BIG injecteren

Injecteren
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMiddelbare schoolMBOLeerjaar 1Studiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Injecteren

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Redenen voor injecteren 
  • het medicijn werkt sneller bij een injectie (bijvoorbeeld bij pijnklachten, allergische reactie)
  • bij braken of diarree
  • soms is het medicijn alleen per injectie toe te dienen
  • wanneer de zorgvrager niets via de mond mag innemen ( darmoperatie, slikklachten)
  • wanneer de zorgvrager niets via de mond kan nemen (bewustzijnsdaling, tijdens operatie)
  • als er een constante spiegel in het bloed nodig is (bijvoorbeeld antibiotica, insuline, morfine)

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vormen van injecteren
  • Subcutaan SC ( subcutane canule)
  • Intramusculair IM
  • Intra-veneus  IV ( perifere infuuscanule )
  • Intra-cutaan IC 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer ga je niet injecteren ?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

complicaties subcutaan injecteren 
● hematoom
● allergische reactie op de medicatie
● infectie door onvoldoende hygiënisch werken
● flauwvallen bij prikangst
  • "harde schijven" 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

veiligheidsnaald
naaldenbekers

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Injectienaalden
  • Diverse lengtes en diktes​ 
  • Kleuren zeggen iets over de diameter (Gauge) van de naald​ 
  • Voor elke injectiemethode gebruik je andere lengte en diameter​
  • Lengte is ook afhankelijk van de zorgvrager
  • Gebruik van veilige naalden is verplicht​


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veiligheidsnaalden

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regel van vijf 
  1. Heb je het juiste medicijn?
  2. Is het de juiste patiënt/cliënt?
  3. Is dit het juiste tijdstip?
  4. Wat is de juiste wijze van toedienen?
  5. Wat is de juiste dosis?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Injectie klaarmaken
  • Pas de regel van 5 toe 
  • ampul of flacon 
  • water voor injectie 
  • zwenken
  • ontluchten
  • glazen ampullen ook in naaldencontainer
  • waar gooi je medicatieflacon weg ?

Slide 12 - Tekstslide

Regel van 5:
  • juiste cliënt
  • juiste medicijn
  • juiste toediening
  • juiste dosering
  • juiste tijd

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huidplooi techniek: 90 of 45 graden

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Prikplaats
De buik, naast of rond de navel (voorkeur), houdt altijd 3 vingers afstand rond de navel.
de bovenkant van de bovenbenen.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

EN ALTIJD MELDEN !! 

Bij een prikaccident komt er bloed (of andere lichaamsvloeistof) van de ene persoon in het lichaam van de ander. Ook snij-, bijt- of spatongevallen vallen onder de noemer ‘prikaccident’. In deze training beperken we ons tot de echte prikaccidenten, die kunnen gebeuren bij het injecteren. Er zijn heel wat maatregelen die je kunt nemen om prikaccidenten te voorkomen. Als je toch een prikaccident meemaakt, moet je direct een protocol volgen.

Kant en klare injectie
luchtbel niet verwijderen  
Kant en klare injecties
Luchtbel niet verwijderen

Slide 19 - Tekstslide

De luchtbel zorgt ervoor dat alle medicatie gespoten wordt en er niets achterblijft in de naald
Intramusculair injecteren

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Injectie I.M.


in het spierweefsel
loodrechttechniek 90 graden
rangeertechniek

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

armspier: 2 vingers onder zijkant sleutelbeen. 
dijbeenspier: hand in lies en hand boven knie, injecteren aan buitenzijde
bilspier rugzijde: bovenste buitenste kwadrant. bovenkant bilnaad horizontale lijn en dan door de helft
bilspier buikzijde: hand op heupbot, duim wijst naar been, wijsvinger spreiden. tussen wijs en middelvinger
Injectietechniek
loodrecht-techniek 90 graden
rangeer-techniek 90 graden

Bloedvatcontrole 
Medicatie langzaam injecteren 

Slide 23 - Tekstslide

Rangeertechiek gebruik je om te voorkomen dat medicatie terug stroomt in het onderhuidse weefsel. Kan pijn of beschadiging veroorzaken
Hoeveelheid injectievloeistof
armspier: max. 2ml (vaccinaties)
dijbeenspier: max. 5 ml (pijnlijk)
 Grote bilspier (rugzijde): max. 4 ml
Middelste bilspier( buikzijde): 3 ml

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rangeertechniek
loodrechttechniek
huid 2-3 cm opzij trekken
voorkomen terugvloeien medicatie

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

No-touch-methode
De no-touch-techniek voorkomt dat micro-organismen worden overgedragen op de cliënt tijdens het uitvoeren van handelingen.


Deze techniek gaat uit van een aantal stappen:
  1. Voorbereiding van de omgeving
  2. Risicobepaling
  3. Handhygiëne
  4. Gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen
  5. Materialen
  6. Voorbereiding van de cliënt
  7. Gebruik van veilige technieken


Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies