3 - Natuur en landschap

• NT2
• Middelbare school
• Beroepsopleiding
• vwo
• Leerjaar 6

Hoofdstuk 3 - les 1

1. Het waddengebied

2. beschrijven

3. structuurwoorden

Hoofdstuk 3 - les 2

1. Schiermonnikoog

2. discussie over windenergie

3. 'er'

Hoofdstuk 3 - les 3

1. Nationale parken

2. Tulpen uit Amsterdam

3. 'er'

Hoofdstuk 3 - les 1

1. Het waddengebied

2. beschrijven

3. structuurwoorden

smelten en ontdooien

ijskonijn

ik smelt

door weer en wind

al met al

wat dat aangaat

iets aankaarten

een discussie voeren

opdracht 7

Vanaf zo'n 10.000 jaar geleden (...)

Doordat de Noordzee in die tijd (...)

Tijdens stormen werden grote stukken veen weggeslagen.

Beschrijf de omgeving waarin je nu leeft.

Gebruik 5 structuurwoorden.

Schiermonnikoog

windenergie

Nationale Natuurparken Nederland

blz. 211

Leesstrategieën

Kies max. vijf woorden

titel

alinea 1 + 5

Ecoducten

blz. 75

ecoduct

wildtunnel

Hier doen we het voor...

theedrinken en koffiedrinken

maar water drinken / het waterdrinken

stofzuigen maar water zuigen

werkwoord of substantief / 1 of 2 klemtonen

samenstelling of woordgroep

het koffiedrinken

ik drink koffie / ik heb koffiegedronken

theedrinken en koffiedrinken

maar water drinken / het waterdrinken

stofzuigen maar water zuigen

het koffiedrinken

ik drink koffie / ik heb koffiegedronken

het waterdrinken = subs.

zullen we gezellig water drinken? - ww

werkwoord of substantief / 1 of 2 klemtonen

samenstelling of woordgroep

theedrinken en koffiedrinken

maar water drinken / het waterdrinken

stofzuigen maar water zuigen

het koffiedrinken

ik drink koffie / ik heb koffiegedronken

het waterdrinken = subs.

zullen we gezellig water drinken? - ww

klemtoon

koffiedrinken en theedrinken - 1 klemtoon

water drinken - 2 klemtonen = woordgroep

werkwoord of substantief / 1 of 2 klemtonen

samenstelling of woordgroep

theedrinken en koffiedrinken

maar water drinken / het waterdrinken

stofzuigen maar water zuigen

het koffiedrinken

ik drink koffie / ik heb koffiegedronken

het waterdrinken = subs.

zullen we gezellig water drinken? - ww

klemtoon

koffiedrinken en theedrinken - 1 klemtoon

water drinken - 2 klemtonen = woordgroep

stofzuigen

water zuigen

werkwoord of substantief / 1 of 2 klemtonen

samenstelling of woordgroep

Ecoducten

blz. 77

ecoduct

wildtunnel

Hier doen we het voor...

vulkaanlandschap Lanzarote

 wildpark Kenia

winters Oostenrijk

 palmenstrand

 Nederlands platteland

 woestijn

regenwoud

Noorse fjorden

Gebruik de woordenlijst op blz. 76 en de Taalhulp op blz. 54

Wat is een tulpenpluktuin?

Wat kun je in een tulpenpluktuin allemaal doen?

Waarom maakt het de boeren niet uit 

hoe bezoekers de tulpen plukken?

Waarom is de pluktuin maar van half april tot half mei open?

Kun je de titel alvast uitleggen?

Waarom zou een bollenboer een pluktuin beginnen?

Bahama's

De Bahama's kennen dertien inheemse diersoorten. Twaalf hiervan zijn vleermuissoorten. De andere, meest bijzondere, diersoort die alleen op de Bahama's voorkomt is de hutia, verwant aan de cavia. Verder leven er op de Bahama's veel dieren in het wild, zoals ezels en paarden. In de zee leven veel vissoorten waaronder de dolfijn.

De eilanden zijn vrij vlak, maar wel rotsachtig. Het hoogste punt ligt op Cat Island, De Alvernia steekt 62 meter boven de zeespiegel uit. Er zijn ook nog ongeveer 2500 mini-eilandjes (cay's). 

