehoor
    beentjes
    Gehoorgang
    Oor
    schelp

    Trommelvlies

    Slide 25 - Sleepvraag

    Gehoorbeschadiging
    • Door harde geluiden kunnen de trilhaartjes in het slakkenhuis beschadigen.

    • Als je je gehoorzintuig vaak en langdurig overbelast (80-120 dB), kan er gehoorbeschadiging ontstaan.

    • De trilhaartjes in het slakkenhuis trillen minder goed. Er ontstaan minder impulsen, je wordt langzaam doof.

    Slide 26 - Tekstslide

    gehoorschade

    Slide 27 - Tekstslide

    Het evenwichtsorgaan

    Slide 28 - Tekstslide

    Zet het onderdeel van je oor bij het juiste nummer:
    3
    4
    10
    2
    7
    11
    oorschelp
    trommelvlies
    slakkenhuis
    gehoorbeentjes
    gehoorzenuw
    gehoorgang

    Slide 29 - Sleepvraag

    De punaise
    staat bij...
    A
    Oorzenuw
    B
    Trommelvlies
    C
    Oorschelp
    D
    Gehoorgang

    Slide 30 - Quizvraag

    De punaise
    staat bij...
    A
    Oorzenuw
    B
    Gehoorgang
    C
    Oorschelp
    D
    Aambeeld

    Slide 31 - Quizvraag

    welk orgaan gebruik je niet bij het horen, maar zit wel in je oor?
    A
    evenwichtsorgaan
    B
    reukzintuig
    C
    smaakzintuig
    D
    gehoorzintuig

    Slide 32 - Quizvraag

    Wat is de functie van het trommelvlies?
    A
    geeft trilling door aan de hamer
    B
    geeft de trilling door aan het aambeeld
    C
    geeft de trilling door aan de stijgbeugel
    D
    geeft de trilling door aan het slakkenhuis

    Slide 33 - Quizvraag

    Wat is de functie van de hamer?
    A
    geeft trilling door aan de hamer
    B
    geeft de trilling door aan het aambeeld
    C
    geeft de trilling door aan de stijgbeugel
    D
    geeft de trilling door aan het slakkenhuis

    Slide 34 - Quizvraag

    Wat is de functie van het slakkenhuis
    A
    Geeft de trilling door aan de gehoorzenuw
    B
    brengt de trilling naar de hersenen
    C
    Zet de trilling om in een impuls
    D
    Zet de trilling om in een prikkel

    Slide 35 - Quizvraag

    Lesdoelen:

    1. Je kunt de werking van het netvlies uitleggen.
    2. Je kunt uitleggen hoe je geluid waarneemt met je oren.
    Vandaag:

    • Herhalen basisstof 1 t/m 5
    • Uitleg basisstof 5 (interactief)
    • Zelfstandig werken: 32, 33, 34, 36

    Slide 36 - Tekstslide