mervredi le 7 décembre

Écrire : nous ...
A
écrirons
B
écrivons
C
écrions
1 / 14
volgende
Slide 1: Quizvraag
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Écrire : nous ...
A
écrirons
B
écrivons
C
écrions

Slide 1 - Quizvraag

écrire : tu ...
A
écrie
B
écris
C
écrires

Slide 2 - Quizvraag

écrire (elles, p.c)
A
elles ont écrit
B
elles sont écrits
C
elles a écrit
D
elles ont écrire

Slide 3 - Quizvraag

écrire (je, imp)
A
j´écrivait
B
j´écrivais
C
j´ai écrit
D
j´écris

Slide 4 - Quizvraag

écrire
A
schrijven
B
leren
C
lezen
D
luisteren

Slide 5 - Quizvraag

De plaats van het persoonlijk voornaamwoord (lijdend voorwerp)

Tu veux regarder ce film français.
A
Tu veux regarder le.
B
Tu veux le regarder.
C
Tu le veux regarder.
D
Tu veux le regarder le film français.

Slide 6 - Quizvraag

Vervang het meewerkend voorwerp door een persoonlijk voornaamwoord

Elle téléphone à ses parents.
A
Elle lui téléphone
B
Elle leurs téléphone .
C
Elle leur téléphone à ses parents.
D
Elle leur téléphone .

Slide 7 - Quizvraag

Vervang het meewerkend voorwerp door een persoonlijk voornaamwoord en zet het op de juiste plek in de zin. Schrijf de nieuwe zin helemaal op.

Vous avez parlé au prof?
A
Vous lui avez parlé?
B
Vous avez lui parlé?
C
Vous avez parlé lui?
D
Vous l´avez parlé?

Slide 8 - Quizvraag

Vervang het lijdend voorwerp met een persoonlijk voornaamwoord

Je connais cette chanteuse.
A
le
B
la
C
l'
D
les

Slide 9 - Quizvraag

Vervang het lijdend voorwerp met een persoonlijk voornaamwoord

J'ai vu tous ses concerts.

A
le
B
la
C
l'
D
les

Slide 10 - Quizvraag

 de gebiedende wijs
blz.130
ik-vorm
vous-vorm

Slide 11 - Tekstslide

(gebiedende wijs) Neem een ijsje!
A
prend une glace!
B
prends une glace!
C
tu prends une glace!
D
Prenons une glace!

Slide 12 - Quizvraag

Wat is de gebiedende wijs van "vendre" tegen meerdere mensen?
A
vends la maison!
B
vendons la maison!
C
vendez la maison!

Slide 13 - Quizvraag

Welke vraag / vragen heb je nog?

Slide 14 - Open vraag