8.1: Niet-westerse kunst en Jazz.

8.1 Expressie

Een terugblik op de vorige les. 

Wat weten we nog van:
> Freud?
> Expressionisme en dans?
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

Onderdelen in deze les

8.1 Expressie

Een terugblik op de vorige les. 

Wat weten we nog van:
> Freud?
> Expressionisme en dans?

Slide 1 - Tekstslide

Freud
Lees de inleiding op blz 160 nogmaals. 

Slide 2 - Tekstslide

8.1 Expressie
Gebruik je tekstboek en maak de volgende vragen. 

Slide 3 - Tekstslide


Lees blz 164 'Maskers ...' nogmaals.

Dit schilderij is één van Picasso's beroemdste werken en wordt beschouwd als een belangrijke voorloper van een nieuwe stroming: het kubisme

'Les demoiselles d'Avignon', Pablo Picasso

Slide 4 - Tekstslide

Picasso liet zich inspireren door niet-westerse kunst.
Hoe zie je dit terug in dit werk?

Slide 5 - Open vraag


Het expressionisme zet zich af tegen bestaande academische regels uit de negentiende eeuw. 

Ze leggen de nadruk op het uitdrukken en opwekken van emoties. 

Dit geldt zowel voor muziek, dans als beeldende kunst. 
'Les demoiselles d'Avignon', Pablo Picasso

Slide 6 - Tekstslide

Leg uit dat de belangstelling voor niet-westerse kunst samenhangt met dit kenmerk van het expressionisme.

Slide 7 - Open vraag

Welke kubistische kenmerken zijn terug te zien in het schilderij 'Les demoiselles d'Avignon'.
A
Het gebruik van realistische vormen en kleuren.
B
Het verbeelden van menselijke emoties.
C
Het gebruik van vereenvoudigde vormen en meerdere perspectieven.
D
Het verbeelden van niet-westerse kunst.

Slide 8 - Quizvraag

Les Ballets Suédois
Lees blz 164 'Schepping...'

Ook in de dans zien we de invloed van de niet-westerse kunst terug. In de decors, kostuums, dansstijl. 
In de muziek hoor je de invloed van jazz, uit Amerika.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

De voorstelling La création du monde heeft een duidelijke boodschap voor de westerse beschaving. Leg deze boodschap in je eigen woorden uit.

Slide 11 - Open vraag

Revue Nègre
Lees 'Revue Nègre ...' op blz 164.

Revue Nègre komt vanuit New York naar Parijs. 
Ook dit is een vaudevilleshow (korte voorstellingen).
Ster: Josephine Baker. Dans: de Charleston.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

De absolute ster van Revue Nègre is Josephine Baker.
Het clichébeeld dat het Westen heeft van Afrika wordt in deze revue uitvergroot. Beschrijf het clichébeeld aan de hand van de poster en het filmfragment.

Slide 14 - Open vraag

WO1 & Jazz
Eerste wereldoorlog: Afro-Amerikaanse cultuur en Jazz populair
Blanke orkesten gaan de zwarte Jazz imiteren.

Amerikanen komen het Franse leger versterken en brengen jazzbands mee naar Europa. 

Jazz is expressief, met veel ruimte voor improvisaties!

Slide 15 - Tekstslide

Storyville
Lees blz 166 nog eens door.

Smeltkroes aan culturen:
Immigranten uit West-Afrika, Frankrijk, Engeland, Spanje en Mexico. 

Slide 16 - Tekstslide

Storyville
Uitwisseling aan muziekstijlen!

Worksongs (katoenvelden)
Spirituals (kerkdiensten)
Blues (platteland)
Ragtime (cafés)
Marsmuziek
Klassieke muziek (Europa)

Slide 17 - Tekstslide

New Orleans Jazz

Verschillende invloeden tot een nieuw soort dansmuziek.

Kenmerk: collectieve improvisatie. 

Instrumenten: cornet/trompet, trombone, klarinet, 
saxofoon, banjo, tuba, drums.



Slide 18 - Tekstslide

De slavernij is afgeschaft.
Maar er bestaat nog wel rassenscheiding.

Slide 19 - Tekstslide

Jazz is eerst vooral de muziek van Afro-Amerikanen, maar door blanke orkestleiders zoals Benny Goodman krijgt de jazz een breder publiek. Leg uit hoe dat komt?

Slide 20 - Open vraag


New Orleans-jazz/Dixieland: (vermaak)
collectieve improvisaties

Chicago-stijl: (individueler)
solo-improvisaties

Swing: (dansmuziek)
gespeeld door grote orkesten, 
onder leiding van een orkestleider

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Chicago-stijl 

Basin Street Blues (eind jaren 20)
Banjo en Tuba worden vervangen door gitaar en contrabas.

Louis Armstrong and his Hot Five:
Armstrong als ster op de trompet, 5 muzikanten met eigen solo's.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Swing-stijl
In de jaren 30 komen de Big Bands op,
met soms wel 20 muzikanten en een orkestleider. 

Verdeling in secties: trompetten, trombones, saxofoons, ritmesectie.

Stuwend, dansbaar ritme.

Achtste noten: lang-kort-lang-kort







Slide 25 - Tekstslide

Cotton Club
Duke Ellington: componist, pianist en orkestleider. 

Nieuwe instrumentale combinaties = nieuwe klankkleur!

Afwisseling: uitgeschreven teksten met geïmproviseerde solo's
Ruimte voor individueel talent.

Radiouitzendingen vanuit de Cotton Club in New York. 


Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Benny Goodman
Goodman: joodse klarinettist en 
orkestleider van een bigband.

Gemixt orkest: Zwart en blank in één band. 

Swingende 'Hot arrangements', gebaseerd op Afro-Amerikaanse jazz.

Breder blank publiek enthousiast voor de Swing-jazz en dans = swing era

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

klaar?
Neem alvast het stuk over Surrealisme door, blz 168! 

Slide 30 - Tekstslide

Niet Westerse kunst is een inspiratiebron
geweest voor Westerse kunst, want:

Slide 31 - Woordweb

Wat weten we nu over:
de opkomst van Jazz?

Slide 32 - Woordweb