BZL deel 4

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Link

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Welk verkleinwoord is juist geschreven?
A
woningetje
B
cowboy'tje
C
cafétje
D
dvd'tje

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Welk meervoud is juist geschreven?
A
mamas en papas
B
ideën
C
penaltys
D
baby's

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Welke bezitsvorm is NIET juist geschreven?
A
Elises boek
B
Anne's vader
C
Sara's vriend
D
Max' opa

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide