Oefentoets Ontdekkers en hervormers.

Oefentoets Ontdekkers en hervormers
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Oefentoets Ontdekkers en hervormers

Slide 1 - Tekstslide

Wat betekent het begrip Reformatie (Hervorming)?
A
Protestants geloof
B
Christenen splitsen zich af van de katholieke kerk
C
Katholieke geloof
D
Vernielingen in de Katholieke kerken door de protestanten

Slide 2 - Quizvraag

Calvinisme
Dominee
Tijd van ontdekkers en hervormers
Vervolgen
Vroegmoderne tijd
Leider van een protestantse kerkdienst
Opsporen en gevangennemen
Protestants geloof volgens de ideeën van Calvijn
1500-1800
1500-1600

Slide 3 - Sleepvraag

Welke zin is juist?
A
Door de Hervorming kwam er vrede tussen katholieken en protestanten.
B
Luther vond dat de katholieke kerk aflaten mocht verkopen.
C
Luther vond dat priesters de Bijbel moesten uitleggen aan de gelovigen.
D
Luther werd vogelvrij verklaard door Karel V.

Slide 4 - Quizvraag

Gebruik de bron hiernaast.
Noteer of dit beeld omstreeks 1550 in een protestantse of in een katholieke kerk zou kunnen hebben gestaan. Leg je antwoord uit.

Slide 5 - Open vraag

Was dit kerkgebouw protestants of katholiek? Leg je antwoord uit.

Slide 6 - Open vraag

Zet de volgende gebeurtenissen in de juiste volgorde:
1. De beeldenstorm vindt plaats
2. De noordelijke gewesten besluiten Filips II niet langer als vorst te erkennen
3. Stichting van de onafhankelijke Nederlandse Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
4. Filips II stuurt Alva naar de Nederlanden
5. Onder leiding van Willem van Oranje komen Nederlanders in opstand tegen Filips II

Slide 7 - Open vraag

Hertog van Alva
Karel V
Maarten Luther
Filip II benoemde hem tot landvoogd na de Beeldenstorm.
Hij was keizer van het Duitse rijk en vorst van de Nederlanden.
Na kritiek werd hij door de paus uit de kerk gezet. Hij vertaalde de Bijbel in het Duits.

Slide 8 - Sleepvraag

Gezag
Landvoogd(es)
Onafhankelijk
Stadhouder
Als een staat of een persoon over zichzelf beslist
Heerschappij, macht
Plaatsvervang(st)er van een vorst
Vertegenwoordiger van de vorst in een gewest

Slide 9 - Sleepvraag

Noteer de letters van de twee juiste zinnen.

A De Nederlandse Opstand werd geleid door Karel V.
B Door de Tachtigjarige Oorlog werd Filips II koning van Nederland.
C De opstandelingen tegen Filips II gebruikten de naam geus als erenaam.
D Filip II benoemde Margaretha van Parma tot zijn plaatsvervangster in de Nederlanden.

Slide 10 - Open vraag

Aan wie werd het smeekschrift der edelen gegeven?
A
Filips II
B
Willem van Oranje
C
Hertog van Alva
D
Margaretha van Parma

Slide 11 - Quizvraag

Over welke gebeurtenis gaat deze afbeelding en in welk jaar vind dit plaats?

Slide 12 - Open vraag

Welke zin is juist?
A
Het lied legt het standpunt van Filips II uit
B
Volgens het lied kwam Willem van Oranje niet in opstand tegen Filips II (maar tegen Alva)
C
Het lied ontstond na het begin van de opstand
D
Het nummer is voor de geboorte van Willem van Oranje geschreven

Slide 13 - Quizvraag

Nederlanders werden ontevreden over Karel V en Filips II. Noteer de letters van de twee juiste oorzaken.

A. Deze vorsten bestuurden de Nederlanden steeds meer als eenheid vanuit 1 plek.
B. Deze vorsten hadden hun paleis in Brussel.
C. Deze vorsten vervolgden protestanten
D. Deze vorsten waren ook koning van Spanje

Slide 14 - Open vraag

Wat zijn ketters?
A
Katholieken en andersdenken
B
Protestanten en andersdenkenden
C
Gelovigen
D
Geen van de gegeven antwoorden zijn goed

Slide 15 - Quizvraag

Karel V vervolgde de protestanten in de Nederlanden. Wat gebeurde met hen?

Slide 16 - Open vraag

Wanneer was de Opstand of Tachtigjarige Oorlog?
A
1566 - 1646
B
1572 - 1588
C
1548 - 1668
D
1568 - 1648

Slide 17 - Quizvraag

Wat betekent het begrip geus?
A
Nederlandse protestant
B
Vertegenwoordiger van de vorst in een gewest
C
Nederlandse opstandeling tegen Filips II
D
Leider van een protestantse kerkdienst

Slide 18 - Quizvraag

Dit is het einde van de toets!

Slide 19 - Tekstslide