2.3 De Franse Tijd in de Nederlanden

2.3
De Franse Tijd in de Nederlanden




mavo 2
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

2.3
De Franse Tijd in de Nederlanden




mavo 2

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
  • Toets volgende week
  • Herhaling 2.1 en 2.2 
  • Aantekening 2.3
  • Aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

Volgende week: SO
  • Paragraaf 2.1 De macht van de koning
  • Paragraaf 2.2 Napoleon
  • Paragraaf 2.3 Franse Tijd in de Nederlanden
  • Begrippen en aantekening

Slide 3 - Tekstslide

Herhaling 2.1 en 2.2

Slide 4 - Tekstslide

Absolutisme =
A
Samen beslissen met het volk
B
Koning gaat alles alleen beslissen

Slide 5 - Quizvraag

Standen is een ander woord voor
A
klassen
B
koningen
C
groepen mensen
D
paleis

Slide 6 - Quizvraag

1ste stand
2e stand
3e stand
Adel
Boeren en burgers
Geestelijkheid

Slide 7 - Sleepvraag

Waarom was de 3e stand ontevreden over koning Lodewijk?
A
Ze werden door de koning vermoord
B
Ze moesten nog meer belasting betalen
C
Ze moesten telkens verhuizen
D
Ze werden als slaven gebruikt

Slide 8 - Quizvraag

Welke stand was ontevreden over koning Lodewijk?
A
1e stand
B
2e stand
C
3e stand
D
alle standen

Slide 9 - Quizvraag

Deze groep betaalt alle belastingen
Deze groep moet vechten voor de koning
Geestelijkheid
Adel 
Boeren en burgers
Deze groep bid tot God

Slide 10 - Sleepvraag

Wat stond er in de nieuwe grondwet van de Franse burgers?
A
De koning moet onthoofd worden
B
Alleen de 1ste en 2de stand moeten belasting betalen
C
Alleen de koning moet belasting betalen
D
Vrijheid en gelijkheid voor iedereen

Slide 11 - Quizvraag

Franse koning Lodewijk onthoofd
Lodewijk vraagt de 3e stand om meer belasting
Lodewijk is een koning met absolute macht
De Franse Revolutie begint
Er komt een grondwet en de Franse koning wordt afgezet
Napoleon neemt de macht over

Slide 12 - Sleepvraag

Ideeën uit de Verlichting
Verlichting = nieuwe manier van denken 

  • Vrijheid
  • Gelijkheid 

Ook in de Republiek (Nederland) wilde veel 
burgers meer vrijheid en gelijkheid.
Deze burgers werden patriotten genoemd. 

Slide 13 - Tekstslide

Patriotten en de Bataafse Revolutie
In de Republiek waren  de stadhouder en regenten aan de macht

1795:
  • Bataafse Revolutie
  • Stadhouder en regenten worden afgezet 
  • Patriotten (burgers) komen aan de macht, met hulp van de Fransen

1798:
  • Nieuwe grondwet met meer vrijheid en gelijkheid

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Franse Tijd
  • In 1806 veroverde Napoleon met zijn Franse leger de Bataafse Republiek (Nederland).
  • De Bataafse Republiek (1795 - 1806) werd het Koninkrijk Holland maar eigenlijk een soort Franse provincie (1806 - 1813)

  • De broer van Napoleon werd koning van Nederland: Lodewijk Napoleon kreeg alle macht.



Slide 16 - Tekstslide

Koninkrijk der Nederlanden
Nadat Napoleon was verslagen in 1813, werd Nederland een zelfstandig koninkrijk, met een Nederlandse koning: 

Koninkrijk der Nederlanden (1813 -  nu) met koning Willem I

Slide 17 - Tekstslide

Schema maken in je schrift
De Republiek
Regenten en stadhouders
1588 - 1795
Bataafse Republiek
Franse Tijd
Koninkrijk der Nederlanden

Slide 18 - Tekstslide

Republiek der Nederlanden
1588 - 1795

Slide 19 - Tekstslide

Bataafse Republiek
1795 - 1806

Slide 20 - Tekstslide

Franse Tijd
1806 - 1813

Slide 21 - Tekstslide

Koninkrijk der Nederlanden
1813 - nu

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Onze koning: Willem-Alexander
Onze toekomstige koningin: Amalia

Slide 24 - Tekstslide

Koninkrijk 
der 
Nederlanden
(1813)

Slide 25 - Tekstslide

Aan de slag
Paragraaf 2.3 De Franse Tijd in de Nederlanden 

Leerboek blz. 30
Werkboek blz. 54
Opdrachten 1, 2, 3a, 3b, 3c, 4a en 6a

Slide 26 - Tekstslide