Faalangst

`Je hebt het in je vingers, het zit helemaal in je hoofd, maar het komt er niet uit. Je presteert onder je kunnen'. 
      Wie herkent dit? 
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
SLBMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

`Je hebt het in je vingers, het zit helemaal in je hoofd, maar het komt er niet uit. Je presteert onder je kunnen'. 
      Wie herkent dit? 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Faalangst 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  1. Je kunt na deze les in eigen woorden benoemen wat faalangst is
  2. Je kan na deze les de drie vormen van faalangst vertellen
  3. Je kan na deze les beschrijven wat kan helpen tegen faalangst

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Faalangst

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

FAALANGST 
 is de angst om te mislukken in situaties waarin je wordt beoordeeld of denkt te worden beoordeeld. 
En die angst werkt belemmerend.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel procent van de jongeren heeft last van faalangst?
A
1-3%
B
4-6%
C
7-9%
D
10-20%

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

WAT GEBEURT ER BIJ ANGST?

Adrenaline:
Reactie op stress. zet aan tot actie 
(hoge hartslag, snellere ademhaling)


   
                                                                                                                  
                                                  
                                         

Slide 8 - Tekstslide

Als er sprake is van dreiging of acute stress, komt de boodschapperstof noradrenaline in je hersenen vrij. De noradrenaline geeft signalen door via het centrale zenuwstelsel en zorgt ervoor dat de productie van het hormoon adrenaline op gangkomt (bijnieren).
Adrenaline (stresshormoon) zorgt ervoor dat je binnen enkele seconden kunt reageren op mogelijk gevaar (dit kan door middel van vechten of vluchten, maar ook door te bevriezen. Het kan positief activerend werken, maar kan ook angst en bezorgdheid veroorzaken.

WAT GEBEURT ER BIJ ANGST?
Vechten, vluchten, bevriezen

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WAT GEBEURT ER BIJ ANGST?
Er valt een klein jongetje in de vijver. Je bedenkt je niet en springt er achter aan om hem te redden!
Dat is VECHTEN.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WAT GEBEURT ER BIJ ANGST?
Je probeert de situatie te vermijden, dit doe je bijvoorbeeld door weg te lopen of sorry te zeggen. Dat is VLUCHTEN.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WAT GEBEURT ER BIJ ANGST?
Soms ben je zo angstig dat je niet meer kunt vechten en vluchten!
Dan BEVRIES je. Het lukt je niet meer om iets te doen
BLACK OUT

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WAT ZIJN DE GEVOLGEN 
VAN FAALANGST?

- je kunt niet meer denken
- je voelt nog meer angst
- je kunt nog minder denken
- er komt steeds minder bloed naar je hersenen
- je raakt in paniek
- er ontstaat een black-out

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WELK GEDRAG ZIEN WE BIJ FAALANGST?

- niet kunnen opkomen voor jezelf
- concentratie problemen
- 'ik wil niet gezien worden' gedrag
- snel 'rood' worden
- geen vragen durven stellen
- stotteren, zweten, buikpijn, flauwvallen, hoge hartslag
- moeilijk kunnen omgaan met kritiek en/of feedback

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 

  1. Zoek individueel uit wat je kan vinden over het omgaan met faalangst. Wat zijn tips die helpen bij faalangst?
  2. Deel in tweetallen wat je hebt gevonden en maak samen een lijstje met tips
  3. Klassikaal bespreken van de antwoorden en noteren op bord
- Hulpmiddel: Je mag op je laptop zoeken naar tips voor faalangst Noteer jullie antwoorden op papier of in word.

       Dit doe ik niet,                                      Ik probeer het net zo lang
       het lukt toch niet                                totdat het lukt!
                                                                     

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TIPS BIJ FAALANGST

      Zet negatieve gedachten in positieve gedachten om, bijv.:

       Alsof jij het beter weet!                      Wat een goede tip!                                    
                                                                     

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TIPS BIJ FAALANGST

Haal de druk om te presteren er af!

Fouten maken mag!!!

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TIPS BIJ FAALANGST


Sport/beweging zorgt voor
afname van stressgevoelens

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TIPS BIJ FAALANGST

Doe een ademhalingsoefening:
        - leg je hand op je buik
        - adem 2 seconden in naar je hand, haal je schouders op
        - adem 6 seconden uit naar je hand
        - laat je schouders in een snelle beweging 'vallen'
        

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Enquête
https://forms.office.com/Pages/ResponsePage.aspx?id=nkK-N4Vuz0KvwRPGWHsrP_FUinOIUL1HiBZiOotSmupUNUxFSE9RWE84TDcwRkg5NVdWSEM2SEJTWi4u 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies