Les 5 - Presenteren Zwolle

• Communicatie
• MBO
• Studiejaar 2,4

Leerdoelen

De student:

- Kan een presentatie geven waarbij ten minste één visueel hulpmiddel effectief wordt ingezet.

- Past communicatie aan op de doelgroep (taalgebruik, voorkennis, ontwikkelingsniveau).

- Rapporteert mondeling, schriftelijk en digitaal op een professionele manier.

- Kan constructieve feedback geven en ontvangen en toepassen.

Feedback geven

Aan de hand van 'Methodiek 4 G's'.

Gedrag

Gevoel

Gevolg van gedrag

Gewenst gedrag

Feedback ontvangen

• LSD
• Laat blijken wat het met je doet
• Bepaal zelf of je jouw gedrag wilt veranderen

Wat betekent LSD?

LSD

Luisteren - Samenvatten - Doorvragen

Dus ik begrijp dat je ..

Je bedoelt dat ik.. 

En dat betekent voor jou…​

   Vraag eventueel na bij anderen!

Assertief zijn

Je mag best assertief zijn!

Maar wat is dit eigenlijk?

Assertief

Assertief

• Assertief zijn betekent opkomen voor jezelf zonder de gevoelens en belangen van een ander uit het oog te verliezen. 
• Assertiviteit gaat over: 'Nee' zeggen. 
• Grenzen stellen.

Je staat in de winkel en bent net aan de beurt, maar iemand anders kruipt voor.​
Wat doe je?

1. Je zegt niets, maar wacht af tot de ander zijn boodschappen heeft gedaan.
2. Je valt uit: ‘Bent u nou helemaal. U moet net zo goed op uw beurt wachten als iedereen. Ik was eerst!’​
3. Je zegt: Sorry, maar ik was voor u aan de beurt, ik stond hier het eerst. Zou u nog even willen wachten?

Voorbeeld

Je staat in de winkel en bent net aan de beurt, maar iemand anders kruipt voor.​

​

Subassertief: je zegt niets, maar wacht af tot de ander zijn boodschappen heeft gedaan.​

​

Agressief: je valt uit tegen degene die voordringt: ‘Bent u nou helemaal. Ik sta hier ook niet voor niets. U moet net zo goed op uw beurt wachten als iedereen. Kom nou, ik was eerst!’​

​

Assertief: je zegt rustig en beslist: ‘Sorry, maar ik was voor u aan de beurt, ik stond hier het eerst. Zou u nog even willen wachten?’

Subassertief zijn

Subassertief zijn we vaak omdat we de volgende gedachten hebben:​

​

• Iedereen moet me aardig vinden;​
• Ik moet het iedereen naar de zin proberen te maken, ook al wil ik zelf iets anders;​
• Ik moet dankbaar zijn voor wat anderen voor me doen, ook al ben ik het er niet mee eens;​ als je ouderen (ouders) tegenspreekt, zwaait er wat;​

• Ik mag geen fouten maken, want dan vinden ze me stom;​ de anderen kunnen alles veel beter dan ik;​

• Ik kan mezelf toch niet veranderen.

Feedback vragen

Spreek vooraf af dat je graag feedback wilt om je eigen functioneren te verbeteren en vraag er actief om​!

Plan feedback gesprekken in, neem er de tijd voor​ en schrijf je feedback op​.

Stel open vragen: “Kun je mij vertellen hoe je vind dat ik … doe?”​

(Dus niet: is het zo goed?)​

Laat zien wat je met feedback doet en vraag later nogmaals om feedback -> check of je bent gegroeid/verbeterd

Lesplanning

• Uitleg opdracht
• Aan de slag!

Opdracht - deel 1

Bereid een presentatie voor van maximaal 5 minuten over een door jouw gekozen onderwerp

Waar moet je aan denken:

• Opbouw presentatie
• Presentatietechnieken (lichaamstaal, houding, stemgebruik, oogcontact)
• Gebruik minimaal 1 visuele techniek

 

Opdracht - deel 2

Stel een leerdoel op over een van de onderstaande onderwerpen:

• Opbouw presentatie
• Houding/lichaamstaal
• Oogcontact
• Visueel hulpmiddelen
• Stemgebruik

 

Bijv. Ik wil tijdens mijn presentatie een duidelijke opbouw hanteren zijnde: Inleiding, kern en afsluiting

Lesplanning

• Uitleg opdracht & aan de slag!
• Vooruitblik

Volgende week

Presentaties & feedback geven aan de hand van een feedback formulier