Leerjaar 2 - onregelmatige werkwoorden (ir, cerrar, venir, jugar, dormir, hacer)

WOORDENSCHAT 6.1 en 6.2
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

WOORDENSCHAT 6.1 en 6.2

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

lección 3 

El programa de hoy: 

  • woordenschat uitbreiden
  • maken uit tekstboek:
    - oef. 7 (HA): leesopdracht
  • 6.1 en 6.2 invoeren in Quizlet
  • oefeningen maken LessonUp


Slide 4 - Tekstslide

Spaanse woorden

Slide 5 - Woordweb

la iglesia betekent: de kerk
A
GOED
B
FOUT

Slide 6 - Quizvraag

el cine betekent: de bioscoop
A
GOED
B
FOUT

Slide 7 - Quizvraag

el jardinero betekent: de tuinman
A
GOED
B
FOUT

Slide 8 - Quizvraag

a la izquierda de betekent: rechts van
A
GOED
B
FOUT

Slide 9 - Quizvraag

correr betekent: zien
A
GOED
B
FOUT

Slide 10 - Quizvraag

nadar betekent: zwemmen
A
GOED
B
FOUT

Slide 11 - Quizvraag

Wat is de betekenis van ENVIAR?
A
versturen
B
wandelen
C
lenen
D
zwemmen

Slide 12 - Quizvraag

Wat betekent GEEN IDEE HEBBEN in het Spaans?
A
ni tener no idea
B
no tener idea
C
no tener ni idea
D
tener no idea

Slide 13 - Quizvraag

Wat betekent het werkwoord ESTAR SENTADO?
A
voelen
B
menen
C
hebben
D
zitten

Slide 14 - Quizvraag

Wat is er fout aan dit woord?
EL POLIDEPORTIVIO

Slide 15 - Open vraag

Wat is er fout aan dit woord?
LA OBRE DE ARTA

Slide 16 - Open vraag

Wat is er fout aan dit woord?
AL DERECHA DE

Slide 17 - Open vraag

¿Qué has aprendido?

Slide 18 - Woordweb

¿Preguntas?

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

lección 4 

El programa de hoy: 

  • Uitleg Perfecto
  • Oefeningen maken LessonUp


Slide 21 - Tekstslide


6. ¿..... (.......)________ .......?

Slide 22 - Open vraag