Past Simple HV2

Today's English Lesson
Explaining Grammar + testing your skills
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Today's English Lesson
Explaining Grammar + testing your skills

Slide 1 - Tekstslide

What do you remember
about the Past Simple?

Slide 2 - Woordweb

Last lesson...
  • We talked about the past
  • Something that already happened and is over now
  • Verb + ED or D
  • When something DID happen, it's called: Bevestigende zin 

Slide 3 - Tekstslide

Irregular verbs
- Onregelmatige werkwoorden: Woorden die volledig veranderen bij verleden tijd
Pagina 213 in je boek staat een lijst met onregelmatige werkwoorden!!!
Hier is geen formule voor, die moet je uit je hoofd leren of aanvoelen
Voorbeelden:
To buy - bought - bought
To wear - wore - worn
To begin - began - begun
To sing - sang - sung

Slide 4 - Tekstslide

3 soorten zinnen..
       bevestigend                     ontkennend                      vragend
+
-
?

Slide 5 - Tekstslide

Past Simple: bevestigend
- Verleden tijd: PAST simple
- Iets wat al is gebeurd en voorbij is:
      "I walked to school this morning."
      "We looked at each other."

Het kan werkwoord + "ed" zijn, maar er zijn ook uitzonderingen zoals:
- Werkwoorden waarvan de stam met -e eindigt, zoals: dance, use, smile, vote...


Dan voeg je alleen een -d toe:
 danced, used, smiled, voted...

Slide 6 - Tekstslide

Ontkennende zinnen
Ontkennende zin = als iets NIET is gebeurd in het verleden
"I walked to school this morning." ->>>
"I did not walk to school this morning"

"They liked the movie yesterday." ->>>
"They did not like the movie yesterday."

Onderwerp + did not + hele werkwoord 
Dus geen -ed!! "Did" is al verleden tijd van "to do"
did not -> didn't

Slide 7 - Tekstslide




  • He played a match on Sunday.
  • He did not play a match on Sunday. 

  • She worked at a snackbar.
  • She did not work at a snackbar. 

  • Verstappen won the race.
  • Verstappen did not win the race.



  • He played a match last Sunday.
  • Did he play a match last Sunday?

  • She worked at a snackbar.
  • Did she work at a snackbar?

  • Verstappen won the race.
  • Did Verstappen win the race?


Ontkennend maken
Vragend maken

Slide 8 - Tekstslide

Are you ready to test your skills?
Go to:



Fill in the correct word(s) (Past Simple)
Open P. 213 for Irregular verbs (onregelmatige werkwoorden) for help!

app.formative.com/join
CODE: JMQ-MF9

Slide 9 - Tekstslide

Finished?
Study all Theme Words on P. 74

Slide 10 - Tekstslide

He ... ... ... to school yesterday. (to go - ontkennend)

Slide 11 - Open vraag

We ...... the movie we saw last week. (to enjoy)

Slide 12 - Open vraag

I ..... my bedroom walls blue. (to paint)

Slide 13 - Open vraag

... ... ... the lunch her mom made? (to like - vragend - She)

Slide 14 - Open vraag


Slide 15 - Open vraag

Yesterday, we ..... on a project. (to work)

Slide 16 - Open vraag

Me and my friend ..... sushi last week. (to eat - onregelmatig)

Slide 17 - Open vraag

Lucy .... visiting London last summer. (to love)

Slide 18 - Open vraag

We ..... the night away. ( to dance)

Slide 19 - Open vraag

John ..... strawberries to the picnic yesterday. (to bring - onregelmatig)

Slide 20 - Open vraag

Last:
My dad ..... my car this morning. (to fix)

Slide 21 - Open vraag

Past Simple:
What do you remember?

Slide 22 - Woordweb