3.3 Stromingen in de politiek

3.3 Stromingen in de politiek
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

3.3 Stromingen in de politiek

Slide 1 - Tekstslide

Wat was actief kiesrecht?

Slide 2 - Open vraag

stromingen in de politiek = Verzameling ideeën over wat belangrijk is in de maatschappij en hoe mensen het beste met  elkaar kunnen samenleven

Slide 3 - Tekstslide

Drie grote stromingen 
  1. Liberalisme
  2. Sociaaldemocratie
  3. Christendemocratie

Slide 4 - Tekstslide

Liberalisme
Belangrijke waarde: Vrijheid

  • Persoonlijke vrijheid: 
  1. abortus 
  2. homohuwelijk 
  3. softdrugs

  • Economische vrijheid 
  1. minder regels 
  2. lagere belastingen

Slide 5 - Tekstslide

liberalisme = de staat (overheid) moet de individuele burger zo veel mogelijk zijn eigen gang laten gaan. 
Liberalisme en de sociale kwestie
De Liberalen vonden het eigen belang het belangrijkst. Ze hadden dus geen zin om zich te bemoeien met de sociale kwestie.

Slide 6 - Tekstslide

Sociaaldemocratie
belangrijke waarden: solidariteit en gelijkwaardigheid

  • Minder verschil tussen rijk en arm
  • betere verdeling van geld, kennis en macht
  • sociale grondrechten zoals het recht op:
  1. gezondheidszorg
  2. onderwijs
  3. huisvesting 

Slide 7 - Tekstslide

Christendemocratie
Belangrijke waarde: christelijk geloof 

  • naastenliefde: omkijken naar de mensen in je omgeving
  • (vrijwilligers)organisatie kunnen een deel van de zorg voor mensen op zich nemen.
  • God heeft de aarde geschapen; daar moeten we dus goed voor zorgen

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

populistische partijen = partijen die zeggen dat zij als enige de 'wil van het volk kennen en opkomen voor de belangen van de gewone mensen.
Niet alles zit altijd binnen een hokje. Sommige partijen horen niet bij een stroming.

Slide 10 - Tekstslide

Net niet helemaal....
  • Goede uitkeringen voor de werkeloze
  • minder regels voor bedrijven

Waar horen deze stellingen bij?

Slide 11 - Tekstslide

One-issuepartijen
Stellen een aspect van de samenleving centraal.

voorbeelden hiervan zijn:
  • Partij voor de Dieren
  • 50PLUS
  • BoerBurgerBeweging

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Welke stroming herken je in dit fragment?

Slide 14 - Open vraag

Benoem twee kenmerken van deze stroming.

Slide 15 - Open vraag

Aan de slag 
  • Wat? opdracht 2 t/m 5 en 7 (bladzijde 32) 
  • Wie: overleg met je buurman of buurvrouw 
  • hoelang? 15 minuten 
  • klaar? laat even checken 
timer
15:00

Slide 16 - Tekstslide