• Op de eilanden heerst een tropisch zeeklimaat. 
• De zon schijnt gemiddeld 320 dagen per jaar. 
• Het hele jaar valt er zo nu en dan een regenbui. 
• De minimumtemperatuur is vijftien graden in de winter. 
• In de zomer is het slechts zelden warmer dan veertig graden. 
• Vanuit zee komt een koele wind.

De rotsachtige bodem van de eilandengroep heeft tot gevolg dat de bloemen- en plantenpopulatie niet erg uitgebreid is. Toch zijn er 1370 bomen en plantensoorten te vinden op de Bahama's. 121 hiervan zijn inheems en komen nergens anders voor. 

Beschrijf het landschap uit je geboorteland.

Gebruik 5 structuurwoorden.

Liedje

Met z’n allen

Hier stond je dan vanavond 

het was wel spannend 

maar toch ook fijn

Maar zoals bij elke wedstrijd 

kan er maar een de winnaar zijn

We laten ons niet kennen, 

we gaan gewoon maar door

Want wie niet tegen zijn verlies kan 

die is maar zielig hoor

met z'n allen zingen wij van harte gefeliciteerd.

laat de limonade nu maar knallen.

ze zeggen wel eens 

oud gedaan is jong geleerd.

Want maanden lang 

hebben wij hier naar toe geleefd.

Nu ben jij degeen die een feestje geeft.

En binnenkort nodigen wij je uit.

En dan is het aan ons om te zeggen kom langs en dan zingen we weer tot besluit...

-isch

blz. 177

Arabisch - [aaraabies[

Economisch - [eecoonoomies]

agrarisch

asymmetrisch

claustrofobisch

empirisch

(on)etisch

fragmentarisch

organisatorisch

chronologisch

categorisch

dynamisch

hypothetisch

methodisch

methodologisch

microscopisch

nationalistisch

systematisch

optisch

praktisch

realistisch

strategisch

syntethisch

technisch

blz. 13 / 97

oef. 1 om er in te komen

oef. 15 - hoeven

de tabel

de trend

de interesse

de expert

het risico

de stof

de diagnose

de denkwijze

de voorwaarde

de schommeling

de specificatie

de deadline

het verschijnsel

de mutatie

het seminar

de onzekerheid

de afwijking

de theorie

het item

de tabellen

de trends

de interesses

de experts

de risico's

de stoffen

de diagnoses

de denkwijzes/en

de voorwaardes/en

de schommelingen

de specificaties

de deadlines

de verschijnselen

de mutaties

de seminars

de onzekerheden

de afwijkingen

de theorieën

de items

Schrijven

1. Bedenk een onderwerp

Waar gaat je tekst over?

Schrijven

1. Bedenk een onderwerp

2. Formuleer de hoofdgedachte

Waar gaat je tekst over?

Wat wil je over dit onderwerp zeggen?

Schrijven

1. Bedenk een onderwerp

2. Formuleer de hoofdgedachte

3. Kies een invalshoek: 

Waar gaat je tekst over?

Wat wil je over dit onderwerp zeggen?

Actueel, historisch, technisch, kritisch, persoonlijk, maatschappelijk

Schrijven

1. Bedenk een onderwerp

2. Formuleer de hoofdgedachte

3. Kies een invalshoek: 

4. Kies een schrijfdoel: 

Waar gaat je tekst over?

Wat wil je over dit onderwerp zeggen?

Actueel, historisch, technisch, kritisch, persoonlijk, maatschappelijk

Informeren, uiteenzetten, beschouwen / opiniëren, overtuigen, activeren. amuseren

Schrijven

1. Bedenk een onderwerp

2. Formuleer de hoofdgedachte

3. Kies een invalshoek: 

4. Kies een schrijfdoel: 

5. Kies een publiek

Collega, leidinggevende, geinteresseerde leek

Waar gaat je tekst over?

Wat wil je over dit onderwerp zeggen?

Actueel, historisch, technisch, kritisch, persoonlijk, maatschappelijk

Informeren, uiteenzetten, beschouwen / opiniëren, overtuigen, activeren. amuseren

huiswerk

77 puntjes

Grammatica 3, opdracht 1 en 2.

Wijze woorden

Maak van 2 substantieven zinnen die in een technisch rapport niet misstaan.

Schrijven

Verzamel informatie voor je tekst.