Oefenen met signaalwoorden en tekstverbanden

Wat gaan we doen deze les?
Ter voorbereiding op het schoolexamen...

Een opdracht over signaalwoorden en tekstverbanden
(Zelf eentje kiezen!)
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen deze les?
Ter voorbereiding op het schoolexamen...

Een opdracht over signaalwoorden en tekstverbanden
(Zelf eentje kiezen!)

Slide 1 - Tekstslide

Welke tekstverbanden waren er ook alweer allemaal?


om...te     toch     dus     als
en     daarom     waarmee
bovendien     zoals     daardoor
want     onder andere
zodat     ook al
  • ...
  • ...
  • ...
  • ...
  • ...
  • ...
  • ...
  • ... 

Slide 2 - Tekstslide

Welke tekstverbanden waren er ook alweer allemaal?


om...te     toch     dus     als
en     daarom     waarmee
bovendien     zoals     daardoor
want     onder andere
zodat     ook al
  • Tegenstelling
  • Oorzaak-gevolg 
  • Doel - middel
  • Voorbeeldgevend/
    uitleggend
  • Reden
  • Opsomming
  • Voorwaarde
  • Conclusie en samenvatting

Slide 3 - Tekstslide

Boek blz 68 en 96
Hier lees je de meest voorkomende verbanden en bij behorende signaalwoorden.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht A

Arceer in de tekst alle signaalwoorden en benoem daarbij het tekstverband.

(Examentekst)
Opdracht B

Maak zelf een toets over signaalwoorden en tekstverbanden. 

5 meerkeuzevragen
10 open vragen

Opdracht C

Leestekst met opdrachten.

(Opdr 5 boek
blz 157 -159)
Vragen of klaar? Vinger opsteken, kom ik bij je!

Slide 19 - Tekstslide


Check!

  1.  Zij wilde slagen, daarom werkte zij erg hard.
  2.  Als mensen in nood zitten, mogen ze altijd hulp vragen.
  3.  Hoewel ze flink gespaard had, was het te weinig om rijlessen te nemen.
  4.  Er was een leuke film op de tv. Ik lag daardoor pas laat in bed.
  5.  Om een goed cijfer voor je examen te halen, zal je moeten oefenen.

Slide 20 - Tekstslide


Check!

  1.  Zij wilde slagen, daarom (reden) werkte zij erg hard.
  2.  Als mensen in nood zitten, mogen ze altijd hulp vragen.
  3.  Hoewel ze flink gespaard had, was het te weinig om rijlessen te nemen.
  4.  Er was een leuke film op de tv. Ik lag daardoor pas laat in bed.
  5.  Om een goed cijfer voor je examen te halen, zal je moeten oefenen.

Slide 21 - Tekstslide


Check!

  1.  Zij wilde slagen, daarom (reden) werkte zij erg hard.
  2.  Als (voorwaarde) mensen in nood zitten, mogen ze altijd hulp vragen.
  3.  Hoewel ze flink gespaard had, was het te weinig om rijlessen te nemen.
  4.  Er was een leuke film op de tv. Ik lag daardoor pas laat in bed.
  5.  Om een goed cijfer voor je examen te halen, zal je moeten oefenen.

Slide 22 - Tekstslide


Check!

  1.  Zij wilde slagen, daarom (reden) werkte zij erg hard.
  2.  Als (voorwaarde) mensen in nood zitten, mogen ze altijd hulp vragen.
  3.  Hoewel (tegenstelling) ze flink gespaard had, was het te weinig om rijlessen te nemen.
  4.  Er was een leuke film op de tv. Ik lag daardoor pas laat in bed.
  5.  Om een goed cijfer voor je examen te halen, zal je moeten oefenen.

Slide 23 - Tekstslide


Check!

  1.  Zij wilde slagen, daarom (reden) werkte zij erg hard.
  2.  Als (voorwaarde) mensen in nood zitten, mogen ze altijd hulp vragen.
  3.  Hoewel (tegenstelling) ze flink gespaard had, was het te weinig om rijlessen te nemen.
  4.  Er was een leuke film op de tv. Ik lag daardoor pas laat in bed.
  5.  Om een goed cijfer voor je examen te halen, zal je moeten oefenen.

Slide 24 - Tekstslide

Check!
  1.  Zij wilde slagen, daarom (reden) werkte zij erg hard.
  2.  Als (voorwaarde) mensen in nood zitten, mogen ze altijd hulp vragen.
  3.  Hoewel (tegenstelling) ze flink gespaard had, was het te weinig om rijlessen te nemen.
  4.  Er was een leuke film op de tv. Ik lag daardoor (oorzaak-gevolg) pas laat in bed.
  5.  Om een goed cijfer voor je examen te halen, zal je moeten oefenen.

Slide 25 - Tekstslide

Check!
  1.  Zij wilde slagen, daarom (reden) werkte zij erg hard.
  2.  Als (voorwaarde) mensen in nood zitten, mogen ze altijd hulp vragen.
  3.  Hoewel (tegenstelling) ze flink gespaard had, was het te weinig om rijlessen te nemen.
  4.  Er was een leuke film op de tv. Ik lag daardoor (oorzaak-gevolg) pas laat in bed.
  5.  Om een goed cijfer voor je examen te halen, zal je moeten oefenen.

Slide 26 - Tekstslide

Check!
  1.  Zij wilde slagen, daarom (reden) werkte zij erg hard.
  2.  Als (voorwaarde) mensen in nood zitten, mogen ze altijd hulp vragen.
  3.  Hoewel (tegenstelling) ze flink gespaard had, was het te weinig om rijlessen te nemen.
  4.  Er was een leuke film op de tv. Ik lag daardoor (oorzaak-gevolg) pas laat in bed.
  5.  Om een goed cijfer voor je examen te (doel-middel) halen, zal je moeten oefenen.

Slide 27 - Tekstslide